Diëtist binnen de gezondheidszorg
Hoofdstuk 1: inleiding van de gezondheidszorg
Definitie gezondheid
In het decreet van de Vlaamse Raad van 21 november 2003 wordt onder gezondheid
verstaan: ‘toestand van lichamelijk, geestelijk en sociaal welbevinden bij de mens.’
De ‘World Health Organisation (WHO) definition of health’ luidt: ‘Health is a state of
complete physical, mental and social wellbeing and not merely the absence of disease
or infirmity.
Het Vlaams Instituut Gezond Leven verduidelijkt de definitie van het WHO al volgt:
Gezondheid slaat niet alleen op het lichamelijk functioneren, maar evengoed op
iemands mentaal functioneren. Een persoon kan in optimale fysieke gezondheid
verkeren en zich vitaal en vol energie voelen, maar kan tegelijkertijd mentaal
moeilijkheden ervaren. Andersom kunnen patiënten met een fysieke, chronische
aandoening mentaal toch goed in hun vel zitten. Op hun beurt kunnen fysieke en
mentale gezondheid niet losgekoppeld worden van iemands sociale leefwereld.
Verbonden zijn door sterke sociale relaties en kunnen participeren in de maatschappij
zijn een uiting van een goede sociale gezondheid, en dragen tegelijk bij tot fysieke en
mentale gezondheid.
Gezondheid kent 3 dimensies en beïnvloeden elkaar:
1. Fysieke
2. Mentale
3. Sociale
1. Biopsychosociaal model
Gezondheidszorg
Gezondheidszorg= alle handelingen, instanties en organisaties die zich focussen op
het verbeteren van de gezondheid van de mens. Diensten die verstrekt zijn door een
gezondheidsbeoefenaar met het oog op bevorderen, vaststellen, behouden herstellen
of verbeteren van de gezondheidstoestand van een patiënt om het uiterlijk te
veranderen of om de patiënt bij het sterven te begeleiden.
1. Internationale gezondheidszorg – WHO & VN
2. Europese gezondheidszorg
3. Preventieve gezondheidszorg
, 4. Gezondheidseconomie
1. Internationale gezondheidszorg – WHO & VN
De focus van WHO ligt op de bestrijding van ziekten met name overdraagbare ziekten
zoals griep en HIV en niet overdraagbare ziektes zoals kanker en hart- en vaatziekten.
De WHO stuurt en coördineert de internationale gezondheidszorg binnen het systeem
van de VN. Ze coördineert het internationale gezondheidswerk door middel van
samenwerking met landen, de VN, internationale organisaties, het maatschappelijk
middenveld, stichtingen, de academische wereld en onderzoeksinstellingen. Het
Nutrition and Food Safety (NFS) Departement richt zich op de zieklast van fysieke,
chemische en microbiële gevaren in voedsel en ongezonde voeding, ondervoeding
van moeder en kind, overgewicht en obesitas.
De Verenigde Naties (VN) is een internationale organisatie. De missie en het werk van
de VN worden geleid door de doelstellingen en beginselen die in het
oprichtingshandvest zijn opgenomen. Vanaf het begin was naast de handhaving van
internationale vrede en veiligheid, één van de belangrijkste prioriteiten van de VN.
"het bereiken van internationale samenwerking bij het oplossen van internationale
problemen van economische, sociale, culturele of humanitaire aard en bij
het bevorderen en aanmoedigen van de eerbiediging van de mensenrechten en de
fundamentele vrijheden voor iedereen, zonder onderscheid naar ras, geslacht, taal of
godsdienst".
Het verbeteren van het welzijn vd mensen blijft één van de belangrijkste
aandachtspunten van de VN. Het wereldwijde begrip van ontwikkeling is in de loop der
jaren veranderd en landen zijn het er nu over eens dat duurzame ontwikkeling die
welvaart en economische kansen, een groter sociaal welzijn en bescherming van het
milieu bevordert.
In september 2015 werd ‘the 2030 Agenda’ aanvaard: “The 2030 Agenda on Sus-
tainable Development and its 17 Sustainable Development Goals (SDGs) (zie figuur 6) is
a global plan of action to drive economic prosperity and social well-being while
protecting the environment” (Sustainable Development Goals, 2015).
2. Europese gezondheidszorg
Het is de taak van de EU het nationaal beleid aan te vullen via:
⁻ gemeenschappelijke doelstellingen,
⁻ schaalvoordelen
⁻ hulp bij de aanpak van gezamenlijke uitdagingen, zoals epidemieën, chro- nische
ziekten en de gevolgen van de hogere levensverwachting.
, Het gezondheidsbeleid van de EU wordt uitgevoerd via de gezondheidsstrategie.
Die is vooral gericht op:
⁻ preventie, in het bijzonder door een gezondere levensstijl,
⁻ gelijke kansen op gezondheid en goede zorg voor iedereen, ongeacht in- komen,
geslacht, herkomst enz.,
⁻ de aanpak van ernstige internationale bedreigingen van de volksgezondheid,
⁻ gezond oud worden,
⁻ nieuwe technologieën en behandelingen.” (Europa Nu, z.j.; Europese Unie, z.j.)
In begin 2014 werd het derde actieprogramma voor de Unie op het gebied van
gezondheid gestart, ook bekend als ‘Health for Growth’ of ‘Gezondheid voor Groei’. Er
is ondertussen een nieuw en versterkt actieprogramma voor de Unie op het gebied
van gezondheid, het ‘EU4Health-programma’ genaamd en voor de periode 2021-2027
Bv. EU burgers hebben recht op gezondheidszorg in elk EU-land en op de
terugbetaling van de kosten daarvan door hun eigen land.
Bv. de Europese ziekteverzekringskaart geeft toegang tot openbare zorgvoorzieningen
om snel en eenvoudig alle nodige hulp te krijgen.
3. Preventieve gezondheidszorg
Preventieve gezondheidszorg is het deel van de gezondheidszorg dat maatregelen en
acties omvat die tot doel hebben de gezondheid te bevorderen, te beschermen of te
behouden.
Er worden 3 methoden toegepast binnen de preventieve gezondheidszorg.
- Gezondheidsbevordering is de preventiemethode waarbij de processen
ondersteund worden die individuen en groepen in staat stellen om de
determinanten van hun gezondheid positief te beïnvloeden. Bv. Nutri-score op
voedingsmiddelen
- Ziektepreventie is de preventiemethode waarbij: het optreden van bepaalde
ziekten wordt voorkomen door:
o bronnen van gevaar of bedreigende factoren voor de gezondheid weg te
nemen of te beperken;
o beschermende factoren te versterken;
o de gezondheidsschade door ziekten wordt beperkt of de genezings- kans
wordt vergroot door tijdige opsporing van ziekten of risico’s.
Bv. werkomgeving aanpassen om beter te kunnen leven.
- Gezondheidsbescherming richt zich op de fysieke en sociale omgeving en
levensstijl van mensen. Bv. vaccinatie
Het facettenbeleid= beleid dat inzet op belangrijke levensdomeinen of settings zoals
gezin, vrije tijd, onderwijs, werkomgeving die buiten de gezondheidszorg vallen en
een gunstig effect hebben op de volksgezondheid.
, 4. Gezondheidseconomie
De gezondheidseconomie stelt zich tot doel weloverwogen te investeren in
gezondheid en gezondheidszorg. De overheid moet met de beschikbare middelen
zoveel mogelijk gezondheid winnen. Dit betekend voorrang geven aan interventies die
per geïnvesteerde Euro het meest gezondheid opleveren. Er wordt een
wetenschappelijke methode gehanteerd om de keuzes te onderbouwen namelijk de
gezondheidseconomische evaluatie: de effectiviteit en de efficientie van interventies
in kaart brengen.
QALY-onderzoek: Quality Adjusted Life Years
= 1 jaar in goede gezondheid
- Als door een interventie de levensverwachting wordt verlengd met één jaar in
goede gezondheid, dan is de uitkomst één QALY.
DALY: Disability- adjusted life year
= Aantal jaren geleefd met ziektelast (Years lived with disabilty OF YLD’s) en het
aantal jaren verloren door voortijdige sterfte (Standard Expected Years of Life Lost OF
YLL’s)
DALY= YLL + YLD
Hoofdstuk 2 Organisatiestructuur Belgische gezondheidszorg
België heeft een complexe staatstructuur waarbij de bevoegdheden verdeeld zijn
tussen de federale overheid en de gemeenschappen en de gewesten. Sinds de jaren
70 zijn ze hervormd van een unitaire naar een federale staat. België heeft een
federale overheid, 3 gewesten en 3 gemeenschappen en ze hebben elk hun eigen
parlement en regering.
Drie gewesten:
1. Vlaanderen ( Vlaams-Gewest)
2. Wallonië ( Het Waalse Gewest)
3. Brussel ( Brussel Hoofdstedelijk Gewest)
Drie gemeenschappen:
1. Vlaamse gemeenschap
2. Franstalige gemeenschap
3. Duitstalige gemeenschap
Vlaamse bevoegdheden
De gemeenschappen in België zijn bevoegd voor de persoonsgebonden materies. De
Vlaamse gemeenschap is bevoegd voor erkenning van zorgverstrekkers en
zorginstellingen, kwaliteitsbewaking van zorginstellingen (eerstelijnszorg,
ziekenhuizen, preventieve gezondheidsbeleid, thuiszorg, ouderenzorg binnen de
Vlaamse sociale bescherming, geestelijke gezondheidszorg, revalidatie en verslaving);