Inleiding psychologische dienstverlening
Hoofdstuk 1: studiewijzer (zie Toledo: uitgebreider)
Inhoud van het vak:
Studenten in contact te brengen met het brede spectrum van psychologische dienstverlening en de
achterliggende visies.
- de visie op de mens, wetenschap en gezondheid
- psychologische bril en het dienstverleningsproces
- psychologische stromingen: gedrag en cognitie, onbewuste en persoonlijke ontwikkeling
ervaring en ontmoeting, context en omgeving, biologie en evolutie
- aan de hand van theorie en toepassingen binnen de sectoren A&O, SPP en KLN en een
practicum
→ 8 studiepunten (samen met opdracht)
→ Schriftelijk multiple choice vragen:
- 40 vragen
- 4 antwoordmogelijkheden
- GEEN giscorrectie, WEL verhoogde cesuur (25/40 = 10/20)
- Op 14 van de 20 punten
- Voorbeeld vragen in apart document (Toledo)
- Proefexamen
, Hoofdstuk 2: Inleiding
2.1 Verwachtingen (zie boek)
2.2 Inleiding van de inleiding psychologische dienstverlening
In de psychologische bril wordt duidelijk gemaakt hoe wij vanuit onze opleiding de competenties van de
psychologisch consulent vormgeven.
- een professionele grondhouding als basis voor het hand in hand gaan van handelingsgerichte
diagnostiek en psychologische dienstverlening
- in inleiding psychologische dienstverlening zoomen we vooral in op de gelijknamige leerlijn
2.2.1 Een brede kijk op vele stromingen
‘The fox knows many things, but the hedgehog knows one big thing’ (Archilochus)
→ Citaat: belangrijk voor dit vak!
→ Dit vak voor ‘vossen’ of generalisten
- Bedoeling: kennismaken met een veelheid aan psychologische stromingen, denkwijzen en
begeleidingsvormen
- Betekent NIET dat ‘egels’ of specialisten niet belangrijk zijn (later specialiseren)
- Belangrijk: starten vanuit een brede kijk, bredere perspectief bekijken
Om de verschillende visies op de mens en de psychologie weer te geven spreekt men over stromingen
in dit vak.
- Psychologische stromingen zijn net zoals rivieren, grillig en veranderlijk/dynamisch
- Rivieren verleggen zich, psychologische stromingen worden aangepast met nieuwe inzichten en
methodes
- Over bronnen: vaak onduidelijkheid of discussie
- Vele vertakkingen symboliseren de vele substromingen die ontstaan vanuit 'hoofdstroming'
De psychologische stromingen:
1. Biologie en Evolutie
2. Gedrag en Cognitie
3. Context en Omgeving
4. Ervaring en Ontmoeting
5. Onbewuste en Ontwikkeling
De metafoor van het zoeklicht
Het licht helpt je focussen en bepaalde zaken duidelijker te zien, tegelijkertijd maakt het je blind
→ Alles wat niet in de straal zit, zie je niet
,→ Ander beeld dat vaak wordt gebruikt: de bril
- Begeleiders zijn geneigd vanuit hun bril (= hun achtergrond, opleiding, stroming) naar situaties
te kijken
- Het is slechts een kijk, NIET de kijk (een bril is NIET de bril)
- “The map is not the territory” van Korzybski
2.3 De filosofische roots van psychologie
Er zit meer in psychologische dienstverlening dan je denkt:
1. Er speelt meer dan we kunnen waarnemen
2. Psychologie is niet helemaal te kennen
3. Wel voorstellingen en voorspellingen
4. Negative Capability= vermogen om als dienstverlener met onzekerheid, dubbelzinnigheid,
onduidelijkheid, onzin, vraagtekens en twijfels om te gaan
→ Er speelt bij psychologische dienstverlening meer dan we laten zien en kunnen zien
2.3.1 Zelfbewustzijn
De vraag waar uiteindelijk elke psychologie op berust, is de vraag naar het (zelf)bewustzijn van de mens,
het kunnen stilstaan bij en reflecteren over ons mens-zijn.
Definitie: zelfbewustzijn
Zelfbewustzijn is de beleving van de eigen identiteit, dus van wie wij zijn en wat wij doen, denken,
voelen of hebben meegemaakt
Damasio’s model van bewustzijn:
- Menselijk (zelf)bewustzijn is niet op één plek in het brein te
situeren, ontstaat via verschillende breinstructuren en
verschillende circuits
- Prikkels > emoties > beelden/maps > woorden > feelings >
herinneringen > verhalen > autobiographical self
- Elk lichaam, ervaring, herinnering= uniek = elk bewustzijn
Anil SETH= brein wetenschapper ‘The Rubber Hand Illusion’
- beweert dat onze realiteitservaring een gecontroleerde hallucinatie is
- ons brein is voortdurend in de weer met voorspellingen (hersenen= ‘raadmachines’) en
interpretaties maken wat deze omgeving voor onszelf kan betekenen
- Gebaseerd op waarnemingen van buitenaf en van binnenin
- ‘Realiteit is overeenstemming over de hallucinatie’
- Op basis van elektrische signalen (die via zintuigen worden binnengebracht)
- ‘We lopen vooruit op onze waarneming’ -> deze verwachtingen worden door bepaalde signalen
vanuit ons ganse lichaam voortgebracht
, → belangrijke conclusie: Een machine kan wel ‘intelligent’ zijn, maar niet ‘zelfbewust’, want
heeft geen lichaam
Interoceptie= zelfbewustzijn is NIET alleen ons brein, maar ook ons
lichaam, want er is een wisselwerking.
→ bv. als je angstig bent gaat je hart snel kloppen, maar als je hart
snel klopt zal je ook angstig zijn
We zijn een ‘belichaamd zelf’
= Het zelfbewustzijn: complexe wisselwerking tussen waarnemen en
weergeven van signalen uit je lichaam en je omgeving
→ je lichaam is deels van jezelf, ook deels van je omgeving (voelt
vertrouwd en vreemd aan)
→ doet ook dingen waar jij zelf geen zicht of controle over hebt
- Ook relatie met omgeving, meer bepaald medemens (significant other) speelt belangrijke rol
voor ons zelfbewustzijn: Deelder ‘De omgeving van de mens is de medemens’
→ hoe we onszelf kunnen zien en begrijpen hangt dus af van onze relatie tot de ander
(omgeving, lichaam, persoonlijkheid, psyche…)
- Ook onze medemens is tegelijk vreemd en vertrouwd
- Ook onze psychische zelfervaring kenmerkt zich door die dubbelheid vertrouwd-vreemd
→ gedachten/gevoelens typisch ik, maar ook gedachten/gevoelens zo ken je jezelf niet
→ Lacan noemt dit ‘extimiteit’= samentrekking van ‘extern en ‘intern’: een mens is innerlijk
verdeeld, valt nooit geheel samen met zichzelf, ons innerlijke voelt niet altijd vertrouwd, er leeft
altijd iets van ‘de ander’ in ons, zelfs het meest eigene kan vreemd aanvoelen (heel herkenbaar:
mensen die worstelen met gender) “Je est un autre” (Lacan)
McGurk effect:
= ons zicht beïnvloedt wat we horen: BA BA BA - FA FA FA (video)
- Ogen toe doen, horen we het geluid hoe het echt is
- Ogen open doen, zien we dat de mondbewegingen kunnen beïnvloeden wat we horen
- Wat we horen is misschien niet altijd de waarheid (ons zicht neemt over)
2.3.2 Kunst en Kennis
Besef van het andere zet mensen al duizenden jaren aan hun bestaan en ervaringen te begrijpen en uit
te drukken:
- Soorten: woorden, beelden, klank, vormen en kleuren, tekens…
- Iets van innerlijke menselijke ervaring weergeven en met anderen delen
- O.a via KUNST (kunst zorgt voor psychologische ervaring)
→ effect op degene die het maakt en mens die met het werk in contact komt
Geen één-op-één relatie tussen ervaring/bedoeling van kunstenaar, de manier/middel en het effect bij
anderen/hoe anderen het begrijpen
Werkelijkheidservaring niet alleen uitdrukken, ook doorgronden en bemeesteren
→ op zoek naar eigenschappen die de ware aard der dingen kan ontrafelen= WETENSCHAP