100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
samenvatting motorisch leren €10,39
In winkelwagen

Samenvatting

samenvatting motorisch leren

 0 keer verkocht

Volledige samenvatting van motorisch leren: prof. Gooijers

Voorbeeld 4 van de 48  pagina's

  • 16 januari 2025
  • 48
  • 2024/2025
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (6)
avatar-seller
joycepfau
MOTORISCH LEREN EN MOTORISCHE CONTROLE


DEFINITIES EN THEORIEËN VAN MOTORISCHE CONTROLE EN LEREN (H1)


STUDIE VAN MOTORISCH LEREN


1. leren bestuderen
❖ leren = onafhankelijke variabele → afhankelijke variabele
➢ onafhankelijke variabelen: veel oefenen, kijken naar iemand en uitleg krijgen
➢ afhankelijke variabelen: motorisch antwoord / vaardigheid (prestatie)
❖ leren = wetenschappelijke wetten ontdekken
➢ kwantitatief of kwalitatief
➢ maakt voorspellingen en controle mogelijk
➢ vaak specifiek
❖ leren = een intern proces → afgeleid uit prestatie

2. definitie
❖ = een reeks interne processen die samenhangen met praktijk of ervaring
→ relatief permanente veranderingen in het vermogen om te reageren (plasticiteit)
❖ leren is niet direct observeerbaar, maar wordt afgeleid uit de prestatie
❖ leren is het resultaat van welbepaalde ervaringen > gerichte oefening
❖ leren is een relatief stabiele mogelijkheid om een antwoord te genereren
(relatief permanent!) > geen kortstondige gedragsveranderingen
❖ opslag en heroproepen van de relatief permanente gedragsveranderingen

3. stappen
❖ identificatie van de afhankelijke variabele
➢ bv. aantal stappen - meten van coördinatie
❖ manipulatie van de onafhankelijke variabelen
➢ bv. groep 1 ontvangt kwalitatieve informatie en groep 2 ontvangt kwantitatieve
informatie
❖ opstellen van een leeromgeving
➢ bv. oefenzaal ziekenhuis - individuele oefening met therapeut
❖ observatie van veranderingen in motorisch antwoord tgv oefening
❖ tijdelijke/permanente veranderingen scheiden (prestatie versus leren)
➢ bv. test na laatste sessie, 1 dag later, 1 week later en 1 maand later
❖ verbetering van de nauwkeurigheid en consistentie van het antwoord → leren
➢ bv. gemiddelde relatieve fase / snelheid + SD


STUDIE VAN MOTORISCHE CONTROLE

,1. gesloten-lus theorie van Adams
❖ motorisch leren wordt gezien als probleemoplossend gedrag
➢ referentiemechanisme
➢ centrale rol voor kennis van resultaten (KR)
➢ detectie van fouten
➢ correctie van fouten
❖ stappen
➢ geheugenspoor
■ “instantie” voor selecteren en initiëren van een beweging
■ beperkt en specifiek programma
➢ perceptueel spoor
■ “instantie” voor het testen van de juistheid
■ bevat interne representatie van sens. ervaring
❖ kritiek
➢ stockageprobleem?
➢ nieuwigheidsprobleem: transfercapaciteit?
➢ vooral gebaseerd op “trage” positioneringstaken, wat met snelle bewegingen?

2. schema theorie van Schmidt
❖ motorisch programma
➢ ~ gelijk aan geheugenspoor van Adams
➢ speelde daar beperkte rol, hier centraal
❖ bewijs voor bestaan van centrale motorische programma’s
➢ initiëren, uitvoeren en stoppen van snelle bewegingen binnen de 150ms is mogelijk
(150ms = te kort om beweging bij te sturen)
➢ bewegingen kunnen vooraf gepland zijn zonder tussenkomst van feedback tijdens
de bewegingsuitvoering > CPG voor stappen
➢ gedeafferentieerde dieren en mensen kunnen vaardig motorisch gedrag vertonen
❖ centrale patroongenerator (CPG)
➢ CPG = een autonoom oscillatorisch spinaal circuit dat verantwoordelijk is voor de
alternerende flexie en extensie van het been tijdens het stappen
➢ na transectie van het ruggenmerg > achterpoten van kat vertonen nog
gecoördineerde stapbewegingen op bewegende loopband
➢ EMG activiteit van flexoren in zwaai- en extensoren in steunfase
❖ definitie motorisch programma
➢ een verzameling van spiercommando’s
■ die gestructureerd zijn voordat een beweging begint
■ die het toelaten om een sequentie van bewegingen uit te voeren zonder dat
hiervoor perifere feedback wordt gebruikt
➢ later aangepast
■ feedback kan NIET gebruikt worden om correcties door te voeren in het
selecteren van een beweging
■ feedback kan WEL gebruikt worden om correcties door te voeren in de
uitvoering van een beweging
➢ gegeneraliseerd motorisch programma
■ = een programma verantwoordelijk voor een klasse van bewegingen
■ geen stockageprobleem en oplossing nieuwigheidsprobleem

,❖ gegeneraliseerd motorisch programma (GMP)
➢ parameters
■ door de uitvoerder gekozen voor aanvang van de beweging
■ laat beweging toe aan verschillende snelheden of kracht, zonder
basispatroon van beweging aan te tasten
■ voorbeelden: totale bewegingstijd, totale kracht, antwoordgrootte,
spierselectie, handselectie, …
➢ invariante kenmerken
■ niet veranderlijke eigenschappen van een beweging (in tegenstelling tot
parameters die wel kunnen wijzigen)
■ voorbeelden: relatieve timing (fasering) van deelaspecten van beweging,
relatieve kracht, relatieve duur, volgorde van bewegingselementen, …
➢ om een beweging te genereren dient men
■ het gewenste motorische programma op te roepen
■ de juiste parameters mee te geven aan dit motorische programma
❖ het bepalen van de parameters, hoe doen we dat?
➢ vroegere bewegingservaringen en huidige gewenste beweging → relatie?
➢ opgeslagen aan de hand van 4 informatiebronnen:
■ initiële condities: info over het individu (uitgangshouding) en de omgeving
■ vroegere antwoordkenmerken: zoals tijd, kracht, ...
■ antwoordresultaat: succes van de beweging in functie van het doel ervan
■ sensorische gevolgen: sensaties als gevolg van uitvoeren van een beweging
➢ 3 schema’s van belang
■ voor aanvang van de beweging → herinneringsschema
● een relatie tussen initiële condities, vroegere antwoordresultaten en
vroegere antwoordspecificaties
● dit schema vormt antwoordspecificaties voor toekomstige bewegingen
= parameters
■ wanneer sensorische gevolgen meer van belang zijn → herkenningsschema
● een relatie tussen initiële condities, vroegere antwoordresultaten en
vroegere sensorische gevolgen
● dit schema vormt verwachte exteroceptieve en proprioceptieve
feedback
● klinische implicatie?
■ na uitvoering van de beweging → foutendetectieschema
❖ wat kunnen we hier nu mee?
➢ bijvoorbeeld proberen optimaal leerproces creëren, door gevarieerd te oefenen
■ zorgt voor versterking / betere opbouw van het schema
■ uiteindelijk betere prestatie
❖ kritiek
➢ Adams en Schmidt > te veel aandacht voor centrale representaties
➢ focus op eenvoudige bewegingen met 1 gewricht/lidmaat
➢ weinig tot geen focus op cyclische bewegingen die een zekere coördinatie vereisen
(denk aan schoolslag, stappen, …)

, 3. dynamische patronen theorie (DPT)
❖ in dagelijks leven: maar weinig bewegingen waarbij maar 1 lidmaat/gewricht actief is
❖ maar, niet iedere vrijheidsgraad kan individueel aangestuurd worden, dit zou een zeer
complexe oefening worden...
❖ veel vrijheidsgraden? → controle van functionele spiergroepen
➢ een groep spieren die overwegend over verschillende gewrichten kruist, en als
functionele unit kan fungeren → synergie of coördinatieve structuur
➢ “aldus kunnen, onder sommige omstandigheden, complexe bewegingen van
meerdere ledematen even gemakkelijk worden gecontroleerd als bewegingen met
slechts één lidmaat”
➢ dus, zo weinig mogelijk centrale representaties, maar organisatie te verklaren op
basis van grotere bouwstenen (spiersynergie) en biofysische beginselen
(zelforganisatie)
❖ zelf-organiserende systemen:
➢ beweging in anti-fase of in-fase
➢ stap-draf-galop bij een paard
❖ spontane transitie van het ene naar het andere coördinatiepatroon:
➢ van anti-fase naar in-fase
➢ paard: oiv de snelheid


CONCLUSIE


❖ Adams: gesloten-lus theorie
➢ feedback = referentiemechanisme voor foutendetectie en -correctie
➢ oefenen = specifieke spoorvorming
❖ Schmidt: schema theorie
➢ gegeneraliseerd motorisch programma
➢ abstracte representatie van commando’s
➢ leren = opbouw van “abstracte” regels
❖ gelijkenissen: denken vanuit representaties + verschillen: rol van feedback in MC
❖ dynamische patroon theorie
➢ organisatie is een gevolg van: de opbouw van het systeem en dynamische
interacties tussen de componenten
➢ dus: geen hogere orde controlestructuur/representaties, maar zelforganisatie en
bouwstenen/spiersynergieën

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper joycepfau. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,39. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 64450 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€10,39
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd