KLINISCHE PSYCHIATRIE
1: NEUROCOGNITIEVE STOORNISSEN A. DEMENTIE
- Alzheimer
- Parkinson
- Vasculaire dementie
Globaal dementie – alzheimer type
➔ Desoriëntatie in tijd, plaats en persoon
➔ Geheugenstoornissen: moeilijk nieuwe info opnemen, jeugdherinneringen op de voorgrond
➔ Stoornis in abstract denken: moeilijk verbanden te leggen, plannen, problemen op te lossen
➔ Corticale functiestoornissen: achteruitgang taal, woordvindproblemen, verwisselingen
➔ Gedragsveranderingen: onaangepaste handelingen, humeurschommelingen
➔ Depressie, angst, hallucinaties als mogelijks bijkomend
Parkinson
➔ Motorische afwijkingen (beven, houdingsafwijkingen) + vertraagd denken
Vasculaire dementie
➔ Vernauwing van bloedvaten
B. DELIRIUM
➔ Stoornissen in bewustzijn met verminderd vermogen om aandacht te richten, vast te houden, …
➔ Verandering in cognitieve functies of het ontstaan van waarnemingsstoornissen
➔ Stoornis ontwikkelt zich in een korte periode en beloop van 24 u
➔ Indicatie voor een delirium: somatische toestand is al een periode vermindert
➔ Bij labo of lichamelijk onderzoek: intoxicatie, onthouding, specifieke lichamelijke ziekte, …
, 3 types bij delirium
➔ Hyperactieve-hyperalerte: geagiteerd, visuele hallucinaties vooral bij onthouding van alcohol
➔ Hypoactieve-hypoalerte: stille delirium, ontdekken door MRI
➔ Gemend type
C. AMNETISCHE STOORNISSEN
➔ Geheugenstoornissen zonder andere cognitieve stoornissen
➔ Door hersenziekte, middelengebruik, vitamine B1 tekort bij alcoholmisbruik
BEHANDELING ALGEMEEN
o Mini mental state examination als screeningsinstrument voor alzheimer
o Optimaliseren van lichamelijke toestand
o Medicatie: antipsychotica, cholinesterase remmers
o Psycho-educatie
o Praktische hulp regelen
BEHANDELING DELERIUM
o Opsporen mogelijke oorzaken
o Oriëntatiepunten plaatsen
o Psycho-educatie aan familie: beeld kan opgeklaard worden
o Structuur brengen in dagelijkse activiteiten
, 2: MIDDELENGERELATEERDE MISBRUIK VAN EEN MIDDEL
STOORNISSEN ➔ Patroon van onaangepast gebruik dat significante beperkingen of lijden veroorzaakt
➔ In een periode van 12 maanden
➔ Minstens 1 kenmerk:
- Herhaaldelijk niet meer kunnen voldoen aan verplichtingen van werk, school en thuis
- Herhaaldelijk gebruik van middel in situaties dat het fysiek gevaarlijk is
- Herhaaldelijk in aanraking komen met justitie
- Voortdurend gebruik van middel ondanks problemen om sociaal terrein
MIDDELENAFHANKELIJKHEID
➔ Lichamelijke cluster: optreden van tolerantie en onthoudingsverschijnselen
➔ Psychische cluster: hevig verlangen naar middel en veel energie spenderen om aan stof te
geraken
➔ Controle cluster: vaak of langer gebruiken dan voorgenomen en voorgezet gebruik ondanks
kennis negatieve consequenties
BEHANDELING
o Motivationele gespresvoering: duidelijk maken dat snelle gedragsverandering niet mogelijk is
o Detoxificatie: om epilepsie te vermijden bij plotse detox
o Zelfcontrole training
o Copingsvaardigheden aanleren en bijsturen
o Psycho-educatie over verschillende stadia tijdens gebruik: herval hoort bij herstel