Psychiatrie in de verpleegkunde
Leerstof overzicht
Hoofdstuk 1: introductie in de GGZ
Inleiding Sarah
1.1. Hoe definiëren we ‘afwijkend’ Sarah
1.2. Historische visie op afwijkend gedrag Askje
1.3. Keerpunt in de GGZ Askje
1.4. Ontwikkelingen in de verpleging in NL NIET
1.5. Ontwikkelingen in organisatie GGZ NIET
ZELFSTUDIE + ZELFTOETSING
Hoofdstuk 2: visies op afwijkend gedrag, denkmodellen over VP en behandelmethoden
Inleiding Askje
2.1. Het biologisch perspectief Ann
2.2. Het psychologische perspectief Askje
2.3. Het sociaal-culturele perspectief Askje
2.4. Het bio psychosociale perspectief Askje
2.5. Denkmodellen in de VP NIET
2.6. Soorten hulpverleners Askje
2.7. Psychotherapie Askje
2.8. Biologisch georiënteerde therapieën Askje
Hoofdstuk 3: classificatie en beoordeling van afwijkende emoties, gedachten en gedrag
Inleiding Sarah
3.1. Hoe worden psychiatrische stoornissen geclassificeerd? Sarah
3.2. Beoordelingsmethoden Katja
3.3. Socioculturele en etnische factoren bij beoordelen NIET
3.4. Verplegen en classificeren Moniek
Hoofdstuk 4: aan trauma en stress gerelateerde stoornissen
Inleiding Ann
4.1. Stress en gezondheid Sarah
4.2. Aanpassingsstoornissen Ann
4.3. Traumatische stressstoornis Ann
4.3.1. Acute stressstoornis Ann
4.3.2. Posttraumatische stressstoornis Ann
4.3.3. Theoretische perspectieven Askje
4.3.4. Behandelmethoden Askje
4.4. Omgaan met mensen met PTSS en aanpassingsstoornissen Askje
Hoofdstuk 5: Verpleegkunde in de psychiatrie
Inleiding Askje
5.1. Uitgangspunten voor verpleegkunde Askje
5.2. Het beroepsprofiel NIET
5.3. Werken met groepen Katja
5.4. Extramuralisering en ambulante VP Askje
5.5. Het verpleegkundig proces Moniek
1
Jolien Thiers
, 5.6. Intuïtie Askje
5.7. Ethisch zorg verlenen Askje
5.8. Overzicht verpleegkundige diagnoses en interventies Moniek en Askje
Hoofdstuk 8: mensen met aan middelen gerelateerde stoornissen of verslaving verplegen
Inleiding Sarah
8.1. Classificatie Sarah
8.2. Verslavende middelen Sarah
8.3. Theoretische perspectieven Sarah
8.3.1. Biologische perspectief
8.3.2. Leerperspectieven Askje
8.3.3. Cognitieve perspectieven Askje
8.3.4. Sociaal culturele perspectieven Askje
8.4. Behandeling Askje
8.4.1. Biologische benaderingen Sarah
8.4.2. Niet-professionele hulpgroepen Askje
8.4.3. Intramurale behandeling Askje
8.4.4. gedragstherapie Askje
8.5. Gokstoornis Sarah
8.6. Omgaan met ... Askje
Hoofdstuk 9: mensen met stoornissen binnen het schizofreniespectrum en andere psychotische
stoornissen
Inleiding Ann
9.1. Schizofrenie
9.1.1. Ontstaan en verloop Ann
9.1.2. Prevalentie Ann
9.1.3. Diagnostische kenmerken Ann
9.1.4. Oorzaken en achtergronden schizofrenie Ann
9.1.5. Behandelbenaderingen
9.1.5.1. Medicatie Ann
9.1.5.2. Cognitieve therapieën Askje
9.1.5.3. Psychosociale revalidatie Askje
9.1.5.4. Programma’s gezinsinterventie Askje
9.2. Omgaan met … Askje
9.3. Andere schizofreniespectrumstoornissen (vermelden) Ann
Hoofdstuk 10: Mensen met stemmingsstoornissen en suïcidale mensen verplegen
Inleiding Ann
10.1. Type stemmingsstoornissen Ann
10.2. Ontstaan en in stand houden van depressieve stoornissen
10.2.1. Stress en stemmingsstoornis Askje
10.2.2. Psychodynamische theorieën Askje
10.2.3. Humanistische theorieën Askje
10.2.4. Leertheorieën Askje
10.2.5. Cognitieve theorieën Askje
10.2.6. Biologische factoren Ann
10.3. Behandeling van stemmingsstoornissen
10.3.1. Psychodynamische therapie Askje
10.3.2. Gedragstherapie Askje
2
Jolien Thiers
, 10.3.3. Cognitieve gedragstherapie Askje
10.3.4. Behandeling van andere stemmingsstoornissen Askje
10.3.5. Biomedische behandeling Ann
10.3.6. Klinische richtlijnen voor depressie Ann
10.4. Suïcide Askje
10.5. Omgaan met patiënten met suïcidaal gedrag Askje
10.6. Omgaan met patiënten met stemmingsstoornissen Askje
10.7. Veelvoorkomende verpleegkundige diagnoses en Askje
interventies bij depressie en manie
Hoofdstuk 11: Mensen met angststoornissen verplegen
Inleiding Ann
11.1. Verzicht van de angststoornissen Ann
11.2. Paniekstoornis Ann
11.3. Gegeneraliseerde angststoornis Ann
11.4. Fobische stoornissen Ann
11.5. Obsessieve-compulsieve stoornis NIET
11.6. Verpleegkundige diagnoses en interventies Askje
Hoofdstuk 12: Mensen verplegen met somatisch-symptoomstoornis en verwante stoornissen
Inleiding Sarah
12.1. Dissociatieve stoornissen NIET
12.2. Somatisch symptoomstoornis en verwante stoornissen
12.2.1. Somatisch symptoomstoornis Sarah
12.2.2. Ziekteangststoornis Sarah
12.2.3. Conversiestoornis Sarah
12.2.4. Nagebootste stoornis Sarah
12.2.5. Theoretische perspectieven Askje
12.2.6. Behandeling van somatoforme stoornissen Askje
12.3. De invloed van psychische factoren op de fysieke Sarah
gezondheid
12.4. Omgaan met mensen met somatoforme stoornissen Askje
Hoofdstuk 16: Mensen met een persoonlijkheidsstoornis verplegen
Inleiding Ann
16.1. Type persoonlijkheidsstoornissen Ann
16.2. Theoretische perspectieven
16.2.1. Psychodynamische perspectieven Askje
16.2.2. Leerperspectieven Askje
16.2.3. Gezinsperspectieven Askje
16.2.4. Biologische perspectieven Ann
16.2.5. Sociaal culturele perspectieven Askje
16.3. Behandeling van persoonlijkheidsstoornissen
16.3.1. Psychodynamische therapie Askje
16.3.2. Gedragstherapie Askje
16.3.3. Biologische benadering Ann
16.4. Disruptieve, impulsbeheersings- en andere gedragsstoornissen NIET
16.5. Omgaan met … Askje
3
Jolien Thiers
,H1: introductie in de geestelijke gezondheidszorg
Psychiatrie en klinische psychologie: tak van de psychologie die zich bezighoudt met de beschrijving,
de oorzaken en de behandeling van psychische stoornissen.
Psychopathologie: het studiegebied dat zich bezighoudt met het beschrijven van de diverse vormen
van afwijkende emoties, gedachten en afwijkend gedrag.
Psychotherapeut: iemand die na zijn studie psychologie of psychiatrie een aanvullende studie heeft
gedaan en psychotherapeutische behandelingen mag geven.
Psychische of psychiatrische stoornis: afwijkende emoties, gedachten of een afwijkend
gedragspatroon dat wordt gekenmerkt door een storing in het dagelijks sociaal functioneren van een
persoon. Ze hebben ook een lichamelijke oorzaak.
De meesten van ons zoeken niet snel hulp. Onze samenleving vindt zelfmanagement en zelfzorg erg
belangrijk. Ondersteuning bij zelfmanagement kan het zetje zijn dat de pt nodig heeft om hulp te
zoeken.
1.1 Hoe definiëren we afwijkend?
1.1.1 criteria voor abnormaliteit
1. uitzonderlijk
uitzonderlijk gedrag wordt vaak beschouwd als afwijkend. ( niet altijd bv. Zangers). Dingen zien of
horen worden bv. in onze cultuur als afwijkend gezien. In sommige culturen wordt dingen horen
beschouwd als een bovenmenselijke kracht. Zeldzaam gedrag zoals een wereldrecord in hardlopen
worden niet gezien als afwijkend. Daarom is zeldzaamheid/ statische afwijking alleen niet voldoende
om gedrag afwijkend te noemen.
2. Sociaal afwijkend
Alle samenlevingen hebben maatstaven die bepalen welke vormen van gedrag acceptabel zijn in een
bepaalde context. Dit is erg afhankelijk van de tijd waarin je je bevindt (bv gay zijn was vroeger niet
normaal nu wel). Belangrijk bij dit criteria is dat we moeten beseffen dat gedrag dat (nog) niet
geacepteerd is door de samenleving op zichzelf normaal kan zijn ook al voelen wij er ons beledigd of
verward door.
3. Foute perceptie of interpretatie van de realiteit
Onze zintuigen en cognitieve processen vormen een accurate mentale representatie van onze
omgeving. Als iemand dingen ziet of stemmen hoort wilt dit zeggen dat hij hallucineert. In onze
cultuur wordt dit meestal opgevat als teken van een onderliggende psychische stoornis. In andere
gebieden van de wereld is dit volkomen normaal.
4. Aanzienlijk emotioneel lijden van de persoon
Lijden door gevolg van angst, vrees en depressie kan afwijkend zijn, soms zijn dit ook normale
reacties. Als je bv iemand kwijt raakt is juist de afwezigheid van een emotionele reactie afwijkend
gedrag. Heftige emoties zijn niet afwijkend buiten als deze blijven aanhouden als de prikkels al lang
verdwenen zijn.
4
Jolien Thiers
, 5. Ongepast of contraproductief gedrag
Gedrag dat onprettige gevoelens oproept ipv bevrediging noemen we afwijkend gedrag. Gedrag dat
ons weerhoudt om ons aan te passen aan onze omgeving wordt gezien als afwijkend (bv overmatig
alcoholgebruik). Agorafobie (= intense angst om zich in openbare ruimten te bevinden) noemen we
afwijkend, dit is zeldzaam en ongepast. Het gaat om gedrag dat de betrokkene beperkt in zijn of haar
vermogen om te werken en om sociale verantwoordelijkheid te dragen.
6. Gevaar
Gedrag dat gevaar oplevert voor de betrokkene zelf of voor anderen noemen we afwijkend. Ook hier
is de context belangrijk. Iemand die zich tijdens de oorlog opoffert door naar de vijand te stormen
zodat andere kunnen vluchten is een held. Doet iemand dit gewoon op straat en je wordt gek
verklaard.
➔ Afwijkend gedrag wordt dus op meerdere manieren gedefinieerd, afhankelijk van de situatie.
In de meeste gevallen wordt een combinatie van de hierboven vernoemde criteria gebruikt.
Een grote uitdaging is om objectief te blijven. Ook is gedrag herkennen en labelen iets
volledig anders dan gedrag begrijpen en verklaren.
1.1.2 culturele aspecten van afwijkend gedrag
concepten van gezondheid en ziekten kunnen in verschillende culturen verschillende betekenissen
hebben. Bv indianen maken een verschil tussen ziekten die van buitenaf komen zoals alcoholisme en
ziekten die komen door een verstoorde relatie met het traditionele stamleven. Voor beiden zoeken
ze een verschillende geneesheer op.
Abnormale gedragspatronen kunnen zich in verschillende culturen uiten op verschillende wijzen. Bv
westerlingen ervaren angst dat ze hun rekeningen niet kunnen betalen, afrikanen ervaren angst dat
ze zich niet kunnen voortplanten en hierbij de vrees voor een vloek.
Het is niet omdat er in een andere cultuur geen woord is dat overeenkomt met een stoornis van hier
(bv depressie) dat zij deze niet hebben in hun cultuur. Zij gaan er anders mee om, de kunst is dan om
te leren hoe zij omgaan met deze gevoelens en hoe zij deze ervaren.
1.2 historische visies op afwijkend gedrag
in de hele geschiedenis zijn concepten van afwijkend gedrag bepaald door het overheersende
wereldbeeld van die tijd. Vroeger was ziekte een straf van god, er waren bovennatuurlijke krachten,
goden,… . Nu is het overheersende wereldbeeld verschoven naar geloof in de wetenschap en rede.
1.2.1 de visie van Hippocrates op afwijkend gedrag
Hippocrates kwam als eerste met een naturalistische verklaring van afwijkend gedrag. Hij stelde dat
ziekten van lichaam en geest het gevolg waren van natuurlijke oorzaken en niet van bezetenheid
door bovennatuurlijke geesten.
De gezondheid van lichaam en geest werd gesteld dor een evenwicht in humores (term van
Hippocrates voor de essentiële lichaamssappen; slijm, zwart gal, bloed en gele gal). Een verstoring
van het evenwicht zorgde voor afwijkend gedrag.
- Overvloed aan slijm: persoon is erg traag
- Te veel zwarte gal: depressie oftewel melancholie
- Overvloed aan bloed: sanguinische dispositie (= vrolijk, zelfverzekerd en optimistisch)
- Te veel gele gal: driftig
5
Jolien Thiers
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper jolient. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €9,99. Je zit daarna nergens aan vast.