Inleiding
Wat is het familiaal vermogensrecht?
Definitie: regelt de vermogensrechtelijke aspecten van het familie- en gezinsrecht
Recht na hervorming
Situering
– … in het Belgisch privaatrecht
– … in het licht van de internationalisering / harmonisering van het Europees en/of internationaal privaatrecht
Klassieke tripartie
Situering van het familiaal vermogensrecht
Familiaal vermogensrecht en het Belgische privaatrecht
– Aanknoping met het familierecht
o Wie behoort tot de ‘familie’?; Hoe ontstaat de ‘familie’?
o Als er wijzigingen zijn in het familierecht, heeft dat onrechtstreeks wijzigingen in het familiaal
vermogensrecht
Marckx arrest (EHRM): Belgische staat is veroordeeld voor wetgeving die op dat ogenblik niet in
lijn lag met principes van het EVRM, in het bijzonder het recht op het gezinsleven. Het
familierecht maakte een onderscheid tussen kinderen die binnen een huwelijk waren geboren en
de buitenechtelijke kinderen. De kinderen die binnen een huwelijk waren geboren hadden veel
meer aanspraken dan buitenechtelijke kinderen.
Heeft tot gevolg dat er meer kinderen tot nalatenschap kunnen komen
– Aanknoping met het vermogensrecht
o Privaatautonomie; Grenzen aan privaatautonomie
Belgisch familiaal vermogensrecht in het licht van de harmonisering en uniformisering in het Europees/internationaal
privaatrecht
– Klassiek grote verscheidenheid door onlosmakelijk (geachte) band met de cultuur
o We zien wel dat er overal dezelfde tendensen zijn, natuurlijk zijn er wel nuanceverschillen tussen de landen
Bv afwenden van het familiaal vermogensrecht dat traditioneel familierechtelijk getint was, naar
meer gezinsrechtelijk getint
Bv meer landen aanvaarden dat er op het niveau van het erfrecht een contractvrijheid zou
moeten komen
– Gevolgen
o Relatievermogensrecht
o Erfrecht
o Giften
De klassieke tripartie
Familiaal vermogensrecht =
– Relatievermogensrecht
– Erfrecht
– Giften (in het bijzonder schenkingen en testamenten)
Relatievermogensrecht (huwelijksvermogensrecht & samenwoningsrecht
– Wat?
o Geheel van rechtsregels dat, tijdens de relatie (huwelijk/samenwoning) en bij de ontbinding ervan, de
vermogensrechtelijke verhouding regelt van de partners (echtgenoten/samenwoners), zowel ten opzichte
van elkaar als tegenover derden
– Belangrijke hervorming bij Wet Huwelijksvermogensrecht 22 juli 2018 en bij Wet 19 januari 2022
o Huwelijksvermogensrecht: primair stelsel (art. 212-224 OBW), secundair stelsel (Boek 2 titel 3 BW – vanaf
1 juli 2022)
o Samenwoningsrecht (art. 1475-1479 OBW)
Erfrecht
– Wat?
o Geheel van rechtsregels dat de overgang regelt van het vermogen van een persoon bij diens overlijden
naar een (of meer) andere levende perso(o)n(en)
– Belangrijke hervorming bij Wet 31 juli 2017 (een gedeeltelijke reparatie in 2018!) en bij Wet 19 januari 2011
o Boek 4 BW (vanaf 1 juli 2022)
o (Enkele bijzondere wetten, zoals Verzekeringswet)
1
,Giften (schenkingen, testamenten, bijzondere soorten giften)
– Wat?
o Een gift is een rechtshandeling onder kosteloze titel waarbij een persoon aan een andere persoon geheel
om niet een vermogensbestanddeel verschaft
Om niet = uit vrijgevigheid
– Instrumenten
o Algemeen: Boek 4 titel 2 BW
o Bijzondere soorten giften: Boek 4 titel 2 BW
Deel I. Relatievermogensrecht
Inleiding
Definitie
– Geheel van regels dat de vermogensrechtelijke verhoudingen beheerst tussen de partners onderling en tegenover
derden, zowel tijdens de relatie als bij de ontbinding ervan
Relatie
– Regels verschillen naargelang het een huwelijk is, dan wel samenwoning (wettelijk/feitelijk) ook de mate van
bescherming verschilt
o GwH: als koppel kies je voor een bepaalde samenwoningsvorm (huwelijk of samenwonen). Aan die keuze
zijn juridische gevolgen gekoppeld, en dat weet je op het ogenblik dat je in de relatie stapt
Auteurs stellen zich de vraag of het wel echt een bewuste keuze is
Kan je dat wel verantwoorden in het licht van het gelijkheidsbeginsel?
Rechtspraak evolueert nu meer naar gewicht toekennen aan de feitelijke realiteit
Vermogen
– Alles wat de partner/koppel heeft, al had op het ogenblik in het stappen van de relatie, of tijdens heeft verworven
o Activa én passiva
o Gaat niet over alimentatie
Drie basisvragen: “niets, bob en muur”
“Niets”
o Wat zegt de wet wanneer de partners niets met elkaar hebben geregeld? Welke wettelijke bepalingen zijn
dan op die koppels van toepassing? Welke regels zijn van toepassing wanneer er niets uitdrukkelijk is
geregeld door het koppel zelf?
“Bob”
o Kan het koppel het heft in eigen handen nemen? Kunnen zij Bob de Bouwer spelen?
Bv. Sommige echtgenoten kunnen contracten met elkaar sluiten. Ook wettelijke samenwoners
kunnen een ovk met elkaar aangaan
“Muur”
o Rijdt Bob de Bouwer soms tegen een muurtje?
Ja, de regels van openbare orde en dwingend recht
Onderdeel 1. Huwelijksvermogensrecht
Afdeling 1. Definitie en begrippen
Definitie
– Geheel van rechtsregels dat, tijdens het huwelijk en bij de ontbinding ervan, de vermogensrechtelijke verhoudingen
regelt van de echtgenoten, zowel tegenover elkaar als tegenover derden
Lex specialis versus lex generalis
– We hebben de regels van de verbintenissen, goederen en bijzondere overeenkomsten maar die zijn niet genoeg: we
hebben bijkomende regels nodig
– Gemeenrechtelijke regels zijn niet goed aangepast aan de specifieke context waar twee personen die met elkaar een
duurzame, affecieve, seksuele relatie met elkaar onderhouden
o ‘Vreemden’: zullen voor zich opkomen tijdens het onderhandelen, en zullen hun belangen niet in de steek
laten
o Aanstaande echtgenoten: net doordat ze in die duurzame, affectieve, seksuele relatie zitten zullen ze
misschien minder op hun strepen staan
– Er is dus een lex specialis want de context is anders
Intern versus extern
– Intern: verhouding tussen de echtgenoten
2
, – Extern: verhouding tussen echtgenoten en duerden
o Heel voordelig voor de SE om te weten of een SA gehuwd is voor uitwinning
Men heeft zich de vraag gesteld of we naar een ‘derden-neutraal’ stelsel moeten gaan: het zou
niet mogen uitmaken of een SA gehuwd is of niet. In de werkgroep was iedereen het erover eens
dat men het moest veranderen, maar het was teveel werk en dus is er niets veranderd
Klassiek onderverdeeld in
– Primair huwelijksvermogensrecht
– Secudair huwelijksvermogensrecht
o Wettelijk
o Conventioneel
Afdeling 2. Bronnen
– (Oud) Burgerlijk Wetboek
– !!! Belangrijke hervorming – Wet Huwelijksvermogensrecht 22 juli 2018
– Wet 19 januari 2022 (grotendeels inkanteling “à droit constant”)
Hoofdstuk 1. Het primair stelsel
Inleiding
Wat
– Het primair stelsel regelt op eenvormige en dwingende wijze de rechten en verplichtingen van de echtgenoten
onderling, alsmede hun verhouding tegenover derden (art. 212-224 OBW)
Waar
– Art. 212-224 OBW
Algemene kenmerken
– “Minimum minimorum”
o De ondergrens
o Regels die voor iedereen gelden, door het enkele feit van het huwelijk
De wetgever vindt dit zo cruciaal, mocht men hier van willen afwijken dan kan er eigenlijk geen
huwelijksverband zijn tussen de echtgenoten.
– Eenvormig en dwingend recht
o Het primair stelsel is van toepassing, ongeacht het secundair huwelijksvermogensstelsel waaronder de
echtgenoten gehuwd zijn
o Sanctie
Elke bepaling die een inbreuk vormt op dit primair stelsel is vernietigbaar
– Wederkerig en krachtens de wet
o De echtgenoten kunnen zich niet van hun verplichtingen onttrekken door het enkele feit dat een andere
echtgenoot de verplichtingen niet is nagekomen
ENAC geldt hier niet
Opgebouwd rond 3 krachtlijnen
Afdeling 1. Toepassingsgebied ratione personae en ratione materiae
Alle echtgenoten
– Zolang de echtgenoten, echtgenoten zijn vallen ze onder de regels van het primair stelsel tot ontbinding
o Ontbinding kan maar op 2 manieren
Overlijden
Echtscheiding
Bij echtscheiding treedt de ontbinding in vanaf het ogenblik dat het vonnis in kracht van
gewijsde is getreden
– Anders dan bij overlijden is er bij echtscheiding vaak een hele periode voorafgegaan van echtelijke moeilijkheden,
waar er vaak een feitelijke scheding is
o Als algemeen principe geldt dat in die periode het primaire stelsel gewoon geldt
o Maar doordat er een feitelijke scheiding is, kan dat ervoor zorgen dat de regels van het primair stelsel
worden uitgehold of anders moeten worden ingevoerd
Bv bescherming van de gezinswoning en bijdrageplicht
Het kan zijn dat doordat de feitelijke scheiding bestaat, er met verloop van tijd geen
gezinswoning meer is regel heeft geen voorwerp meer
In beginsel moeten echtgenoten bijdragen in natura leveren in de gezinswoning. Dus
tijdens die feitelijke scheiding kan die bijdrageverplichting veranderen naar een
verplichting die moet worden uitgevoerd bij equivalant (zoals het betalen van
onderhoudsgeld)
3
, Alleen echtgenoten? (zie ook later)
– Wettelijke samenwoners: Wet 23 november 1998
– Feitelijke samenwoners?
Afdeling 2. Krachtlijnen van het primair stelsel
Kerngedachte
– Zoektocht naar een evenwicht tussen drie basisprincipes
o Gelijkheid
o Solidariteit
o Zelfstandigheid
Krachtlijn 1: principiële uitgangspunt = gelijkheid
– Art. 212, §3 OBW: huwelijk tast de principiële handelingsbekwaamheid niet aan
o Voor 1976 werd een vrouw door het huwelijk handelingsonbekwaam nu blijven echtgenoten
handelingsbekwaam en blijven ze dat op een gelijke wijze
o Dit wil niet zeggen dat de handelingsbevoegdheid niet kan worden aangepast: als ze dat doet, doet ze dat
wel in gelijke mate
Bv bescherming gezinswoning: stel dat een echtgenoot alleen eigenaar is van een woning en het
echtpaar vestigt daar de gezinswoning. Meneer mag de woning verkopen, maar niet zonder
akkoord van de vrouw
In deze hypothese is de handelingsbevoegdheid aangepast, niet de
handelingsbekwaamheid
Dit geldt ook omgekeerd: stel de woning was van de vrouw
– Art. 219 OBW
o Echtgenoten kunnen elkaar volmacht geven: in naam en voor rekening van andere rechtshandelingen
stellen maar die volmacht moet altijd herroepelijk zijn
Aangezien die herroepelijk moet zijn mag je dat niet opnemen in het huwelijksovereenkomst
Huwelijksovereenkomsten kunnen niet eenzijdig worden gewijzigd. Dus als de
volmacht wordt gegeven is akkoord van de twee nodig en op die manier onherroepelijk
Krachtlijn 2: solidariteit en bescherming van het gezinsleven
– Hulp- en bijdrageverplichting
– Bescherming van de gezinswoning
– Hoofdelijkheid voor de huishoudelijke schulden
– Handhavingsregime
o Voorlopige maatregelen
o Nietigverklaring
1) Hulp- en bijdrageverplichting (art. 213 OBW, art. 217 OBW, art. 221 OBW)
– Wat?
o Hulpplicht: echtgenoten moeten elkaar hulp verschaffen en elkaar het nodige moeten verschaffen om een
gezamenlijke levensstandaard te kunnen onderhouden
o Bijdrageplicht: echtgenoten moeten naar hun vermogen/mogelijkheden hun bijdragen leveren in de lasten
van het huwelijk
– ‘Lasten’ van het huwelijk is een heel ruim begrip alle kosten van het gezin
o Cass. 22 april 1976: echtgenoten waren gehuwd onder een stelsel van scheiding van goederen en hadden
tijdens hun huwelijk een gezinswoning gekocht op de twee namen (50/50). Ze hebben hiervoor een lening
aangegaan die doorheen de jaren is terugbetaald met vnl. inkomsten van de meneer, want mevrouw werkte
niet buitenshuis
Op een bepaald ogenblik wensen zij te scheiden: meneer betwist dat mevrouw de helft heeft van
het huis aangezien ze de lening hebben kunnen terugbetalen met zijn inkomsten
Hij beweerde dat hij periodieke schenkingen had gedaan aan mevrouw: schenkingen tussen
echtgenoten zijn herroepelijk dus hij vraagt die terug
Cassatie zegt dat dat niet kan: als een echtpaar beslist om een gezinswoning aan te kopen op de
twee namen en die woning wordt gefinancierd met de inkomsten van arbeid in hoofde van
meneer, is dat een periode bijdrageverplichting in de lasten van het huwelijk
o Sinds dat arrest is het toepassingsgebied nog meer uitgebreid
Tweede verblijf; in verhoudingen 25/75
– Hoeveel?
o Echtgenoten dienen dit naar evenredigheid te doen
– Hoelang?
o Tot op het ogenblik van de ontbinding
Tijdens de feitelijke scheding kan er nog een bijdrageverplichting zijn die wordt omgevormd tot
het verplicht betalen van onderhoudsgeld
4