1. De oorsprong van filosofie
Omschrijving en indeling van de filosofie
Filosofie:
- begint met verwondering (Plato)
- inspiratiebron om tot zelfkennis te komen
- kritische reflectie op eigen denken en handelen
Etymologie: houden van wijsheid
filein en Sophia
1. Grieks filein: “houden van”
2. Sophia: (godin van de) Wijsheid
Oorsprong: twee visies
1. Filosofie is zo oud als de mens
2. Filosofie is ontstaan in bepaalde periode in bepaalde regio
Mythos
VOORVADEREN SHIVA-SHAKTI
Mythen uit het westen:
De 3 religies van het boek
De zondeval: Christelijk verhaal / Adam, Eva en de boom / Verschil tussen
goed en kwaad
Homeros, Hesiodos
Odysseus en de sirenen: Grieks verhaal / uitdaging, verleiding
Logos
Nieuwe manier van denken en verklaren in vergelijking met eerdere traditionele
mythische verklaringsmodellen
- Natuur wordt uit de natuur verklaard
- Meer belang aan observatie
VB. uit Oosten:
India: Upanishaden, Boeddha, Mahavira
China: Confucius, Taoïsme
Hoe is deze sprong in het ‘denken’ te begrijpen?
1
, Overgang van Mythos naar Logos ging samen met verstedelijking en daardoor
ontstond botsing van modellen
Waarom verschil in visie over Goden? (volgens Xenophanes)
Iedereen tekent/ziet Goden op eigen manier, mensen zijn geneigd om goden
naar zichzelf af te beelden
Verschil mythos en logos?
- Mythos: symbolen, beelden, Goden, hogere wezens, mytische verklaringen
(irrationeel, maar wel wat wijsheid)
- Logos: verklaard natuur vanuit natuur, observatie, rationele verklaringen
Filosofie tussen religie en wetenschap
2 fundamentele disciplines: religie en wetenschap
Filosofie ontstond uit religie en wetenschap ontstond uit filosofie
(Religie > filosofie > wetenschap)
Filosofie ligt tussen beide in, leunt soms wat dichter aan bij religie en soms bij
wetenschap
Omschrijving van Italiaanse filosoof de Crescenzo
Wetenschap bestudeert op systematische wijze de ‘objectieve’
verschijnselen in de natuur
- domein: de materiële (waarneembare) werkelijkheid
- natuurfilosofie werd fysica, later ook andere natuurwetenschappen en
sociologie/psychologie
- ratio (rede, verstand) en empirie (zintuiglijke waarneming)
Religie zoekt naar iets absoluuts en biedt troost en zingeving
- domein: zingeving, waarden, bewustzijn
- “voorbij” zintuigen en verstand
3 grote filosofische vragen en domeinen
De vragen van kant (verbonden aan indeling van Ferry)
1. Wat kan ik weten (ons denken)
2. Wat moet ik doen (ons handelen (ethiek en sociale filosofie)
3. Wat mag ik hopen (onze verwachtingen)
u Hoofdvraag: Wat is de mens?
De indeling van Ferry
1. Kennis: werkelijkheid
2. Ethiek: rechtvaardigheid
3. Wijsheid: heil of geluk
Verschil tussen kennis en wijsheid?
2
, - Kennis: objectieve feiten/begrippen, gericht op hoe objecten verschijnen
en hoe ze op elkaar inwerken
- Wijsheid: manier waarop we in het leven staan en hoe we omgaan met
wisselvalligheden
Het huis van de filosofie
2 verdiepingen:
- Feiten (ontologie = de leer van het zijn): wereld (zijn), bovenwereld
(bewustzijn), mens
- Waarden: 3 waarden = waar, goed/rechtvaardig, schoon
3 kamers per verdieping: filosofische vrage (1 vraag per kamer)
Ontologische vragen: vragen over het “zijnde”
Bepaalde vragen passen in meerdere domeinen!
3 domeinen/indeling van de filosofie:
1. Kosmologie (de wereld): werking van de kosmos en natuur
Vragen: Houdt de wereld ooit op?, Is natuur gemaakt of vanzelf ontstaan?
2. Metafysica (de bovenwereld): aard van en orde achter wat is (LET OP!
Wanneer God hierbij betrokken wordt noemen we dit “theologie”)
Vragen: Is er leven na de dood?, Als je de waarheid niet kent, kan je dan
liegen?
3. Wijsgerige antropologie (mens): aard, status en plaats van mens
Vragen: Blijven mensen altijd bestaan?, Hoe lang is iemand jong?
Buiten 3 domeinen:
- Sociologie: mens in sociale context
- Psychologie: mens als geestelijk wezen
- Culturele antropologie: mens als cultuurwezen
- Agogie: mens als (be)handelend wezen
De “drie waarden”
1. het Ware
epistemologie of kennisleer: vragen over waarheid en kennis
Vb: "wat is kennis?", "wat is waarheid?", "wat is het verschil tussen
waarheid en mening?"; wat zijn de grenzen van de kennis
(In de twintigste eeuw ontstonden de wetenschapsfilosofie, de taalfilosofie
en de bewustzijnsfilosofie als aparte takken van de kennisleer)
logica: “wat is geldig redeneren?”
3
, wetenschapsfilosofie: de grondslagen van de kennis van de
afzonderlijke wetenschappen. Methoden, grondstellingen, begrippen en
doel worden hier verhelderd en aan kritisch onderzoek onderworpen.
Taalfilosofie: het ontstaan, de ontwikkeling, de betekenis en de functie
van de taal
2. het Goede/Rechtvaardige
De ethiek: onderzoekt het goede. Ze vraagt wat goedheid en
rechtvaardigheid is, of en hoe het goede kan gefundeerd worden, of
normen en waarden een universele grond hebben, dan wel relatief zijn aan
de mens en cultuur
Rechtsfilosofie (apart vakgebied): o.a. vraag naar de aard en de
oorsprong van recht en haar verhouding tot ethiek.
Toegepast op de maatschappij: "hoe dient een rechtvaardige maatschappij
te worden georganiseerd?" Dit soort vragen behoort tot het domein van de
politieke en/of sociale filosofie.
3. het Schone
De esthetica:vraag naar wat Schoonheid en wat Kunst is.
Afgeleide deelgebieden zijn de kunst- en cultuurfilosofie.
De pre-socratische filosofie
6de – 5de eeuw vchr, rond Egeïsche Zee
Vraag naar de aard van de kosmos (kosmologie)
- Wat is het eerste beginsel (archè)?
- Welke kosmische krachten spelen in het proces van verandering
(kosmogonie)
6 belangwekkende figuren:
- Thales van Milete
- Anaximander van Milete
- Pythagoras
- Parmenides en Herakleitos
- Democritos
Thales van Milete
‘eerste’ filosoof – volgens Plato onbeholpen en niet erg praktisch aangelegd
Archè of oerbeginsel van alles is water: reductionisme of het herleiden van
complexe werkelijkheid tot één beginsel
stelling van Thales: A/B = D/C
Ken jezelf als fundamentele filosofische taak
4
, Anaximander van Milete
Leerling van Thales
Het apeiron (het onbepaalde of onbeperkte) is het eerste beginsel waaruit
alles voorkomt
Eerste overgeleverde poging tot een kosmogonie: verklaring voor ontstaan
van de wereld als een scheiding en inwerking van tegengestelde elementen op
elkaar
1 fagment bewaard:
“Waaruit de bestaande dingen hun geboorte hebben, daarin vinden ze ook hun
ondergang, zoals het hoort; ze geven elkaar immers recht (díkè) en boete voor
het onrecht (adikía), overeenkomstig de verordening van de tijd"
> niet vanbuiten kennen, wel weten/lezen!!
Pythagoras
De Verborgen orde
term philosophos: “ik blijf zoeken en nadenken, tot ik de werkelijkheid
begrijp”
werkelijkheid kan uitgedrukt worden in getallen en hun onderlinge
verhoudingen
harmonie der sferen (muziek)
idee van reïncarnatie van de ziel
Stelling van Pythagoras: a²+ b² = c²
Parmenides en Herakleitos
Parmenides
Het eeuwige “zijn”
Centraal staat de vraag naar het zijn (ontologie)
Beroemdste uitspraak: “Alles (het Zijn) is één en onvergankelijk en aan
zichzelf gelijk”
- al het tijdelijke verschijnt en verdwijnt in het eeuwige zijn
- denk aan de metafoor van een computerscherm
Herakleitos
De voortdurende “wording” of verandering
5