BESTUUR, BELEID EN ORGANISATIE VAN HET WERKVELD
INLEIDING
Centraal in deze cursus = verschillende actoren in het sociaal werkveld
- Overheid
- Individu/ gemeenschap
- Markt
- Middenveld
HOOFDSTUK 1: OVERHEID, MARKT EN GEMEENSCHAP ALS CENTRAAL REFERENTIEKADER
1. Inleiding
SW omvat veelzijdig werkveld dat zich niet eenvoudig laat afbakenen omvat
- Individuele hulpverlening (maatschappelijk werk)
- Sociaal-cultureel werk
- Maatschappelijke dienstverlening
- Soiaalpedagogische en orthopedagogische hulpverlening
- Cultureel werk
Veelzijdigheid aan organisaties, actoren, geografische schaal, doelgroep, sector, aard
Vlaanderen: 3 soorten organisaties in SW
- Publieke voorzieningen
- Private non-profitvoorzieningen
- Commerciële for-profitvoorzieningen
Verschillende mate van
- Autonomie t.o.v. overheid
- Sturingsrelaties tussen overheid en werkveld
- Interactie tussen organisaties onderling
Overheidsbeleid rond SW voortdurend in ontwikkeling en verandering WANT hangen samen
met bredere maatschappelijke ontwikkelingen en verschuivingen in politieke verhoudingen
Verandering in organisatie en structuur werkveld te maken met beleidsverandering en
tendensen zoals schaalvergroting, hybridisering, professionalisering, …
2. Welfare mix
= interactie tussen staat, markt en burgermaatschappij
1
,= ‘Democratische driehoek’
In een democratische samenleving wordt de realisatie van zorg, welzijn en collectieve
welvaart altijd geproduceerd door samenwerking tussen
overheid, gemeenschap (wat mensen zelf doen) en vrije markt
Ieder van die actoren heeft eigen waarden en logica’s
Kwaliteit van democratie en samenleving afhankelijk van
goede balans tussen de 3 hoekstenen accentuering
van één hiervan leidt tot verschraling van kwaliteit van
bestaan en mogelijk crisissituaties
Overheid (overheden: federaal, Vlaams, provincie, gemeente, …)
Staat bekend om zijn wetten, regels, procedures, toeslagen, uitkeringen, voorzieningen
en gelijkheidsprincipes
Belangrijkste waarde: via politiek voor zorgen dat de verdeelde individuele belangen
die in samenleving heersen worden omgevormd naar gedeelde publiek belang
Bepaalt (en bewaakt) als democratisch gekozen orgaan (moreel, juridisch, … verplicht)
de rechten en plichten van individuele burgers + inrichting van publieke voorzieningen
in zorg, welzijn, onderwijs, …
Gelijkheidsbeginsel: kaders zijn voor iedereen hetzelfde, niemand wordt uitgesloten
zo burgers beschermen tegen willekeur
Beslissingen nemen na afweging van veelheid aan belangen en meningen zo
vrijheid, gelijkheid, voorkomen van uitsluiting en meerderheidsbesluiten garanderen
Mens wordt vanuit overheid als burger benadert = we hebben rechten en plichten
omdat we deel uitmaken van een groter geheel
Markt (economie)
Staat bekend om ondernemerschap, (ruil)handel, onderlinge concurrentie, efficiency,
groeidenken, innovatie, schaalvoordelen en commerciële belangen
Utilitarisme = nuttigheidsdenken (iets doen omdat er een bepaald nut aan gekoppeld
is) vanuit haar economisch belang op zoek naar efficiënt en doelmatig werken en
met zo min mogelijk middelen zo veel mogelijk gedaan krijgen
Goedkope en werkzame oplossingen aanbieden voor problemen en behoeftes van
overheid en burger
Arbeid is hier ook onderdeel van
Mens wordt hieruit in eerste instantie gezien als consument en producent
Gemeenschap
2
, Burgergemeenschap bestaat uit verschillende gemeenschappen (gezin, familie,
sportvereniging, kerk, buurt, …) waar mensen hun individuele en collectieve identiteit
aan ontlenen en waarin zingeving ontstaat
DUS groep mensen die iets gemeenschappelijk hebben (belangen, waarden, loyaliteit
naar elkaar)
Draait sterk rond solidariteit, betrokkenheid, zingeving: je deelt aantal waarden, vind
dezelfde dingen belangrijk
Mens wordt gezien als zingever die gelijkgezinden zoekt om iets te betekenen
Welfare mix: gaat over wie er verantwoordelijk is voor de zorg en verzorging van sociaal
zwakkeren in de samenleving concept dat vooral gebruikt wordt bij theorievorming over
sociaal beleid
Diverse ‘welfare regimes’/ types verzorgingsstaten
1. Sociaaldemocratische
o Accent op overheidsverantwoordelijkheid
o Recht op maatschappelijke dienstverlening (universele, individuele rechten)
o Waar overheid tekort schiet krijgen markt en gemeenschap een rol
2. Liberale
o Accent op marktverantwoordelijkheid
o Individuele verantwoordelijkheid en sociale bijstand voor de armsten
o Waar markt tekortschiet mag overheid en gemeenschap corrigeren
3. Conservatieve/ corporatistische
o Nadruk op community
o Verzekeringsprincipe gekoppeld aan groepssolidariteit
o In eerste instantie aan grote maatschappelijke groepen (arbeiders, zelfstandigen,
…) om onderling solidariteit te ontwikkelen en enkel waar het tekort schiet
komen markt en overheid tussen
Wie is er verantwoordelijk voor en welke uitwerking het beste voldoet ten aanzien van de
(her)verdeling van materiële en immateriële welvaart (elk type heeft andere welfare mix:
afhankelijk van waar je gewicht legt) mix van 3 verschillende benaderingen die elkaar in
evenwicht houden en op elkaar inspelen, houden elkaar in beweging
Welk regime in België?
Sociaal-democratisch
We zitten in systeem waar overheden veel verantwoordelijkheid opnemen. Bv. OCMW’s
met hun woonzorgcentra etc.
MAAR we zijn ook best corporatistisch: sociale zekerheid met werkloosheidsuitkeringen
etc. Met eigen afspraken, CAO’s, voor elke groep sociale zekerheid organiseren +
mutualiteiten (verzuiling)
MAAR we zijn ook best liberaal: neoliberale trend internationaal, economische komt
steeds meer op voorgrond bv. Inperken in tijd waarop je werkloosheidsuitkering mag
krijgen
3
, 3. Het maatschappelijk middenveld: positie sociaal werk
informeel non-profit
formeel profit
OVERHEI
D
MIDDEN-
VELD
GEMEEN-
SCHAP MARKT
indivi systee
du m
Vierde partij: maatschappelijk middenveld (verenigingen, initiatieven, …) ¾ van sociaal
werk bevindt zich hier
Vaak ontstaan vanuit een burgerinitiatief en nu uitgegroeid tot semi-publieke ondernemingen
zonder winstoogmerk met taak in het publieke domein
Gericht op maatschappelijk rendement: eventuele winsten worden niet uitgekeerd maar
blijven ten dienste van het maatschappelijk doel + functioneren op afstand van overheid
maar wel onder invloed hiervan WANT landelijk beleid, wet- en regelgeving,
subsidieverstrekking, inspecties, …
Duidelijke aflijning tgn de 3 andere sferen
- Formeel
- Non-profit
- Privaat
Als buffer: voorkomt dominantie van 1 hoekpunt
- <> totalitarisme
o Overwicht overheid op mens en economie
4