Thema 7: systematische benadering
1. Uitgangspunten en basisbegrippen
1.1 Ons gedrag, onze gevoelens, gedachten en interacties situeren zich in een
systeem
Algemene Systeemtheorie: Gedrag, gevoelens en gedachten worden niet gezien als
individuele kenmerken, maar als onderdeel van een groter geheel (systeem).
Individuen worden gezien als schakels binnen een systeem, dat op zijn beurt deel
uitmaakt van andere systemen.
De focus ligt op het systeem en de onderlinge invloeden, niet op het individu zelf.
Invloed van Systeem op Individu: Gedrag & emoties zijn afhankelijk v/d interacties en
dynamieken binnen het systeem.
VB:
o Het introverte gedrag van Jan in zijn gezin.
o Het gedrag van Lucas in zijn kleuterklas.
De systeemtheorie helpt verklaren waarom cliënten na succesvolle therapie
terugvallen wanneer ze terugkeren n/e onveranderd systeem.
Bijdrage van Gregory Bateson:
Bateson (1904-1980), Britse cultureel antropoloog, paste als eerste
systeemtheorie toe op menselijke systemen.
Zijn artikel “Toward a Theory of Schizophrenia” (1956) onderzocht schizofrenie als
omgevings- of systeemprobleem, niet enkel individueel.
Zijn werk beïnvloedde hoe we kijken naar ecosystemen, organisaties en
gemeenschappen.
Verschil tss Persoonsgerichte en Systeemgerichte Benadering:
Persoonsgericht (intrapsychisch):
o Focus op het individu.
o Individu bepaalt gedrag en emoties.
o Binnenkant v/d persoon staat centraal.
Systeemgericht (interpsychisch):
o Individu in relatie tot omgeving.
o Systeem bepaalt gedrag en emoties.
o Context en verbindingen staan centraal.
o De aandacht is n/ buiten gericht
Context als Belangrijke Factor:
Context (omgeving, gebeurtenissen) bepaalt de betekenis van gedrag en
communicatie.
Bv. “Ik ben weg” heeft een andere betekenis bij ruzie in een problematische relatie
versus in een harmonieus gezin.
,Hiërarchische Niveaus binnen Systemen:
Systeemniveaus zijn hiërarchisch en variëren van atomen tot biosfeer.
Elk niveau beïnvloedt en wordt beïnvloed door andere niveaus.
VB: Marijkes depressieve klachten kunnen beïnvloed worden door persoonlijke,
gezins- of maatschappelijke contexten.
1.2 Ons gedrag, onze gevoelens, gedachten en interacties worden
multifactorieel en circulair bepaald
Lineaire vs. Circulaire Logica:
Lineair causaal: (a -> b )
o Traditioneel denken in oorzaak-gevolg (bv. “kind is agressief door genen
van vader”).
o Er wordt gezocht n/e enkele oorzaak.
Circulair causaal: (A ↔ B).
o In de systeemtheorie geldt wederzijdse beïnvloeding.
o Gedrag is zowel oorzaak als gevolg van interacties binnen het systeem.
o Bv: Het gedrag van Jan (= hij weigert te praten met Mieke) is de oorzaak
v/h gedrag van Mieke (= zij is boos op Jan). Maar het gedrag van Mieke (=
zij is boos op Jan) beïnvloedt ook het gedrag van Jan (= hij weigert te
praten met Mieke).
Complexiteit en Circulaire Processen:
Gedrag wordt door meerdere factoren beïnvloed, niet door één oorzaak
(multicausaliteit).
VB: Het gedrag van Dries en zijn ouders beïnvloedt elkaar wederzijds en wordt in
een steeds complexer proces versterkt.
Monocausaal Denken vs. Multicausale Benadering:
Mensen denken vaak in enkelvoudige oorzaak-gevolg relaties (monocausaal).
Systeemdenkers kijken naar meerdere, onderling verbonden oorzaken
(multicausale benadering).
VB: Leen ziet schoolproblemen van haar zoon als gevolg van Piets desinteresse,
maar systeemtheorie zou ook andere invloeden meenemen.
Praktische Voorbeelden van Multifactoriële Beïnvloeding:
Ann en Marc besluiten te scheiden. Het probleem is niet simpelweg een externe
relatie van Marc, maar omvat ook werkdruk, gezondheidsproblemen, en
gezinsdynamieken.
Visie v/d Algemene Systeemtheorie op Realiteit:
Realiteit is dynamisch en continu in beweging, zonder vaste oorzaak-
gevolgrelaties.
Het gaat om het begrijpen van samenhang en wisselwerking, niet om het
toewijzen van schuld.
1.3 De systeemtheorie is een manier van denken die de psychologie overstijgt
Wat is de Algemene Systeemtheorie?
, De systeemtheorie biedt een manier om n/d werkelijkheid te kijken en deze te
benaderen met specifieke begrippen.
Deze theorie is interdisciplinair en onderzoekt systemen als entiteiten die in
verschillende vakgebieden (zoals psychologie, biologie, fysica en economie)
bestudeerd worden.
Het is een metatheorie, een overkoepelende structuur biedt voor inzichten uit
verschillende wetenschappen zonder een specifiek domein als focus te hebben.
Belangrijke Invloeden en Wetenschappen
De systeemtheorie is ontstaan met bijdragen uit diverse wetenschappen,
waaronder:
1. Gestaltpsychologie: Bekijkt de waarneming als een geheel, niet als losse
elementen.
2. Cybernetica: Bestudeert communicatie en besturing binnen systemen via
feedbackmechanismen.
3. Informatica: Richten zich op het verwerken van informatie.
4. Ecologie: Onderzoekt relaties tss organismen en hun omgeving.
Ludwig von Bertalanffy (1901-1972)
een v/d grondleggers v/d algemene systeemtheorie.
Hij stelde dat samenwerking tss verschillende wetenschappelijke disciplines nodig
was om de toenemende specialisatie tegen te gaan.
Hij wilde een 'eenheid van wetenschap' bereiken, waarbij vergelijkbare problemen
met vergelijkbare modellen opgelost konden worden.
Von Bertalanffy zag overeenkomsten tss verschillende wetenschappen en
ontwikkelde een abstract begrippenkader dat op diverse systemen toepasbaar is.
Systemische Benadering als Nieuw Paradigma
De systeemtheorie fungeert als een nieuw paradigma of 'wereldbeeld', een
referentiekader voor wetenschappelijk onderzoek.
Volgens Thomas Kuhn is de systeemtheorie een totaalvisie die wetenschappelijke
beoefening in diverse vakgebieden vernieuwt.
De theorie biedt een gemeenschappelijk raamwerk dat overeenkomsten
structureert tss biologische, economische en technische systemen.
2. Hedendaagse denkers
Ontwikkelingen binnen de systeembenadering
Diverse stromingen zijn voortgekomen uit de systeemtheorie, met ieder andere
accenten.
BV:
o Structurele benadering: Bekend door Salvador Minuchin.
o Contextuele benadering: Gekoppeld aan Ivan Boszormenyi-Nagy.
o Oplossingsgerichte benadering: Richt zich op praktische oplossingen in
relaties.
Ivan Boszormenyi-Nagy (1920-2007)