Vroedvrouw in postpartum – ILSE
1. PARAMETERS (ADEMHALING & CIRCULATIE)
1.1. PARAMETER
- variabele waaraan een waarde w toegekend
- deze waarde w vervolgens gebruikt om andere acties te sturen
→ glycemie: 40-100ml/dl
→ temp: 36,5-37,5
→ O²-waarden: 95%-100%
→ BD: <120/80 mmHg
→ hartslag: 60-100 (60-80)
→ gewicht: BMI 18,5-24,9
CONTROLE VD PARAMTERS = CONTROLE VITALE FUNCTIE : ABCDE-methodiek
ADEMHALING
- vitaal belang: ess voor functioneren van lichaamscellen
- automatisch via AHcentrum in hersenen:
- verstoring: onrust door O²-tekort in hersenen
- beinvloedbaar door
→ leeftijd
→ klimaat
→ hoogteverschillen
→ lichamelijke invloeden
→ psychische invloeden
* tachypnae: te snelle AH
* bradypnae: te trage AH
* sputum: slijm uit luchtwegen, longen
1.1 AFWIJKINGEN
in frequentie
- apnae: tijdelijke hartstilstand
- dyspnae: kortademigheid
- orthopnae: kortademig bij neerliggen
- bradapynae: te trage AH
- tachypnae: te snelle AH
kwaliteit
- ademritme: onregelmatige in ritme AH
- ademdiepte
- ademgeluid (stridor/hoog piepend, hoesten)
- neusvleugelen
ademhalingstypes
- borstAH
- buikAH
- bijzondere vormen (= cheyne-stokes, kussmaul, hyperventilatie)
, Vroedvrouw in postpartum – ILSE
1.1.1. RESPIRATIORE INSUFFICIENTIE
- dysfunctie: AH loopt niet correct
- acuut of chronisch
- door een stoornis (= ventilatie, oxygenatie)
- in korte tijd kan levensbedreigend zijn
* acuut
- probleem thv alveocapillair mm
- verstikking, luchwegobstructie
* chronisch
- probleem thv AHcentrum, beweging thorax
- spierzieken, neurologische aandoeningen
* medische aandoeining longen kunnen onv O² aan bloed leveren of onv co² verw
1.2 ZORG BIJ AH-PROBLEMEN
1. observatie van sputum
- afscheidingsprod van keel, neus, bronchien
- kan celle, bloed, pus, bact bevatten
- laten ophoesten – huffen
- observeren van geur, kleur
2. Preventie van bronchopneumonie (vorm van longontsteking)
- gevreesde complicatie bij
→ gehospitaliseerd P.
→ verzwakte cliënten
- oorzaken
→ slechte ventilatie
→ gebrekkig ophoesten secreet
→ aspiratie slijm, braaksel, voedselresten
- observatiegegevens
→ oppervlakkige & snelle AH
→ veel & etterig sputum
→ alg. Ontstekingsvers. (t°, pols stijgt)
= luchtwegen goed vrijhouden
3. Begeleiding bij AHproblemen
- P rustighouden
- goede houding
- zorg frisse lucht
- diep laten doorademen
- materiaal om sputum op te vangen
- voorschrift arts opvolgen
- GVO & info geven aan P. & familie
, Vroedvrouw in postpartum – ILSE
1.2.1 OBSERVATIE RESPIRATOIRE PROBLEMEN
lichamelijk onderzoek
- fysieke ob ( type ademhaling, houding, voedingstoestand, hyg, bew)
- vit para (BD, pols, temp, AH)
- observatie huid & extremiteiten
- observatie thorax
pulse oxymetrie - zuurstofsaturatie
- inof over oxygenatie ( niet ventilatie)
- niet invasieve manier om O²-verzadiging te meten (mate waarin Hb verzadigd is met O²)
- continue arteriele O²-saturatie
- hypoxie kan opgespoord worden
- funct saturatie w gemeten
- wat meten ze ( tussen 90-100% liggen)
→ mate wrn Hb VZ is met O²
→ oxyHb (gesatureerd) = beter lichtweerkaatinsing, gedesatueerd Hb niet)
→ hartslag meten
→ met een probe (licht doorheen arterieel vaatbed)
* aandachtspunten
- artefactoren (onbedoeld bijverschijnsel) thv bewegingen – zo stil mog blijven
- lage perfusie (lage bloedcirculatie, bloedtoevoer nr vingertop)
- veneuze pulsaties (terugstroom)
- CO
- anemie
- kleurstoffen
- inferenties (conclusies of aannames die je maakt op basis van de beschikbare info)
CIRCULATIE
- autonoom in ons lichaam
- vitaal belang: werking hart & toestand bloedvaten
- beinvloedbaar dr factoren (persoonlijk & omgeving)
- tekenen van dysfunctie circulate ( afw pols & BD)
1.1 POLSSLAG
- 1 hartslag: 70-100ml bloed in aorta
- pulsaties: voelbaar bij opp slagaders of benige ondergrond
- pols & T: evenredige verhouding (= +1° > +10slagen/minuut)
- freq
→normaal: 60à80/min
→ tachycardie > 120slagen/min
→ bradycardie <50 slagen/min
Veranderingen bij pols
- fysio schom
- patho schom
- gelijkmatigheid – aritmieen
- vulling – goed voelbaar?
, Vroedvrouw in postpartum – ILSE
BLOEDDRUK
- Bloedsomloop = gesloten systeem
- = druk van circulerend bloed arterien
- beinvloed door
→ hartwerking
→ hoeveelheid bloed
→ elasticiteit vaatwand
→ weerstand vnt omgeving op circulatie
→ vasomotoriek
* manuele veerbarmometer
* digitale BDmeter
* kwikBDmeter
systolische BD
- druk waarmee LI-kamer bloed in aorta pompt
- nrml tss 110-140 mmHg
diastolische BD
- druk in arterien tijdens rustfase vh hart
- boven/2 + 1cm hg
- 60-90 mmHg
= verschil tss beide BD = polsdruk = niet > 40mmHg
1.1 BLOEDDRUK METEN (=PALPATOIR/VOELEN & AUSCULATOIR/HOREN )
1. Houding patiënt
- de ontspannen (5min)
- rugsteun
- benen naast elkr
- arm ondersteund, cuff
- ter hoogte vh hart
- niet praten voor & tijdens meting
- manchet moet 1a2cm verw zijn vd elleboogplooi & u moet met vinger onder machet kunnen als deze
geplaats is
- mstl n-dominate arm aangeraden (= beter om arm wr hoogte BD w gemeten te gebruiken > stds zelfde)
2. Bij indicatie vr orthostatsische hypotensie (= bij opstaan onv. vernauwing vd bloedvaten)
- liggend & staande meting uitvoeren (=1,3, 5min na staande positie)
3. Normale waarden jong volw (=120/70 mmHg druk)
4. Fysiologische schommelingen
5. Pathologische schommelingen
- hypertensie
- hypotensie
- orthostatoscje hypotensie
- collaps
= vaker meten geeft meer duidelijkheid
* foutbronnen