1 BASISPRINCIPES EN ORGANISATIE..................................................................................................3
1.1 BESTAND ORGANISATIE....................................................................................................................3
WAARAAN MOET DE CODERING VOLDOEN?......................................................................................................3
VOORBEELD CODERING STUDENTEN:...............................................................................................................3
VOORBEELD CODERING INDUSTRIE:.................................................................................................................3
2.1 NETHEID EN NAUWKEURIGHEID.........................................................................................................3
3 MODELINTERPRETATIES – NEEP EN BASIS AANPASSEN..................................................................4
3.1 BESTAND ORGANISATIE....................................................................................................................4
VERSCHIL TUSSEN WITTE EN BLAUWE PATROONDELEN........................................................................................4
3.2 NEEPVERWERKING..........................................................................................................................4
F5 – PIVOTING DART – NEEP VERPLAATSEN......................................................................................................4
NEPEN MET GEBOGEN NEEPBENEN VERPLAATSEN VIA FUSIE.................................................................................4
3.3 AANPASSINGEN IN BREEDTE EN LENGTE VIA MOVE.................................................................................5
PINS & MOVE.............................................................................................................................................5
4.1 OVERKRUIS...................................................................................................................................6
OVERKRUIS EVEN BREED IN ALLE MATEN..........................................................................................................6
OVERKRUIS VERSCHILLENDE BREEDTE IN ALLE MATEN.........................................................................................7
4.2 SLUITINGEN..................................................................................................................................7
OVERKRUIS/ SLUITINGEN M.B.V. SYM. AXIS & SYMMETRIZE & DEVISION...............................................................7
4.3 ZAKKEN......................................................................................................................................10
4.4 BELEG........................................................................................................................................10
6.1 AANMAKEN VARIANT....................................................................................................................14
6.1.1 CREATIE VARIANT VOLGENS EFFICIËNTE METHODE...................................................................................14
6.2 WIJZIGEN OF AFLEIDING VAN EEN VARIANT.........................................................................................14
6.2.1 WIJZIGEN BESTAANDE VARIANT OF VARIANT-COPY VARIANT......................................................................14
6.2.2 VARIANT – DUPLICATE OR DELETE PIECE ARTICLE.....................................................................................14
6.2.3 WIJZIGEN VAN FOUTIEF PATROONDELEN DIE REEDS IN DE VARIANT ZITTEN...................................................14
6.2.4 EEN 2DE VARIANT AFLEIDEN EN DELEN VIA F8- CHOOSE PIECE....................................................................15
7.1 INTRODUCTIE SNIJPLANNEN.............................................................................................................16
7.1.1 VARIANT EN STOFBREEDTE.................................................................................................................16
7.1.2 WAARVOOR WORDEN INTEKENING GEBRUIKT IN DE INDUSTRIE..................................................................16
7.1.3 ORGANISATIE PUZZELEN.....................................................................................................................16
7.1.4 DIAMINO V6 ORGANISATION..............................................................................................................16
8.1 PROCES VAN CREATIE TOT PUZZELEN VAN 1 INTEKENING........................................................................17
8.1.1 MARKER WORKSHOP – NEW MARKER...................................................................................................17
8.1.2 MARKER WORKSHOP – OPNAME/PROCESSING MARKER...........................................................................18
8.2 MARKER MAKING – BASIS CONFIGURATIE/INTERFACE............................................................................18
8.3 MARKER MAKING – EENVOUDIG PUZZELEN.........................................................................................19
8.3.1 BASISFUNCTIES.................................................................................................................................19
8.4 MARKER MAKING – TOOLS -ANALOGIES.............................................................................................20
8.4.1 TOOLS – ANALOGIES – INLEIDING........................................................................................................20
8.4.2 TOOLS – ANALOGIES – EFFICIËNTE WERKWIJZE.......................................................................................21
8.5 TOOLS – ADDICTION/DELETIONS......................................................................................................22
8.5.1 TOOLS – ADDITONS/DELETIONS – INLEIDING..........................................................................................22
8.5.2 TOOLS –ADDITIONS/DELETIONS – EFFICIËNTE WERKWIJZE........................................................................22
8.6 CONSEQUENTIES AANPASSINGEN IN MODARIS OP DIAMINO...................................................................23
8.6.1 DE PATROONDELEN WIJZIGEN MAAR DE VARIANT NIET & BESTAANDE PUZZELS.............................................23
8.6.2 DE VARIANT WIJZIGT, DE PATROONDELEN NIET & BESTAANDE PUZZELS.......................................................24
8.7 BEPALEN VAN DE PUZZELS VOOR EEN ORDERNOTERING VAN EEN KLANT....................................................24
8.7.1 BEREKENEN ORDERNOTERING KLANT....................................................................................................24
8.7.2 VOORBEELDEN REKENING HOUDEND MET DIVERSE BEPERKINGEN...............................................................25
voorbeeld 1..........................................................................................................................................25
Voorbeeld 2..........................................................................................................................................26
voorbeeld 3..........................................................................................................................................27
2
, 1 Basisprincipes en organisatie
1.1 Bestand organisatie
Modelintekeningen: witte delen, mogen de automatische naamgeving hebben
MDL, variant, snijpatroon, snijplan moeten een naamgeving gebaseerd op de
codering krijgen om de opvolging van bestanden mogelijk te maken.
Waaraan moet de codering voldoen?
Maximum 9 aantal karakters
De codering bestaat uit 2 delen: stam – nummering
De codering van ieder karakter wordt duidelijk gedefinieerd
Geen leestekens/spaties
Unieke naamgeving per bestandsoort
2 Patroonconstructies
2.1 Netheid en nauwkeurigheid
Eens gradatie goed is van developed doe insert point in functie van
wijzigingen achteraf
Verwijder overbodige punten/lijnen
Zorg ervoor dat lijnen zoals hals, schouder, AU, zijnaad, zoom, MV, MR, naden
… uit 1 geheel bestaan,
Zorg voor gesloten omtreklijnen in functie van wijzigingen achteraf (attach)
types 2, opgelet punt waarop je vastmaakt bepaalt gradatie
Gebruikt het juiste soort punten
Zorg voorvloeiende richtingen, zorg ervoor dat je inhaak op MV/ MR tekent
Werk in detail voor het plaatsen van knippen en punten. Begin en eindig een
nieuwe lijn vanuit bestaande punten
Wees nauwkeurig bij extractie en zorg dat ja alle zondes mee hebt
geselecteerd
Verwijder overbodige punten
Zorg ervoor dat enkel witte bladen modelintekeningen en blauwe snijpatronen
zijn
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper elisela. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.