Management les 25/09
1. HOOFDSTUK 1 INLEIDING TOT MANAGEMENT
&ORGANISATIES
1.1 WIE ZIJN “DE MANAGERS”?
Manager:
Iemand die samenwerkt met anderen en daarin
een coördinerende en leidinggevende taak heeft, met als
oogmerk de doelstelling(en) van de organisatie te
verwezenlijken.
• Is een manager een CEO?
• Neen, je hebt verschillende lagen van managers in
een bedrijf.
• Is een CEO een manager?
• Ja, een CEO gaat altijd leiding geven aan mensen
onder hun.
Hiërarchie: een manier om
personen te ordenen volgens
asymmetrische relaties tussen
hen.
Uitvoerend personeel:
mensen die geen
leidinggevende rol hebben.
Lagere managers: mensen die rechtsreeks uitvoerend
personeel aansturen
Middenmanagers: mensen die lagere managers aansturen,
sturen geen uitvoerend personeel aan, maar wel operationele
managers.
elke organisatie heeft zijn eigen structuur, dus bij elk bedrijf is
het verschillend
1
,Topmanagers: Zoals CEO, IT-director, HR-director. Zij nemen
de top beslissingen.
Apple is voorbeeld van een bedrijf waar dat iedereen zijn eigen
rol heeft.
1.2 WAT IS MANAGEMENT?
Management:
Het proces van leidinggeven aan, en het coördineren van
werkzaamheden, zodat deze efficiënt en effectief met en
door anderen kunnen worden uitgevoerd.
Wat is het verschil tussen iets ‘efficiënt’ doen en iets
‘effectief’ doen?
Effectief is dat je je doel behaald, je doet de juiste dingen
Efficiënt is de dingen juist doen. Zo weinig mogelijk tijd
verspillen.
Efficiëntie combineren met effectiviteit.
1.3 WAT DOET EEN MANAGER?
In elk bedrijf gaat een manager iets anders doen. Je kan er geen
definitie op plakken. Wel op 4 verschillende manieren:
A) Managementfuncties
4 management functies:
o Plannen
Het formuleren van doelstellingen en
strategieën en het ontwikkelen van plannen om
de benodigde activiteiten te coördineren
o Organiseren
Het vaststellen van wat er moet worden gedaan,
hoe dit moet worden gedaan en met wie dit
moet doen
o Leiding geven
2
, Het aansturen en motiveren van alle
deelnemende partijen en het oplossen van
conflicten
o Controleren
Het controleren van activiteiten om er zeker van
te zijn dat alles volgens plan verloopt.
Waar komen ze voor?
à overal
Waarom kan managen als een proces gezien worden ?
Elke stap bouwt verder op de andere. In de 1e ga je een plan
maken, dan organiseren, dan hoeveel mensen/ een gebouw
zoeken, dan gaan leiding geven en dan ga je controleren.
Voorbeelden:
Albert, CEO van Delta, komt op 1 mei ‘s ochtends op bureau en
kijkt op zijn tablet de verkoopcijfers van april na. = controleren
Kaat heeft een gesprek met Tom en Mieke, 2 van haar
medewerkers, om na te gaan hoe de samenwerking tussen
beiden kan verbeterd worden. = leiding geven
Jan geeft aan dat hij wil dat de verkoopcijfers in Wallonië
volgend jaar met 3% stijgen. = plannen
Julie vraagt aan de HR-afdeling om 2 verkopers aan te werven
voor de verkoop in Wallonië. = organiseren
B) Managementrollen
=> volgens Henry Mintzberg
3 rollen:
Intermenselijke rollen
3
, o Ze werken samen met andere mensen om ervoor te
zorgen dat dingen klaar worden gemaakt in
overeenstemming met de doelen van de organisatie
Informatieve rollen
o Manager moet zorgen dat hij info gaat verzamekn,
analyseren, doorgeven, verspreiden. Bezig met info.
Beslissingsrollen
o Communiceert, motiveren, inspireren met mensen in
het bedrijf
C) Managementvaardigheden
=> robert Kat
Welke vaardigheden moet je hebben?
Technische skills:
o kennis hebben over het domein dat je gaat managen
Conceptuele skills:
o Vaardigheden om problemen te analyseren
o Nadenken in modellen en theorieën
Interpersonal skills:
o Empathisch zijn, inspireren, motiveren, vaardigheden
hebben om te communiceren
Welke heb je het meeste nodig?
technische skills, je moet weten waarover het gaat. Hoe hoger
je gaat in een bedrijf, hoe minder die technische skills belangrijk
zijn
4