SAMENVATTING VERPLEEGKUNDIG REDENEREN EN HANDELEN
VERDIEPEND 6
HOOFDSTUK 1: HET OPERATIEKWARTIER
Welke kledij is nodig om het operatiekwartier te betreden?
Groen broekpak, korte mouwen, disposable muts, mondmasker (van als er steriel opgedekt
wordt dragen, vervangen na elke ingreep!), goedgekeurde schoenen, beschermende bril
(besmette ingrepen, veel spatten), steriele schorten, steriele handschoenen.
Positieve druk in de zaal? (Omschrijven)
Als een deur opengaat, steeds lucht van de operatiezaal naar de gang, niet omgekeerd. Er kan
met onderdruk gewerkt worden bij besmette ingrepen, zodanig dat de lucht in de operatiezaal
blijft.
Scialtiek?
= operatielampen, makkelijk verstelbaar en verbonden met een mobiele arm aan het plafond.
Groepen verpleegkundigen in een OK + taak? (benoemen + uitleggen)
1. De anesthesieverpleegkundige
Onthaal van de pt
Voorbereiding van het materiaal voor anesthesie
Bewakingsmateriaal/apparatuur aanbrengen
Assistentie in- en extubatie
Hulp bij herpositioneren
Overdracht van pt naar de PAZA
2. De omloopverpleegkundige
Bedrijfsklaar maken van OK
Controles op aanwezigheid benodigde apparatuur en de te gebruiken materialen
Correct en veilig positioneren op operatietafel
Hulp bij steriel aankleden
Alle benodigde materialen bijvullen gedurende ingreep
Tellen kompressen
Biopten verhandelen volgens voorgeschreven procedures
Aanleggen verband, herpositioneren,…
3. De instrumenterende verpleegkundige
Gepaste instrumenten aanreiken
Respecteren steriliteit
Aangereikt verbandstoffen tellen en instrumentarium controleren op kwaliteit en kwantiteit
Belang van invullen van de checklist patiëntveiligheid?
, Geheugensteuntje, standaardisatie processen en methoden, evaluatie, diagnostisch instrument
voor het reduceren van menselijke fouten.
o Juiste pt, juiste plaats
o Beschermt pt tegen pijn
o Herkent levensbedreigende problemen van luchtweg en ademhaling
o Risico van ernstig bloedverlies en is hierop voorbereid
o Vermijdt veroorzaken van allergische reactie, of bijwerking van geneesmiddel
o Risico op lokale infectie te vermijden
o Voorkomt achterblijven van instrumenten en kompressen in wonden
o Veilig stellen correcte identificatie van chirurgische stalen
o Effectieve communicatie en overdracht van belangrijke info om OP zo veilig mogelijk
te laten verlopen
o Regelmatig zorg dragen voor bewaking van chirurgische capaciteiten, volume en
resultaten.
Welke vormen van monitoring zijn er nodig bij een patiënt onder narcose?
o Drie leads of 5 leads ECG bij cardiale pt
o Bloeddruk manchette
o Saturatieprobe (kant van infuus)
Sodalisme korrels? (omschrijven)
= in een gesloten systeem wordt uitgeademde lucht van de pt die CO 2 bevat, gefilterd zodat de
gefilterde lucht gemengd wordt met verse zuurstof, terug naar de pt kan gaan. Het uitwassen van
CO2 gebeurt door sodalisme korrels. Verkleurd indien verzadigd.
Belang van afzuigsysteem bij narcosegassen?
= anders zweven narcosegassen rond in het OK, en krijgt iedere medewerker dit binnen.
Welk materiaal is nodig bij intubatie/inductie? + aandachtspunten.
o Beademingstoestel
Op voorhand getest
Capnoleiding verbonden (CO2 meten)
Verdampers: Sevorane, Desflurane
o Aspiratietoestel
Moet steeds klaar zijn voor gebruik, pt kan misselijk zijn
o Masker
Mooi aansluiten op mond en neus, moet comfortabel zijn
o Laryngoscoop
Krachtig lichtje dat steeds moet branden
o Endotracheale tube
Zeer goede thermosensibiliteit
Optimale hardheid voor vlot intuberen
Radio opake lijn over hele lijn intubatie
Cuff
Nasale tube, steeds maat kleiner neen
o Voordeel: mond vrij voor intubatie
o Nadeel: ETT smaller, weerstand bij ademen, minder
comfortabel
Orale tube
o Laryngeaal masker
, Stembanden, larynx en trachea worden niet aangeraakt
Kan bij niet bij niet nuchtere pt’en worden gebruikt
Voordelen: kan zonder laryngoscoop en zonder spierverslapper
geplaatst worden; stembanden, larynx en trachea worden niet
geraakt; geen gevaar voor te diepe intubatie
Nadeel: kan niet worden gebruikt bij urgenties, geen bescherming
van trachea bij braken
o Mayocanule
Nooit inbrengen bij bewuste pt
Maat= van mondhoek tot oorlel meten
Doel= terugvallen van tong tegen achterwand van de pharynx te
verhinderen, ze kunnen niet dicht gebeten worden
o Mandrain
Wordt steeds gebruikt bij crush inducties
Mandrain mag nooit voorbij tip van de tube komen, steeds van glijmiddel
voorzien
Proces van inductie en intubatieproductie met elementen, materialen,…
o Monitor
o Beademingsmachine en – slangen, bacteriefilter en sweever met masker
o Laryngoscoop
o Tube (ETT) met cuff voor volwassenen
o Glijmiddel
o Intubatietang of Magilltang voor plaatsen maagsonde/thermometer
o Mandrain
o Spuit 10ml
o Fixatiemateriaal
o Aspiratiemateriaal
o Medicatie
o Stethoscoop
o Oogzalf
Procedure: pt in ruglig, tube met glijmiddel, laryngoscoop met lichtje klaar, kleefplijsters voor
tube en ogen, inductie- en reanimatiemedicatie klaar, zuurstof voor mond, opiaten toedienen via
infuus, dan hypnoticum toedienen, dan valt pt in slaap, balloneren, als dit vlot lukt curare
toedienen = spierverslappers, nooit doen indien geen ventilator, ballon, of beademingstoestel in
de buurt is, hoofd in sniffing positie en ETT wordt ingebracht, cuff opblazen.
Crushinductie / gewone inductie?
Crushinductie: yankauer zuiger nodig, altijd mandrain in de tube, goed pre-oxygeneren, crocoïd
druk geven als pt buiten bewustzijn is.
Inductie:
SCOMLADIT
S: suctie klaar voor gebruik?
C: circuit, beademingsslangen
O: Oxygen, zuurstof gecheckt, eens een bolus geven
M: monitor met alle kabels klaar voor gebruik?
L: laryngoscoop lichtje getest?
A: airway: materiaal voor intubatie klaar?
, D: drug: medicatie om te induceren en reanimatie medicatie klaar?
I: infusie: infuus klaar?
T: temperatuur/tape om tube vast te kleven/table
Medicaties gebruikt voor reanimatie toelichten + aandachtpunten, indicaties en potentiële
gevaren.
o Atropine: bij bradycardie
Getitreerd toedienen
o Ephedrine: bij hypotensie
Titreren naar noodzaak
Medicatie correct labelen.
= juiste naam en concentratie, datum en uur en naar vpk/arts
Wat is nuchter zijn?
= Spijsverteringskanaal pre-op zo leeg mogelijk, vooral de maag, zes uur na laatst genomen
maaltijd operatie indien pt niet nuchter is, heldere vloeistoffen tot 2u voor de op, roken
verboden, zwangere dames nooit als nuchter beschouwd. Pt na trauma waarbij peristaltiek van
spijsverteringskanaal stilligt is ook niet nuchter
Bloedtransfusies: aandachtspunten, complicaties, reacties, materialen, producten en procedures.
+ bloedcomptabiliteit?
= als ontvanger en donor dezelfde of een compatibele bloedgroep hebben.
Onderzoek comptabiliteit:
o Bepaling AB0 bloedgroep en resusfactor D van de ontvanger van donor
o Antistofscreening
o Kruisproef tussen serum van de ontvanger en rode bloedcellen van de donor
o Als er in de antistofscreening of in kruisproef positieve reacties optreden, extra
onderzoek
Toedienen EC:
o Bepaal 2x bloedgroep
o Neem kruisproefstaal al min 72u voor toediening
o Toezicht houden op geleverd bloed
o Dien EC toe
o Volg pt op en kijk naar transfusiereacties
o Vul transfusieverslag in en rapporteer
Controles tijdens transfusie:
o Net voor toediening
o Eerste 15 min van toediening
o Na 15 min
o Na 1 uur
o Na transfusie
Reacties:
o Koorts
o Koud gevoel
o Tachycardie
o Hypotensie