Prof. Elise Wuyts - Forensische psychiatrie
Les 1: inleiding
Wat is forensische psychiatrie?
Om het in 1 zin samen te vatten:
Forensische psychiatrie is een raakvlak tussen psychiatrie en recht.
Gelinkt aan artikel 71 strafwetboek
“Er is geen misdrijf wanneer de beschuldigde of de beklaagde op het tijdstip van de
feiten leed aan een geestesstoornis die zijn oordeelsvermogen of de controle over zijn
daden heeft tenietgedaan, of wanneer hij gedwongen werd door een macht die hij niet
heeft kunnen weerstaan.”
Het artikel gaat over toerekeningsvatbaarheid met andere woorden in hoeverre iemand
verantwoordelijk kan gesteld worden voor zijn daden.
Hierbij wordt de forensische psychiater betrokken.
1ste voorbeeld situatie: mensen die een psychose hebben en ervan overtuigt dat de
maffia achter hen aan zit en er afluisterapparatuur in huis is. Zo een situatie escaleert,
de persoon wordt agressief en vervolgens opgepakt door politie.
Heeft die het oordeelsvermogen om te beseffen dat die iets fout heeft gedaan?
De mensen in kwestie denken dat de waanideeën oprecht zijn en willen hunzelf
verdedigen.
2de voorbeeld situatie: Mensen die wel weten dat wat ze doen fout is maar eigenlijk geen
controle hebben over hun acties of gedachtes zoals aantrekking voelen tot kinderen in
de pubertijd of als gevolg van verslaving iemand overvallen om drugs te kunnen kopen.
De beslissing van toerekeningsvatbaarheid (of niet) is heel lastig want elke forensisch
psychiater is anders. Bij gevolg worden er in de rechtzaken ook veel verschillende
meningen gezegd.
De beslissing zit op een spectrum, in forensische zeken moet men dat vertalen naar een
ja nee antwoord dat het rechtssysteem van ons vraagt.
1
,Een stukje geschiedenis
De Lombroso experimenten
Lombroso doet onderzoek naar biologisch
determinisme
Men gaat adhv gezichtkenmerken
profielen opstellen van wie criminele
feiten gaat plegen. Hierdoor zouden ze
voorspellingen kunnen doen.
Mensen hadden in deze tijden nood aan
classificatie maar de theorie bevat heel
veel racistische implicaties.
Emile kraepelin
Schetst de forensische psychiatrie als
aparte tak
Bij de oude Grieken werd er al een onderscheid gemaakt tussen mensen die
toerekeningsvatbaar zijn en mensen die ontoerekeningsvatbaar zijn. Het is altijd al een
vraag geweest. Vroeger besliste de priester hierover, nu een forensisch psychiater.
Begrip uit de criminologie: therapeutic jurisprudence
Het therapeutische of anti-therapeutische effect van het rechtssysteem.
Het recht heeft 2 functies:
1) Beschermen van de maatschappij (recidive beperking)
2) Vergelding
Een samenwerking tussen het recht en de psychiatrie is nodig.
2
, Medisch VS juridisch systeem Medisch VS maatschappelijk systeem
Andere cultuur: psychiatrie voert een Heel veel stigma
beleid om de patiënt te helpen, in het recht
debatteren partijen tegen elkaar
Zwart wit denken: de jurist wil antwoord op Belang van de publieke opinie: slechte
een ja nee vraag, de psychiatrie ziet dit veel rapportering van de pers, de media
ingewikkelder en het in hokjes plaatsen is diagnoseert (vb niet iedereen die
zeer moeilijk zedenfeiten met minderjarigen pleegt is
een pedofiel)
Asymmetrisch relatie: de psychiater geeft Politieke schommelingen: psychiatrische
advies over een behandeling maar de de handelingen zijn duur, hierdoor is het
uiteindelijke beslissing ligt bij de rechter. meestal ook geen prioriteit in de politiek
Beroepsgeheim: psychiaters hebben Bescherming van de maatschappij: risico
beroepsgeheim en een vertrouwensrelatie denken
tov hun patiënt maar tegelijkertijd moeten
ze samenwerken met justitie door hen op Er is een dubbele rol: wat is het beste voor
de hoogte te houden. Welke informatie de maatschappij? Wat is het beste voor
mag doorgegeven worden, welke niet? de patiënt?
Wat doet een forensisch psychiater?
1) Expertises: vòòr de internering, adhv deskudigeverslagen
In het vredegerecht
Kan gaan over: een gedwongen opname of bewindvoering (van goederen of persoon)
In de correctionele rechtbank
Kan gaan over: Toerekeningsvatbaarheid, de interneringswetgeving of
deskundigenonderzoek
2) Behandeling: later in het proces, een door rechter opgelegde behandeling
uitvoeren
Meerdere stelsels
Meerdere aanpakken
Meerdere werkdomeinen
Meerdere doelgroepen
3
,Les 2: internering en deskundigeonderzoek in het strafrecht
We zitten nu in heel deel “expertise” van de forensisch psychiater.
De psychiater volgt verschillende denkkaders, 2 soorten met verschillende
onderverdelingen.
1) Psychotherapeutisch denkkader (aparte opleiding tijdens het werk)
a. Cognitieve gedragstherapie: Vb angst van spinnen, men gaat alle situaties
mijden met spinnen, men stelt zich de vraag: welke gedachten zitten er
aan deze angst? Stapsgewijs gaat men proberen om het gedrag te
veranderen door bvb langzame blootstelling
b. Experientiele gedragstherapie: Werken aan relatie tussen therapeut en
cliënt
c. Systeem therapie: Koppeltherapeuten, de persoon als deel van een geheel
systeem
d. Psychodynamische therapie: Vb Freud, onderbewustzijn, zelf tot inzicht
komen, weinig zeggen
2) Biologisch denkkader (geneeskundige achtergrond)
a. Classificatie: adhv systemen
i. DSM 5: Amerikaans. Tot kort “afwijkend seksueel gedrag”
opgenomen, moet dit als stoornis geclassificeerd worden?
ii. ICD 11: quasi nooit gebruikt in België. Door world health org
ontwikkeld, veel uitgebreider, niet alleen psychiatrische
stoornissen. Ook onderscheid tussen hoofd- en zijdiagnose etc
want diagnose hangt af van de levensloop dus evolueren in de tijd,
ook vaak onenigheid over diagnose.
b. Neurobiologie: hersenscans
c. Farmacotherapie: medicatie
Kaders moeten goed kunnen samenwerken maar is in praktijk net altijd zo.
Wat is internering?
Strafvervangende maatregel
Van onbepaalde duur, geen einde in zicht, problemen met buitenland hooggerechtshof
Interneringswet (art 9, p1)
3 voorwaarden voor een internering opgelegd mag worden.
Een internering kan enkel bevolen worden bij: a) een betrokkene die een misdaad of
wanbedrijf heeft gepleegd die de fysieke of psychische integriteit van derden aantast of
bedreigt; b) die op het ogenblik van de beoordeling aan een geestesstoornis lijdt die zijn
4
, oordeelsvermogen of de controle over zijn daden tenietdoet of ernstig aantast; c) bij wie
het gevaar bestaat dat hij als gevolg van zijn geestesstoornis, eventueel in samenhang
met andere risicofactoren, opnieuw misdrijven zoals vermeld in (a) zal plegen.
a) Niet voor eender welke feiten een internering opleggen, geweldsdelicten,
seksuele delicten, belaging, moord(minderheid). Voldoende ernstige misdrijven.
b) Punt van veroordeling VS punt van feiten. BELANGRIJK niet elke stoornis kan
leiden tot feiten.
a. Oordeelsvermogen: vb iemand aanvallenzonder enige vorm van
aanleiding, voor ons duidelijk niet oké, voor die persoon op dat moment
een bedreiging en heeft zichzelf verdedigt. In zijn ogen is dat wettelijke
zelfverdediging, de persoon ziet de context niet.
b. Controle over de daden: verslavingsstoornissen, men maakt niet dezelfde
beslissingen, impulsiviteit neemt toe. Maar de persoon heeft bvb wel
gekozen om te drinken en weet wat er gebeurt als die drinkt, geldt dit nog
als onteorekingsvatbaarheid? Maar ook! Als men een verslaving heeft,
heeft men dan nog de keuzen van te zeggen ‘ik ga niet drinken’?
c) Er moet een risico zijn dat het opnieuw gaat gebeuren. Maten van het risico. Vb
binnen gezinssituatie, recidive risico laag maar toch hoge straffen. Bij
zedenverdachte, hoog recidiverisico maar lagere straffen.
Interneringswet (art 9, p2)
Er wordt vereist dat forensisch psychiatrisch deskundigenonderzoek is uitgevoerd of dat
actualisatie van eerder uitgevoerd deskundigenonderzoek heeft plaatsgevonden.
Soms langere observatieperiode nodig, dan gaat men een klinische observatie
uitvoeren.
Klinische observatie
Aan de hand hiervan kunnen we tot een betere diagnose komen.
Centrum bestaat in belgie alleen op papier, het wordt niet aangeraden want psychiaters
denken dat ze voldoende zicht hebben op de situatie en een goede diagnose kunnen
stellen.
Wat na een internering?
Algmemeen wordt het lot van de geïnterneerde geregeld door KBM.
Kamer ter bescherming van de maatschappij
Onderdeel van SURB
Plaatsing van geïnterneerde: waar wordt die persoon geplaatst, past die persoon bij ons?
Gaat veel tijd over.
5