2024-2025
Overzicht:
HI: 29p. (p. 1-28)
HII: 25p. (p. 29-53)
HIII: 12p. (p. 54-66)
HIV: 40p. (p. 67-106)
HV: 39p. (p. 107-145)
HVI: 39p. (p. 146-184)
HVII: 47p. (p. 185-231)
HVIII: 14p. (p. 232-245)
HIX: 30p. (p. 246-275)
HX: 20p. (p. 276-296)
SAMENVATTING SPR
GEBASEERD OP HANDBOEK ‘OVERZICHT VAN HET BEGLISCH STRAFPROCESRECHT’ (F. DERUYCK EN Y. VAN LANDEGHEM) +
AANVULLING MET EIGEN LESNOTITIES
YANA RAMAEKERS
,HI : Organen en partijen bij het strafproces betrokken
De politiediensten
WPA = Wet 5 augustus 1992 op het
1. Onderscheid bestuurlijke en gerechtelijke politie: Politieambt (codex p.497)
Bestuurlijke politie :
- kijken toe op handhaving van OO, voorkoming van misdrijven, bescherming personen
en goederen (art. 14, 1e lid WPA)
- voor het vervullen van deze taken, staan ze onder gezag van de bestuurlijke
overheden (art. 5 WPA)
- preventieve politie
gerechtelijke politie :
- taak om misdrijven op te sporen en bewijzen ervan te verzamelen, daders
overleveren aan rechtbanken belast met hun bestraffing (art. 8 Sv. en art. 15, 1 e lid
WPA)
- voor het vervullen van deze taken, staan ze onder gezag van de gerechtelijke
autoriteiten. Specifiek de PG (bij de hoven van beroep) of de federale procureur
alle officieren van de gerechtelijke politie staan onder toezicht van de PG bij de
hoven van beroep of de federale procureur (art. 367 Sv.)
alle politiediensten voor het vervullen van taken van de gerechtelijke politie staan
onder het gezag van de Minister van Justitie (art. 5, 2 e lid WPA)
- repressieve politie (uitz. Art. 28bis §2 Sv. die het mogelijk maakt dat de gerechtelijke
politie aan proactieve recherche kan doen mits machtiging van de PDK en als er een
grond van redelijk vermoeden van reeds gepleegde, maar nog niet aan het licht
gekomen feiten, of zelfs van nog te plegen feiten, bestaat!)
Sinds wet 18 juli 1991 bestaat er een externe controle op de politie. Dit door een Vast Comité
voor toezicht op politiediensten genaamd het Comité P.
Ook bestaat er sinds deze wet een externe controle en een Vast Comité van toezicht op
inlichtingendiensten genaamd Comité I.
deze twee diensten verschillen van elkaar. Inlichtingendiensten zijn geen
politiediensten. Het zijn bv. Interpol dat een internationale organisatie is voor
criminele politie. Zo bestaan er ook inlichtingendiensten op nationaal vlak bv. De
Veiligheid van de Staat.
WGP = wet 7 december 1998 tot
Structuur organisatie ve geïntegreerde politiedienst
Sinds wet van 7 december 1998 (hierna WPG) is er een
opdeling in twee niveaus. Enerzijds de lokale, en anderzijds de federale politie.
We gaan ze nu beide bespreken
1. de lokale politie
o art. 3, 2e lid WPG)
o verzekert basispolitiezorg op lokaal niveau en vervult sommige
politieopdrachten van federale aard (art. 61-64 WPG)
o elke politiezone heeft een lokaal politiekorps (art. 9 WGP)
o een politiezone kan samengesteld zijn uit één of meerdere gemeenten (art. 10
WGP)
1
, één gemeentezone : gemeenteraad + burgemeester staan in voor de
organisatie en beheer van het lokale politiekorps
meer-gemeentezones : politieraad + politiecollege oefenen die
bevoegdheid uit
politieraad = evenredig samengesteld uit leden van de gemeenteraad
van de diverse gemeenten obv hun respectieve bevolkingscijfer
elke gemeenteraad beschikt over minstens één vertegenwoordiger in
de politieraad (art. 12, 2de lid WGP)
politiecollege = gevormd door burgemeesters van de verschillende
gemeenten (art. 23, 1e lid WGP)
2. de federale politie
o art. 3, 3e lid WGP
o verzekert over gehele grondgebied de gespecialiseerde en supra-lokale
opdrachten met inachtneming van de principes specialiteit en
subsidiariteit
o vervult ondersteunende opdrachten voor de lokale politiediensten en
politieoverheden
o staat onder leiding van een commissaris-generaal (art. 93, §4 WGP)
o daarnaast bestaat het uit 3 directies :
algemene directie bestuurlijke politie : belast met 2 zaken (art.
102 WGP)
leiding en operationele coördinatie van opdrachten van
gerechtelijke politie van centrale diensten van de
federale politie
operationele coördinatie, controle en ondersteuning
van de gedeconcentreerde gerechtelijke directies
-> gedeconcentreerde gerechtelijke directies hebben als
ambtsgebied een gerechtelijk arrondissement
-> gerechtelijk directeur heeft de leiding van de
gedeconcentreerde gerechtelijke directies (art. 105, §1
WGP)
algemene directie gerechtelijke politie
algemene directie van het middelenbeheer en de informatie
de gerechtelijke directeur houdt regelmatig dienstrelaties met de verantwoordelijken
van de lokale politie en neemt deel aan het rechercheoverleg en het provinciaal
overleg met als doel de coördinatie van de opdrachten van gerechtelijke politie te
verzekeren tussen de lokale politie en de gedeconcentreerde gerechtelijke directie
(art. 105, §6, 1e zin WGP)
2
, om de coördinatie van de opdrachten van de gerechtelijke politie te verzekeren,
overlegt de gerechtelijke directeur regelmatig met de PDK van zijn ambtsgebied (art.
105, §6, laatste zin WGP)
de federale gerechtelijke politie kent een paar bijzondere opsporingsdiensten met
een apart statuut o.a. :
o CDGEFID = centrale dienst ter bestrijding van de georganiseerde economische
en financiële delinquentie
o CDBC = centrale dienst ter bestrijding van corruptie
o DJSOC = Direction Judiciaire Serious and Organised Crime (sic) (directie van
bestrijding van zware en georganiseerde criminaliteit)
o FCCU = federale computer crime unit
3. Aanwijzings- en vorderingsrecht
De gerechtelijke overheden beschikken over een aanwijzings- en vorderingsrecht. De
leden van het OM wijzen de politiedienst aan die in een bepaald onderzoek met de
opdrachten van gerechtelijke politie is belast volgens de artikelen 28ter, §3 Sv. (PDK),
364, 2e lid Sv. (PG) en 56, §2 Sv. (OR).
Als principiële regel geldt wel dat :
Gerechtelijke overheden mogen zich niet inmengen in de concrete organisatie van
de betrokken politiediensten (art. 8/1 WPA). De gerechtelijke overheden kunnen
in de regel niet ‘bij name’ de leiding toewijzen aan een bepaalde
politieambtenaar. De vorderingen van de PDK of de OR moeten gericht zijn aan de
overste van de politiediensten en niet aan individuele politieambtenaren!
Slechts bepaalde uitzonderingen op dit gegeven bv. als OR een beschikking tot
onderscheppen van niet voor publiek toegankelijke communicatie of gegevens
van een informaticasysteem uitvaardigt, dan moet hier wel de naam en
hoedanigheid van de officier van gerechtelijke politie die voor de uitvoering
van deze maatregel werd belast, vermeld worden (art. 90quater, §1, 2de lid, 5°
Sv.)
Gerechtelijke overheden mogen zich niet inlaten met de bestuurlijke en
operationele leiding van de politiediensten. Operaties die nodig zijn voor de
uitvoering van vorderingen van gerechtelijke politie worden uitgevoerd onder
leiding van de politieambtenaren met de hoedanigheid van officier van
gerechtelijke politie. (art. 8/6 WPA)
Richtlijn 20 februari 2002 van de Minister van Justitie zegt dat ‘complexe’
onderzoeken toegewezen moeten worden aan de federale politie. Een onderzoek
beschouwt men als ‘complex’ wanneer…
Oftewel gelet op de aard van de te onderzoeken feiten bv. Zware of
georganiseerde criminaliteit, corruptie, diefstal en afpersing van nucleair
materiaal, mensenhandel etc.
Oftewel gelet op de aard van de te verrichten onderzoeksdaden bv. Het gaat
om onderzoeken waarin nood is aan bijzondere opsporingstechnieken zoals
observatie of infiltratie, maar ook om gespecialiseerde vormen van
vermogensanalyse en van operationele analyse bv. profiling
3