Statistiek – Examen Januari – Zoë Beullens
1. Statistiek in het onderzoek
1.1 Belangrijke begrippen
1.2 Wat is statistiek?
Statistiek
= De wetenschap van het verzamelen van gegevens, het classificeren,
samenvatten, organiseren, analyseren en interpreteren van deze
informatie.
• Gegevens worden verzameld via een steekproef uit een populatie
Populatie= de bestudeerde groep
met: N = de populatieomvang
Steekproef= een selectie uit de populatie
met: n = de steekproefgrootte
Census: N = n
• Gegevens worden bestudeerd via beschrijvende en/of inductieve
statistiek
Beschrijvende statistiek
• Kenmerken van steekproefgegevens samenvatten
• Uitspraken beperkt tot steekproef
Inductieve statistiek
• Kenmerken van steekproefgegevens gebruiken
als schattingen voor populatiekenmerken
• Uitspraken veralgemenen naar populatie
• Veralgemenen gaat gepaard met onzekerheden
(kansuitspraken)
• Synoniem: verklarende statistiek
1.3 Wat is onderzoek?
Onderzoek leidt tot algemene uitspraken gebaseerd op observaties (=
waarnemingen in de werkelijkheid)
Algemene uitspraken bevatten een mate van onzekerheid (0-100%)
Deterministische uitspraken = zekerheden, wetmatigheden,
definities,…
, Probabilistische uitspraken = onzekerheden
Statistiek is een onderzoekhulpmiddel
= helpt om gegevens (= observaties) te vertalen naar algemene
uitspraken
Beschrijvende statistiek
waarnemingen uitspraken over steekproef
onzekerheden hangen af kwaliteit van
onderzoek(gegevens)
Inductieve statistiek
waarnemingen uitspraken over populatie
onzekerheden hangen af van kwaliteit van
onderzoek(gegevens)
& kansberekening
Criteria van Brinkman
= voorwaarden om te kunnen spreken van een kwaliteitsvol onderzoek
1. Objectiviteit: iedereen krijgt exact hetzelfde, geen
uitzonderingen, afstellen van oordelen en openstellen voor
werkelijkheid.
2. Controleerbaarheid: het controleren van het werk, iedereen
in populatie moet de kans krijgen om deel te nemen, alle
mogelijke storende factoren probeer je onder controle
houden, je moet duidelijke stappenplannen overlopen.
3. Herhaalbaarheid: zelf op basis van gegevens nagaan wat de
conclusie van het onderzoek is, door aanpassingen te doen
in het stappenplan kan er vervolg onderzoek gedaan
worden.
4. Systematiek: eerst opzoeken wat er al geweten is over een
onderwerp. De informatie van de voorgangers van het
onderzoek doorlezen en ontbrekende deeltjes zelf
onderzoeken.
Nauwgezet omschrijven van en gedragen tijdens een
onderzoek
Onderzoek is vaak gericht op een samenhang tussen variabelen
o Variabele
= verzameling van thematisch gerelateerde informatie.
afhankelijke variabele AV
, = een variabele bestaande uit metingen van cases,
deelnemers,…
onafhankelijke variabele OV
= een variabele bestaande uit condities, groepen,
manipulaties, interventies,…
Covariaten
= variabelen bestaande uit metingen van cases, deelnemers,
…
1.3.1 Soorten onderzoek
Twee soorten onderzoeken binnen de statistiek
Experiment
Onafhankelijke variabelen (OV)
= een variabele bestaande uit condities, groepen,
manipulaties, interventies,…
Afhankelijke variabelen (AV)
= een variabele bestaande uit metingen van cases,
deelnemers,…
Resultaten
= zorgt een bepaalde conditie voor een aantoonbare
wijziging in de metingen?
= interpretatie waarin een verband tussen AV en OV wordt
nagegaan
Correlationeel onderzoek
Géén OV of AV
= niet van toepassing
Covariaten
= variabelen bestaande uit metingen van cases,
deelnemers,…
Resultaten
= zorgt een bepaalde conditie voor een aantoonbare
wijziging in de metingen?
= interpretatie waarin een verband tussen AV en OV wordt
nagegaan
1.3.2 Soorten verbanden
• Verband = uitspraak waarin de relatie tussen variabelen wordt
uitgedrukt.
Direct causaal: x veroorzaakt y
Invers causaal: y veroorzaakt x
Covariatie: x en y variëren samen
Indirect: z veroorzaakt x en y
, Criteria van Hume & Mill
= voorwaarden om te kunnen spreken van een direct causaal verband
1. Tijdruimtelijke structuur van oorzaak & gevolg.
2. Oorzaak vindt plaats vóór het gevolg.
1+2} chronologisch verloop
3. Als de oorzaak niet plaatsvindt, dan is er geen meetbaar gevolg.
} belang van controleconditie (een nul- of basismeting als
vergelijkingspunt)
4. Er zijn géén alternatieve verklaringen.
} geen indirecte verbanden
Kenmerken van een experiment:
Chronologie
OV ⭢ AV: eerst groepsindeling/manipulaties/interventies/… dan
metingen
Controle conditie
OV: meestal ook een basis- of controlemeting
Geen indirecte verbanden?
Blijft discussiepunt: afhankelijk van de kwaliteit van het onderzoek
1.3.3 Onderzoeksfasen
1. Vraagstelling