Dit is een zelfgemaakte samenvatting over Bank & Geld hoofdstuk 2. Ik heb deze samenvatting samen gemaakt met de ppt, mijn notities uit de les & het boek.
Bank & Geld
Hoofdstuk 2: KI & intermediatie:
Uitleg Cijfer
Courante belasting op de opbrengst van onze beleggingen (mits
30%
uitzonderingen)
Soms 15%
-> Roerende voorheffing (RV)
(Heel soms 0)
Wanneer erfbelasting bij iemand zijlijn
50%
Nalatenschapdossier
150,00 – 200,00 euro
Bank mag krediet verstrekken (maar moeten motiveren) Achterstand < 1000,00
Geen enkele bank mag nog krediet verstrekken
Achterstand > 1000,00
Financiële intermediatie:
- Hoofdactiviteit van een bank is intermediëren
- Bank werd gedefinieerd als een dienstverlenende onderneming die
gelden of deposito’s inzamelt tegen ene bepaalde vergoeding of
creditrente
- Hoofd- en basisactiviteiten van KI is dus geld verhandelen
- Grondstof is geld
Omvat 3 onderdelen:
Verzamelen van deposito’s of andere terugbetaalbare
gelden:
= cliënten kunnne hun geld 'deponeren' bij de bank en er toch blijven
over beschikken
- Ze lenen hun geld aan de bank die er mee mag werken
Verstrekken van leningen:
= bank gebruikt het gedeponeerde geld om krediet te verlenen aan
andere cliënten
Rentemarge:
= bank is tov de spaarder/deposant de ontlener & voor het gebruik van
het spaargeld betaalt ze een creditrente
- Als bank daarentegen krediet verstrekt aan ontleners, ontvangt ze
van hen een vergoeding of debetrente
- De rente die leners aan de bank moeten betalen is altijd hoger dan
de rente die de bank aan de spaarders geeft
- Verschil tussen ‘hogere’ debetrente & creditrente is de rentemarge
Hiermee kan bank diverse kosten dekken:
- Het kartorennet, personeel of kredietwaardigheidsonderzoek van
potentiële kredietnemers
- Verliezen ten gevolg van insolvabiliteit van de debiteur
- Kapitaalkosten: KI moet eigen kapitaal aanhouden voor het krediet
- Afschrijvingen & belastingen
, - Rente-inkomsten als gevolg van de financiële intermediatie vormen
de belangrijkste inkomstenbron van de bank, belangrijk onderdeel
van de winst van KI
Schematische voorstelling:
1. De spaarder geeft zijn geld aan de bank in de vorm van een deposito
2. de bank gebruikt het geld om een krediet te verstrekken
3. de kredietnemer betaalt de bank een debetrente
4. de bank betaalt zelf ook een creditrente aan de depositohouders
Transformatie of omzetting:
= bij financiële intermediatie -> uitzonderlijk dat de deposito's perfect
overeenstemmen met de kredieten
- Daarom moeten deposito’s worden omgezet of getransformeerd
voor ze kredieten worden
Transformaties nemen verschillende vormen aan:
Schaaltransformatie:
= KI verzamelen of groeperen vele ‘kleine’ deposito’s om ‘grote’ kredieten
te kunnen verstrekken
- Elk afzonderlijk hebben de kleine deposito’s geen economisch nut,
maar als we ze samenvoegen -> realiseert de bank schaalvoordelen
- Zo kan de bank ze tegemoetkomen aan de financiële behoeften van
kredietnemers
Termijnomzetting of looptijdstransformatie:
= de taak van de bank is kredieten op middellange tot LT te financieren
met deposito’s op KT
, - Gemiddelde looptijd -> van kredieten is die langer dan die van
deposito’s
- Er wordt een termijnverschil & renteverschil overbrugd (er is
renterisico!)
Valutaomzetting of deviezentransformatie:
= omzetting van deposito’s uitgedrukt in een bepaalde munt in kredieten
in andere munt, valutarisico!
Risico’s:
- De intermediatiefunctie die kleine kortlopende deposito’s omzet in
grote LT kredieten lijkt eenvoudig maar brengt toch risico’s mee
- Van ‘passieve’ intermediatie is geen sprake van de KI verplicht zijn
om deze risico’s op juiste manier te beheersen & zo veiligheid van
deposito’s te garanderen
Kredietrisico:
= risico op insolventie of faillissement van de debiteur.
- Als Ki niet volledig het geld ka recupereren, dan moet ze wle nog
haar verplichtingen tegenover de spaarders nakomen
- Om te beschermen tegen insolvabiliteitsrisico kan bank waarborgen
vragen
Renterisico:
= is het gevolg van de termijnomzetting van KT deposito’s naar LT
kredieten.
- Op KT-deposito (bv. zicht-en spaarrekeningen) kan KI vrij snel
rentevoet aanpassen aan KT-rente of op basis van de
concurrentiepositie
- Bij krediet -> gaat niet zo gemakkelijk want lener kan kiezen voor
vaste rentevoet
- Bank zal dus streven naar positieve rentemarge
- Kan door KT-rente variëren en negatief worden
- Bij plotse stijging van de rente -> sterke verhoging rentekost (kan
niet doorgerekend worden)
Wisselrisico:
= is het gevolg van de valutaomzetting of deviezentransformatie & slaat
op waardeveranderingen als gevolg van een gewijzigde wisselkoers
- Om hiertegen te dekken -> gebruiken KI een aantal financiële
instrumenten
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper reyniersstacey92. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,49. Je zit daarna nergens aan vast.