Hoorcollege 1
1. Waarom spelen we?
Waarom is spelen belangrijk?
1. plezierig!
2. wereld leren begrijpen.
3. ontsnappen aan de werkelijkheid.
4. leren omgaan met onverwachte situaties.
5. gevoelens en emoties uiten.
Speelwaarde = waarom zijn deze opdrachten zo leuk voor
kinderen/jongeren?
Bv. Neem de bus naar ‘ERGENS’ en verdwaal, verdwaal, verdwaal… ->
spannend, leren al spelend bus nemen
Reggio emilia = het kind wordt gezien als een rijk kind met vanaf de geboorte
vele mogelijkheden en talenten
2. Spelen en spelen
Spelen = plezier hebben/maken uit gekheid zonder uitgesproken doel
(weinig/geen regels)
Spel = activiteit/bezigheid ontspannend maar bepaalde regels gebonden,
competitie element
-> niet belangrijk voor ons
Speelimpuls = kleine tussenkomst begeleider/kinderen zelf spelen verrijkt,
prikkel speels element aanbrengt en aanzet tot meer plezier/intensiteit
Activiteit = samenhangend gevarieerd geheel speelimpulsen/spelletjes en
speelopdrachten door begeleiders voorbereid
Verloop kwaliteitsvolle activiteit is wisselwerking tussen speelimpulsen vd
kinderen en die begeleider initieert
Activiteitsaanbod = geheel activiteiten elke dag door begeleidersploeg
wordt voorbereid en voorgesteld aan kinderen
Vrij spelen = momenten kinderen/jongeren ruimte, tijd en vrijheid krijgen
om spontaan tot zelfgekozen spelen te komen, initiatief van kind, impulsief
en ongedwongen
Begeleider = volwassen persoon die kinderen/jongeren ondersteunt in hun
spelen
Speelvisie = pedagogische visie op spelen
Speelpraktijk = geheel speelkansen, gelinkt aan goed doordacht
onderbouwde speelvisie + houdt rekening met meerdere invalshoeken
,Spelend leren = methodiek vanuit onderwijsmiddens, hoe kun je via spel
en spelen kinderen iets leren?
Verbreden van spel(en) = interventie vd begeleider meer mogelijkheden
geeft, ideeën aanbrengt, zaken combineert
Verdiepen van spel(en) = interventie vd begeleider meer mogelijkheden
geef, eisen oplegt, gerichter laat (door)werken
PJK-visie over vrij spelen:
1. Procesgericht:
Ruimte voor exploratie
Kinderen jongeren er veel autonomie in hebben -> veel kunnen doen
-> doel bv. Plezier hebben voor kinderen
Productgericht: focus op het werkje dat ze maken doel -> mooi
werkje
2. Kindgericht:
Niet: welke kleuren hebben blokken
Vanuit interesse, behoeften, talenten, maar ook ontwikkelingsgericht
Verschillende ontwikkeling vergelijken
3. Verrijkend
Out of the box gaan
4. Stimuleren vd creativiteit
Oef.
Kijk even mee in het hoofd van Maysa, 8 maanden.
Ik ben nog supermoe als papa me uit de auto haalt en naar begeleider
Lena brengt. Daarom neem ik de nek van papa goed vast. “Hallo, Maysa”,
hoor ik Lena zeggen, “ben jij nog een beetje moe?” Ik zie dat ze haar ogen
dichtknijpt en haar handen bij haar hoofd houdt, dat ze een beetje schuin
houdt. Ik reageer niet. Als papa weg is, legt Lena me op de dikke mat. Ze
komt naast me liggen en brengt ook nog Jorre en Tyra mee. Met ons
drieën liggen we tegen het zachte lichaam van Lena. Lena neemt een
lange buis en beweegt die zachtjes heen en weer. Telkens als de buis
beweegt, hoor ik “rrrrssssjjjj”. Ik vind het een heel aangenaam geluid. Na
een tijdje zingt Lena mee met het geluid van de buis. Ik hoor:
“oeliewamwamwam, oeliewam, doebiedoebiedamdamdam, doebiedam”.
Waauw, dit is nog mooier!
Kindgericht: ze handelt naar de ervaring van Maysa
Verrijkend: out of the box, niet ‘wat hoor je nu’, maar geluid dat speciaal is
Procesgericht: afwezigheid van product
Creativiteit: niet zo, maar regenbuis kan wel
3. Speelvormen
, Baby:
Bewegingsspelen/lichamelijk spelen (motorisch) = spelen waarbij de
kinderen de grote spiergroepen gebruiken
Tactiel spelen (sensorisch) = zintuigen prikkelen
Peuter:
Bewegingsspelen = dingen IN beweging zetten
Manipulatief - creatief spelen: handen gebruiken
Rollenspelen = rol aannemen
Fantasiespelen = verbeelding vrije loop
Kleuter:
Bewegingsspelen
Manipulatief-creatief spelen = doel stellen
Rollenspelen = samen met vrienden speelthema afspreken en welke rollen
ze zullen aannemen
Fantasiespelen = verbeelding vrije loop
Regelspelen = regels respecteren
Lagereschoolkind:
Gevoelig voor uitdaging, spanning, fysieke inspanning en competitie
Passieve activiteiten
Jongeren:
Jeugdbewegingen, speelplein
Erna: bv. Escape room
4. Spelen en ontwikkeling
De Flow: