Consumentenpsychologie
Hoofdstuk 1: Wat is consumentenpsychologie?
1.1 wat is psychologie?
Nudging: iemand subtiel stimuleren om zich op een gewenste wijze te gedragen.
Bv: holle bolle Gijs “papier hier, papier hier”.
Psychologie wordt gemeten door
- Fundamenteel onderzoek functieleer, persoonlijkheidspsychologie,
sociale en fysiologische.
- Toegepaste psychologie. klinische psychologie, arbeids- en
organisatie, schoolpsychologie, consumentenpsychologie
1.2 wat is consumentenpsychologie
Definitie consumentenpsychologie: wetenschappelijk studie van het
consumentengedrag
Consumentengedrag:
- mentale en fysieke handelingen
- letten op korte- en langtermijneffecten
- van goederen en diensten
“Al het gedrag dat een consument vertoont bij het zoeken naar, het kopen, het
gebruiken, het evalueren en het ontdoen van producten, diensten en ideeën.”
Nut? Overheid voorlichting, ongewenst gedrag beperken
Hoe wordt de consument beïnvloed?
- Omgeving
- Denken
- Emoties
- Door consument iets te laten doen
,Voorbeeld 1:
mensen zijn geneigd om het middelste te kopen, want dat is dan niet goedkoop,
maar ook niet te duur.
Voorbeeld 2:
Als er een euroteken staat achter een prijs associëren mensen dat meteen met geld
daarom vaak geen euroteken op menu kaarten.
1.3 onderzoeksmethoden
Het wetenschappelijk onderzoek:
Meten, voorspellen, beschrijven, interpreteren en begrijpen
Stappen:
- Een hypothese stellen
- Objectieve data verzamelen
- De resultaten analyseren
- De resultaten publiceren, bekritiseren en repliceren
Hoe?
- Observatie:
Bv: De klant observeren in een winkel (aantrekkingskracht, looproutes,
afdelingsbezoek, verblijfsduur)
Nadeel: Als ze weten dat ze geobserveerd worden, gaan ze zich anders
gedragen. --> blind observeren kan helpen.
- Interview en enquête:
Voordeel: Goedkoop, anoniem, snel veel mensen bereiken, procentgegevens
Nadeel: Duurt lang, mensen kunnen al snel gaan liegen, mening maar niet in
de diepte
Sociaal wenselijk antwoord= wat men verwacht dat mensen antwoorden
Bv: Kijk je porno? Nee
- Test:
Wat kan getest worden: IQ, ADHD..., sociale vaardigheden
Nadeel: Resultaten kunnen afwijken door stress, black-out...
Kenmerken van de (psychometrische) test/onderzoek:
, ● Betrouwbaarheid: Bij herhaling moet het onderzoek hetzelfde resultaat
bekomen.
● Validiteit: Meten wat er gemeten moet worden.
Bv: Bij een toets wiskunde moeten leerkrachten geen punten aftrekken
voor taalfouten, want het gaat om de berekeningen...
● Objectiviteit: Het moet neutraal zijn, niet je eigen mening.
- Experiment:
Manipulatie toedienen en kijken naar het effect.
● Onafhankelijke variabele: Groep waarbij de manipulatie wordt
toegediend
● Afhankelijke variabele: Niks (placebo)
● Experimentele groep: Manipulatie (wat we meten)
● Controlegroep: Effect van de manipulatie
Examenvraag:
Experiment: in een gecontroleerde situatie en je gaat die situatie manipuleren
Onafhankelijke variabele: de manipulatie waar we het effect van meten/
manipulatie die je toedient. (suikerfrisdrank)
Afhankelijke variabele: het effect van de frisdrank (hyperactiviteit)
Experimentele groep: krijgen experiment (groep met frisdrank die suiker krijgt)
Controlegroep: groep die niks toegediend krijgt (niet deel van experiment)
Hoofdstuk 2: informatieverwerking
Wat heb je nodig voor informatieverwerking?
- Systemen in hersenen nodig
- Perceptie = waarnemen
- Geheugen = opslaan
, Perceptie: 5 sensoriële systemen
Visuele gewaarwording:
Visuele elementen gebruiken in reclame, verpakking, kleur...
Bv: Een blauwe zak= paprika chips
De literatuur zegt dat ogen de aandacht trekken van een verpakking
Bv: Croky --> vogel met ogen
Wat trekt onze aandacht als eerste:
1. Kleuren
2. Vormen
3. Nummers
4. Woorden
Auditieve waarneming:
Reclamejingles (deuntjes bv; Dovi keukens, Magnum), achetrgrondmuziek in
supermarkt. Trage muziek zorgt ervoor dat je langer in een winkel blijft.
Gewaarwording van reuk:
Emoties, herinneringen opwekken, geur in winkels, geur van producten...
Geur is het enige zintuig dat rechtstreeks verbonden is met het emotiecentrum van
de hersenen.
Geurmarketing: bewust geur verspreiden in de winkel om emoties op te wekken.
Tactiele gewaarwording:
Weefselstructuur van stoffen, betasten en voelen van producten
Smaakgewaarwording:
Zorgen dat het producten smaken zoals ze moeten smaken, smaaktesten,
proevertjes...
Dia 18 (video)
- Multisensorieel: zo veel mogelijk zintuigen prikkelen
Bv: Tomorrowland, Rituals
- McGurk effect: wat we zien, bepaalt mee wat we horen <=> Wat we horen,
bepaalt wat we zien. Het effect zal altijd blijven optreden, ook al hebben we
het super vaak gezien.