NIERLIJDEN – NEFROLOGIE
DE NIEREN: VOORKENNIS
De nieren filteren gemiddeld 1,5liter per dag
FUNCTIES
Verwijderen van overtollig vocht en afvalstoffen (filter)
Behoud van zuur-base evenwicht (renale acidose) en zout en vochtbalans
Aanmaak van hormonen
o EPO (ertytropoëtine), hormoon dat de productie van RBC stimuleert
o Renine (bloeddrukregeling via RAAS)
o Aanmaak van actief vit D: behoud botweefsel door regulatie Ca/P door
activatie Vit D en excretie van teveel P
,In de urine is ook vaak albumine (eiwitten) te zien bij patiënten met nierlijden. Dit wordt
behandeld door middel van dialyse.
Een dialyse zorgt er voor dat de aanmaak van EPO wordt tegen gehouden, daarom krijgen
deze pt injecties van EPO.
DIETETISCH ONDERZOEK: SYMPTOMEN EN KLACHTEN
OORZAKEN
Hypertensie
Diabetes
mellitus
(diabetische nefropathie)
Nierstenen
Medicatie (nefrotoxische geneesmiddelen)
Systeemziekten (Lupus erythematosus)
Chronische pyelonefritis (ontsteking van nierbekken)
, Polycystische nieren (erfelijke aandoening waarbij grote cyste aanwezig zijn in één of
beide nieren)
COMPLICATIES
Verhoogd cardiovasculair risico
o Dyslipidemie
o Hypertensie
o Hyperkaliëmie
Renale anemie
Renale osteodystrofie
: ↓ eGFR -> fosfaatretentie + stimulatie bijschildklieren ->
hyperparathyreoïdie -> verhoogde botresorptie
Hoe komt het dat dyslipidemie een belangrijk gevolg is van nierlijden?
Nefrotisch syndroom: verlies van 3,5g eiwitten/ 24u urine, Het lichaam maakt meer
eiwitten aan (de lever gaat in overdrive, maar meer aanmaak van eiwitten zorgt voor
meer aanmaak van vet en cholesterol)
Te veel kalium in het bloed => hyperkaliëmie
Een groter risico op cardiovasculaire aandoeningen (ook hypertensie en dyslipidemie
zorgen hiervoor)
SOORTEN NIERAANDOENINGEN
Er kan onherstelbare schade optreden thv glomeruli en tubuli => nierlijden
o Acuut – chronisch nefrologische dieetadviezen (conservatieve dieettherapie)
Terminale / preterminale nierinsufficiëntie
o Preterminale NI: specifiek dieetadviezen (conservatieve dieettherapie)
o Terminale NI: nierfunctie vervangende therapie is noodzakelijk (hemodialyse,
peritoneale dialyse en niertransplantatie)
CLASSIFICATIE
1. BIOCHEMIE
- In serum: creatinine, ureum, natrium, kalium, bicarbonaat (HCO3), calcium,
fosfaat, Hb, cholesterol, albumin
- In 24uurs- urine: urine, creatinine, natrium, total eiwit en creatinineklaring
, Kalium 3,5-5,0 mmol/l 35-90mmol/24uur
Fosfaat 0,7-1,4mmol
Albumine 35-50mmol/l <30mg/24u
30-300mg/24u= microalbumine
>300mg/24u= proteïnurie
2. GFR
: glomerulaire filtratie rate of creatinineklaring
De creatinineklaring is the volume bloedplasma (in ml) dat door de nieren per minuut
wordt ontdaan van de door het lichaam geproduceerde stof creatinine, een
afvalproduct van de stofwisseling in de spieren. Deze klaringswaarde zegt dus iets
over de glomerulaire filtratiesnelheid van de nieren.
De belangrijkste factor voor het inschatten van de nierfunctie
o Normale GFR 80-140ml/min/1,73m² (oftewel ca. 170liter/dag)
Ideaal = 90-95ml/min/1,73m²
o Daling GFR
De leeftijd ( GFR <60ml/min: 10% op 60j , 50% op 85j
Verschillende nierziekten
- Ck creatinineklaring in ml/min
- Uk creatinineconcentratie in de urine in mg/L
- V urinestroom in ml/min (urinecollectie op 24u)
- Pk creatinineconcentratie in het plasma in mg/L
Nadelen van de cr eatin in ek lar in g
- Tijdrovend
- Sterk afhankelijk van de betrouwbaarheid van de urine verzameling
- In de klinische praktijk wordt niet de creatinie klaring, maar de serumcreatinine
gebruikt als maat voor de nierfunctie. Deze geeft een redelijke benadering.