Persoonlijke financiële planning
Evaluatie: schriftelijk examen: 23 juni 2020: 8u30 tot 11u30
Enkele toepassingen:
o Minstens 1 advies: realiseren van specifieke doelstellingen, optimaliseren,…
formuleer je antwoord als een gestructureerd advies !
o Overige toepassingen: analyses en berekeningen
Theoriegedeelte
o Open vragen
o Begrip uitleggen in één zin
o Meerkeuze met giscorrectie
Typische bankactiviteiten:
Retail banking: bankieren voor de particulier
Corporate banking: bankieren voor de ondernemingen/bedrijven
Investment banking: onder andere bedrijven die naar de beurs willen, beleggingsfondsen
Private banking/personal banking: variant op de retail banking, voor particulieren die een groot
privévermogen hebben
FSMA: 1 van de 2 toezichthouders van de bankensector, toezicht op alles wat de belegger ten
goede moet komen en de producten
o = Financiel servecies and markets authority
Pijler 1: Vermogensinventaris
1.1 Analyse van de situatie
Analyseproces is:
Statisch
o Hoe is de huidige vermogenssituatie?
Omvang? samenstelling? persoonlijke situatie? wensen en behoeften?
EN
Dynamisch
o Hoe zal de vermogens- & persoonlijke situatie wellicht evolueren?
o Uitvoeren van scenarioanalyses i.v.m. deze evolutie (“what if…”)
risicobeheersing
o Wat zijn de doelstellingen? planningstechnieken
Twee invalshoeken:
Analyse van het patrimonium
Analyse van persoonlijke situatie, wensen & behoeften
1.2 Analyse van het patrimonium: statisch
Wat?
Statisch beeld van de huidige vermogenssituatie qua omvang en samenstelling
Wanneer?
In principe op geregelde tijdstippen (dus wél flexibel)
1
, Maar zeker op zogenaamde “sleutelmomenten”
o bij huwelijk of echtscheiding
o bij de opstart van een eigen zaak
o bij de uitvoering van persoonlijke “projecten”
o bij het naderen van het einde van de actieve loopbaan
o bij het voorbereiden van een nalatenschap
o …
Hoe?
Aan de hand van de “particuliere vermogensinventaris” / “vermogensbalans”
o Het begint bij een moment opname zoals bij een onderneming een balans. Hier noemen
we dit geen balans maar een vermogensinventaris
o Bv. de intentie om een huis aan te kopen krediet aangaan huidige financiële
situatie bekijken en hoe die afbetalingen hier binnen passen en hoe deze invloed kan
hebben op andere toekomstige plannen
Gestructureerd overzicht van de privébezittingen en –schulden
Analoog aan de balans van een onderneming
o Bezittingen Actief
o Schulden Vreemd vermogen (Passief)
o Verschil tussen beide = Netto vermogen Eigen vermogen (Passief)
Momentopname:
Componenten opnemen tegen huidige, geschatte waarde
o Marktwaarde van (onroerende) beleggingen
Bij een balans vertrekken we van de historische kostprijs
Bij de vermogensinventaris vertrekken we vanuit de huidige marktwaarde
De aandelen portefeuille is op een jaar misschien niet aangepast maar de
waarde is misschien wel 20% gestegen
o Zgn. reserves van levensverzekeringen
o Saldo van schulden
Ter herinnering:
De huidige waarde van een constante kasstroom gedurende n perioden bij een rentevoet i:
kasstroom x (1 – (1+i)^-n) / i = huidige waarde
Mensualiteit berekenen in Excel:
=bet(rentevoet per periode; aantal periodes;-kredietbedrag)
Resterende kapitaalfractie berekenen:
Bereken de maandelijkse intrest op het openstaande saldo kapitaal
Mensualiteit min intrest van bepaalde maand = kapitaalfractie van die maand
Vorig saldo kapitaal min kapitaalfractie van die maand = nieuw saldo kapitaal
Voorbeeld
Krediet van 20 jaar = 240 maanden (Voorbeeld hierboven)
Mensualiteit:
o 230 000/((1-0,003)^-240)/0,003)
0,003= 3,6/12
o = 230 000/170,91
o =1 345,76
1.3 Analyse van het patrimonium: dynamisch
Wat?
Dynamisch beeld van de evolutie van de vermogenssituatie qua omvang en samenstelling
Wanneer?
In principe op geregelde tijdstippen (dus ook flexibel)
Maar zeker op zogenaamde “sleutelmomenten”
idem aan particuliere vermogensinventaris
Hoe?
Aan de hand van:
o “Staat van ontvangsten en uitgaven”
o “Spaarbalans”
1.3.1 Staat van ontvangsten en uitgaven
Wat?
Gestructureerd overzicht van de (geraamde) privékasstromen
Analoog aan de kasplanning (liquiditeitsbudget) van een onderneming
o Ontvangsten = inkomende kasstromen
o Uitgaven = uitgaande kasstromen
o Verschil tussen beide = mutatie van de cashpositie
3
, 1.3.1.1 Staat van ontvangsten en uitgaven: opbouw
Ontvangsten uit:
Beroepsinkomsten (arbeid) en vervangingsinkomsten (soc. zekerheid)
Beleggingen (intresten, dividenden, huur onroerend,…)
Uitzonderlijke elementen (schenkingen, legaten)
o Legaat: ontstaat niet uit een normale erfopvolging, degene die gaat overleiden gaat een
laatste wilsbeschikking (testament) opstellen. Wat in dit testament staat van
vermogensvoordelen is het legaat.
Nieuwe leningen, realisatie beleggingen
Uitgaven:
Verplichte: kredietaflossing, verzekering, onderhoudskosten,…
Courante: consumptie en luxe uitgaven: energie, kleding, voeding,
Discretionaire: sparen of investeren, besteding voor projecten
o Discretionaire: vrij besteedbaar, iedereen kan zelf kiezen hoe je dit besteed. Een deel van
uw uitgaven zijn verbonden (dit zijn de verplichte uitgaven). De discretionaire uitgaven
kan je doen met het geld dat je nog over hebt na de verplichte en courante uitgaven.
Uitzonderlijke
Ontvangsten – uitgaven = saldo: besteedbaar
ontsparen
1.3.2 Spaarbalans
Wat?
Gestructureerd overzicht van de (geraamde) mutatie van het netto vermogen
o Verschil tussen begin- en eindbalans is de mutatie van het vermogen
Analoog aan de (gebudgetteerde) resultatenrekening van een onderneming
M.a.w.: hoeveel “(ont)spaart” een individu / gezin daadwerkelijk
via: aangroei vermogenscomponenten
min: aflossen kredieten
1.3.3 Staat van ontvangsten en uitgaven versus spaarbalans
Bronnen van verschillen?
Ontvangsten zonder toename netto vermogen
o Als een krediet uitbetaald wordt (van bank naar particulier voor bv. huis) dan is er een
positieve geldstroom maar een bedrag op de passiva
Uitgaven zonder afname netto vermogen
Toename netto vermogen zonder ontvangsten
o Als het gebouw meer waard wordt neemt het netto vermogen toe maar komt er geen
geld op de rekening
Afname netto vermogen zonder uitgaven
1.4 Analyse van het patrimonium: toepassing
Zie 1.7.2 en 1.7.3
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper hwstudent1999. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,69. Je zit daarna nergens aan vast.