Toepassingen op portefeuillebeheer
MIFID
= markets in financial instruments directive
= sinds 1/11/2007
= geheel van Europese rechtsregels in de harmonisatie en integratie van de financiële en
kapitaalmarkten
Doel = de grensoverschrijdende belemmeringen die er zijn betreffende de handel in
beleggingsvormen te verminderen = moet zo de Europese economie bevorderen
= biedt een grotere bescherming aan beleggers
= Alleen van toepassing op bepaalde soorten producten = bv aandelen, obligaties, afgeleide
producten, beleggingsfondsen en gestructureerde producten
= niet van toepassing op = deposito’s, kredieten of verzekeringsproducten
Wie organiseert die kapitaalmarkt, de handel?
Euronext NV (onderneming) waarop financiële producten worden georganiseerd/gehandeld
Waarom heeft Euronext geen monopolie meer?
Kan ook intern (deel of volledig) order kunnen uitvoeren tegen concurrentiële prijs (bolero?)
Doelstellingen:
- Meer concurrentie en transparantie op financiële markten
- Afschaffen beursmonopolie
- Uitdieping van de beschermingsregels voor de client
- Grensoverschrijdende belemmeringen die er zijn betreffende de handel in beleggingsvormen
te verminderen
= geld voor alle ondernemingen die diensten verlenen in verband met financiële instrumenten
→ banken, beursmakelaars en financiële bemiddelaars
Mogen er zomaar nieuwe beleggingsfondsen op de markt komen?
Nee, moet gecontroleerd worden door FSMA
Hoe doen die dat?
Door prospectus = je moet soort van prospectus samenstellen waarin alle info instaat en belegger
informeert wordt. Als dat er niet is kan een product nooit verkocht worden
1
,3 belangrijke beginselen die moeten nageleefd worden wanneer een financiële instelling
beleggingsdiensten verstrekt:
1. Moet zich op loyale billijke en professionele wijze inzetten voor de belangen van het
cliënteel
2. Moet op correcte duidelijke en niet misleidende manier info bezorgen die ook alles
omvattend en relevant is
3. Moet rekening houden met specifieke situatie van de cliënt = voldoen aan zijn behoeftes
4 grote rubrieken binnen MIFID
1. KYC: je mag geen enkel financieel product verkopen als je niet weet dat hij de geschikte
persoon daarvoor is. Bv hij wil geen risico’s nemen enz.
Als klant zegt ik ben defensief MOET je daarop inspelen
= loyale, billijke en professionele wijze inzetten
Hoe weet je wat u klant is?
Gesprek hebben en gestandaardiseerde vragenlijst doorlopen.
2. Inform your customer: veiligheid, rendement, liquiditeit, kosten en … (moe hier nog 1 zijn!)
= duidelijk en niet misleidende info
3. Regels met betrekking tot organisatie financiële instelling
4. Verplicht bij uitvoering orders altijd op transparante en correcte manier uitvoeren = best
execution in markets
KYC:
Niet iedereen heeft zelfde kennis en ervaring
- Klant kennen
- Klant classificeren
- Moet klant in 3 grote categorieën indelen = binnen MIFID-regels de klanten dus verdelen in 3
categorieën:
2
, 1. In aanmerkende komende tegenpartij
= Professionele marktpartijen, actief in financiële sector
(volledig deskundig, geen info geven, weten eigenlijk al alles) = zijn andere financiële
spelers/banken
Bv: beleggingsondernemingen, kredietinstellingen, verzekeringsondernemingen
= genieten onder MIFID het laagste beschermingsniveau
2. Professionele cliënten
(grote ondernemingen, min aantal WN, balanstotaal, omzettotaal groot genoeg…) =
hebben kennis en deskundigheid, kunnen risico’s wat inschatten
= grote ondernemingen die minstens 2/3 criteria voldoen (balanstotaal van 20 000 EUR,
netto omzet van 40 000 EUR, EV van 2 000 000)
= genieten minder beschermingen dan de niet professionele klanten, maar meer dan de
1ste groep
3. Niet professionele klanten (alle andere, wij, kmo’s) kunnen hier ook onderscheid in
maken
= ook wel Retail klanten genoemd
= financiële instelling zal bij deze groep vragenlijst afnemen over de kennis en ervaring
= hoogste bescherming
Banken hier ook verplicht om cliënteel te gaan indelen volgens het risicoprofiel, vragenlijst
Afwijking op categorie mogelijk: minstens 2 van 3 voorwaarden moeten voldaan zijn:
1. Regelmatig transacties doen
2. Omvangrijke portefeuille hebben
3. Professionele ervaring hebben op vlak van beleggingsdiensten
Profielen: beleggersprofiel
= financiële instellingen verplicht om van cliënten beleggersprofiel op te stellen
1. Volledig profiel
Altijd van toepassing bij:
Bij vermogensbeheer & beleggingsadvies (degene die al beschikken over paar 100 000 EUR of
contract beleggingsadvies = via overeenkomst met bankier afgesproken heeft om regelmatig raad te
krijgen hoe portefeuille te doen maar wel nog zelf aan het stuur wilt zitten, geven dus regelmatig
raad maar je beslist zelf nog of je het doet of niet, je betaalt wel voor die diensten)
Via die vragenlijst moeten aantal dingen minstens gekend zijn:
- Sowieso persoonlijke gegevens
- Financiële draagkracht (hoeveel vermogen bezit de klant? 2de verblijf, huurwoningen, nog
geld bij andere banken staan? Enz.)
- Financiële doelstellingen = Investeringen gepland komende jaren?
- Grote van het bedrag dat je wilt investeren
- Mate waarin je bereid bent om risico’s te nemen in portefeuille
- Kennis die je al hebt op dit moment van de financiële producten
3
, - Ervaring van het omgaan met die producten
➔ Profiel, kennis, ervaring, financiële draagkracht, beleggingsdoelstelling
➔ Moeten minstens bevraagd worden in gesprek voor belegging
➔ = SUITABILITY test = geschiktheidstest
2. Beperkt profiel
Verschil met volledig: financiële draagkracht is hier niet belangrijk, wel de kennis en ervaring terug
kennen!
= bv: het geval in een commerciële relatie waarbij fin. Instelling haar cliënten individueel benadert
met gericht publiciteit over bepaalde types producten/diensten
= APPROPRIATENESS test nodig = moet niet toegepast worden bij professionele cliënten en in
aanmerking komende tegenpartijen
3. Geen profiel
Voor sommige transacties het geval:
- Initiatief komt van klant zelf, geeft zelf order door, zonder voorafgaand advies
Als initiatief bij bank komt en zeggen we hebben voorstel dan wel een profiel
- Geen complexe producten
Complex: turbo,future, warrants = derivaten = allemaal complex = appropriateness test
Niet complex: aandelen, obligaties, staatsbon, kasbon, termijnrekening = execution only
(geen onderzoek)
Je moet eigenlijk een test afnemen om te kijken of je voldoende kennis hebt over een bepaald
product= voornamelijk voor complexe producten = indien je niet slaagt kan je er niet in beleggen,
tenzij datje een schriftelijke overeenkomst sluit met je broker dat je de risico’s op u neemt
Dus bank moet niet nagaan of het product wel passend is maar wel verplicht van een order uit te
voeren en dit op de best mogelijke manier = toepassen van de “Best Execution in Markets”
Samenvattend:
(Tabel uit MIFID in de praktijk)
4