ARTS EN MAATSCHAPPIJ 3
DIVERSITEIT: BIAS EN GEZONDHEIDSZORG
WAT IS BIAS?
Associaties die gevormd worden door omgeving, ervaringen (dus dingen die we hebben meegemaakt), maatschappij, …
zonder dat we bewust zijn en die ons gedrag en denken beïnvloeden. Deze aspecten spelen een rol: cognitief, sociaal en
impliciet. Nog dingen die belangrijk zijn als we spreken over bias:
- Stereotypie: veralgemening van een bepaalde karakteristiek van een lid van een groep
- Vooroordeel: (positieve/negatieve) attitude naar groepsleden obv bepaalde karakteristieken, en het deel
uitmaken van een groep
- Discriminatie: verschil in behandeling van bepaalde groepsleden door individuen of instituties
‘Thinking fast en slow’
De 2 manieren waarop een beslissing genomen wordt:
- Systeem 1: automatische piloot
- Systeem 2: bewuste aandacht
We zijn als artsen getraind om aan patroonherkenning te doen. Het is uiteraard goed om volgens het eerste systeem te
denken want zo kan je bv snel reageren als iemand herkent met een hartinfarct. Toch is het wel belangrijk om dat tweede
systeem ook te hanteren. Op een genuanceerde manier denken duurt misschien langer, maar is wel nauwkeuriger. Het
is nu niet dat het ene systeem beter is dan het andere: soms moet je bij het ene snel in actie schieten en bij het andere
juist meer aandacht besteden.
Ook hier kan bias wel een rol spelen. Denk aan hartinfarcten bij vrouwen: het loopt vaak fataler af omdat het laattijdig
ontdekt wordt. Bij mannen denken we vaak direct aan hartinfarct, maar bij vrouwen niet direct omdat het sowieso al
minder voorkomt, maar ook omdat het een ander patroon aanneemt.
Soorten bias
- Confirmation bias: je wordt omringd door waar je aan denkt. Bv ‘Ik heb liefdesverdriet en elk liedje op de radio
gaat precies over liefde’. De observatie wordt dus vernauwd naar dingen die het bevestigen. Zo kan je in een
perspectief komen waarbij je geen rekening meer houdt met andere dingen.
- Halo/Horn effect: het eerste wat je hoort, onthoud je makkelijker. Dit resulteert in brede veronderstellingen
gebaseerd op beperkte, irrelevante informatie. Bv ‘Koen is agressief, humoristisch en betrouwbaar EN Jan is
betrouwbaar, agressief en humoristisch’ à bij beide personen werden dezelfde adjectieven gebruikt, maar toch
ga je beter onthouden dat Jan een beter persoon is.
- Groepsvorm: in-group favoritisme. Bv meteen een klik hebben met iemand die je op vakantie tegenkomt omdat
die ook NL spreekt.
- Out-group homogenity. Bv ‘Alle Marokkanen zijn zo’ terwijl je dit nooit zou denken als je zelf een Marokkaan
was.
- Stereotiepe kennis: bv ‘mensen met tatoeages hebben wss niet gestudeerd’. Of winkels die vrouwenthee
verkopen voor meer rust/slaap en mannenthee met kruiden voor meer power.
- Red flag observatie: bv focussen op alarmsymptomen waardoor je andere symptomen mist
Ijsberg theorie voor bias (ChatGPT)
,Bewuste bias: dit is het deel van de bias waarvan we ons bewust zijn en dat we kunnen herkennen. Bv ‘ik geef als job
recruiter de voorkeur aan kandidaten met ervaring in een specifieke sector’
Onbewuste bias: dit is het deel dat onder water ligt. Deze bias beïnvloedt ons gedrag, onze beslissingen en waarnemingen
zonder dat we ons daarvan bewust zijn. Bv impliciete voorkeur hebben voor mensen die op ons lijken (qua geslacht,
achtergrond, …) zonder dat we doorhebben dat dit ons oordeel beïnvloedt.
Impact op beslissingen: zelfs als we denken dat we objectief zijn, kunnen onbewuste biases een grote invloed hebben
op belangrijke beslissingen. Het doel is om het onderbewuste deel van de ijsberg te verkleinen door bewuster te worden
van onze denkpatronen en gedrag.
Bias en gezondheidszorg
Om blinde vlekken te ontdekken, moet je alles op een natuurlijke manier zonder vooroordelen of assumpties bevragen.
Enkele voorbeelden:
- ‘Pt draagt hoofddoek, dus wss drinkt ze geen alcohol en rookt ze niet.’ Bij hen moet je het juist zeker bevragen
want voor hen is de drempel hoger om het zelf ter sprake te brengen
- Ervan uit gaan dat een 30-plusser seksueel actief is
CATEGORISATIE IN GEZONDHEIDSZORG
Een cognitieve shortcut is een mentale terugkoppeling die helpt om snel beslissingen te nemen, vooral in complexe
situaties waarin klinische oordelen snel nodig zijn. Dit kan dus nuttig zijn omdat het tijd bespaart en het mogelijk maakt
om snel een overzicht te krijgen in moeilijke omstandigheden.
Wanneer een cognitieve shortcut leidt tot beperkingen in het verkennen van de symptomen of context van een patiënt,
kan het een probleem worden. Hierdoor kunnen belangrijke details over het hoofd gezien worden, wat de kwaliteit van
zorg kan beïnvloeden.
Categorisatie als vaardigheid: in medische opleidingen wordt de capaciteit om te categoriseren vaak ontwikkeld omdat
dit helpt om informatie snel te vereenvoudigen en te verwerken.
Het categoriseren lijkt nuttig, maar het is geen neutraal proces
- Om het categorisatiesysteem te behouden, hebben mensen de neiging om de verschillen tussen categorieën te
vergroten en de verschillen binnen een categorie te verkleinen à stereotypering
- Hoe minder we weten over een bepaalde categorie, hoe sterker de categorisatieprocessen worden. Dit kan
ervoor zorgen dat we sneller aannames maken obv beperkte kennis.
- Impliciete bias (= onbewust) beïnvloedt het categoriseren. Dit betekent dat onbewuste vooroordelen kunnen
doorslijpen in medische oordelen waardoor bv symptomen over het hoofd worden gezien.
Stereotypes & Pygmalion effect
Iedereen denkt wel in stereotypes. Dit kan je niet helemaal uitschakelen, maar je kan er wel meer bewust van worden.
Door deze aanname gaat het gesprek anders verlopen à het motiveren zal ook
anders verlopen: minder steun, minder goed, … Hierdoor krijg je de bevestiging
van ‘Oh kijk, die doet niet aan gedragsverandering’. Je krijgt dit resultaat door de
bias die je op voorhand had en de manier waarop je hiernaar gehandeld hebt. Dit
is de cyclus van self fulfilling prophecy. Uitkomst zal uiteindelijk niet alleen je
beginstelling bevestigen, maar ook bestendigen en versterken.
, DIKVOORMEKAAR
Gewichtsbias
Gewichtsbias wordt gedefinieerd als het vasthouden aan negatieve overtuigingen, houdingen, oordelen en aannames
over mensen die leven met een overgewicht/obesitas. Dit kan expliciet (bewust en openlijk) of impliciet (onbewust en
verborgen) zijn. Het is een probleem dat serieus moet genomen worden.
Onderzoek naar gewichtsbias in de zorg
Er is nu veel onderzoek naar gedaan. Zorgverleners denken blijkbaar steeds hetzelfde over dikke patiënten:
- Luiheid
- Weinig wilskracht
- Lage therapietrouw à ze vinden dat dikke mensen minder goed de adviezen opvolgen
- Ongezond
- Afvallen is altijd gezond à dus ze denken dat afvallen altijd een oplossing is
- Ze denken vaak ook dat obesitas een gedragsprobleem is: eten te veel en bewegen te weinig
Deze aannames werden teruggevonden bij huisartsen, diëtisten, specialisten, vpk, geneeskundestudenten, …
Negatieve gevolgen voor dikke patiënt
- Minder tijd en oogcontact: dus minder persoonlijke band opgebouwd
- Chronische stress: wanneer patiënten voelen dat ze gestigmatiseerd worden, geeft dat veel stress wat zelfs kan
leiden tot chronische stress
- Minder vertrouwen: dikke patiënt zal zorgverlener minder vertrouwen wat zorgt voor zorgvermijding
- Zorgvermijding: ze wachten zo lang om naar een dokter te gaan tot dat het bijna te laat is à dan wordt het
moeilijker te behandelen enz.
- Onderzoek binnen doelgroep: 80% heeft doktersbezoek uitgesteld uit angst voor hoe ze behandeld gaan worden
Zorgvermijding komt dus niet door hun gewicht, maar door de bias
Ontoegankelijke zorg
- Weinig geschikt materiaal: bloeddrukmanchet niet groot genoeg, naaldlengte niet lang genoeg, gewichtslimiet
van behandeltafels niet hoog genoeg, …
- Weigering van zorg: er zijn artsen die weigeren patiënten door te verwijzen naar een specialist of die geen
verdere onderzoeken willen doen omdat hun aanname is dat gewicht het enige probleem is
- BMI restricties studies à obv BMI operaties weigeren
Dikke mensen worden vaak uitgesloten van onderzoeken. Zo hebben ze beperkte kennis over hoe dingen voor hen werkt.
Denk bv aan medicatie: werkt niet hetzelfde bij dikke mensen als bij dunne mensen. Hierdoor worden ook verkeerde
dosissen gegeven waardoor medicatie niet zal werken. Er wordt in opleidingen ook gewoon te weinig geoefend op hen.
Hoe kan het beter?
- Verschuiven van weight-centric approach naar health-centric approach
- Holistische benadering van de patiënt
- Focus op gezondheidsbevordering en niet op gewichtsverlies
Tips voor studenten