1
HOOFDSTUK 1 – Planmatige bevordering van gezond gedrag
Sociale marketing
= strategische aanpak om in de toekomst positieve uitkomsten in de maatschappij te verwezenlijken
= Proces dat marketingprincipes en -technieken gebruikt om het gedrag van de doelgroep te veranderen
-> ten voordele van maatschappij & individu.
-> afhankelijk van creëren, communiceren, leveren en uitwisselen van aanbiedingen met positieve
waarden voor individuen, klanten, partners en samenleving als geheel
Gezondheidsvoorlichting (individu)
= alle educatieve activiteiten/leerervaringen die kunnen worden ondernomen om te zorgen dat mensen zich
vrijwillig (willen en kunnen) gezonder gedragen (gezondheid bevorderen)
= steeds ivm problemen waarbij gedrag en gedragsverandering een belangrijke rol spelen
!! onderdeel van gezondheidsbevordering
Gezondheidsbevordering (individu + omgeving)
= combinatie van gezondheidsvoorlichting en omgevingsverandering, die (samen) gezond gedrag en gezonde
leefcondities stimuleren
Instrument – planmatige gezondheidsvoorlichting = multidisciplinair
- Identificeren & begrijpen maatschappelijke gezondheidsproblemen
- Verklaren & voorspellen van gezond/ongezond gedrag
- Beïnvloeden van gedrag door voorlichting
- Evalueren van voorlichtingsinterventies
-> begrijpen + veranderen van fysieke, soc-cul, eco, pol omgeving (beïnvloeding persoon + omgeving)
Doelen (aanknopingspunten)
Primaire preventie: voorkomen van gezondheidsprobleem/categorie van aandoeningen door het
wegnemen van oorzaken/risicofactoren voor aandoeningen dit kan enkel als de oorzaken van probleem
voldoende bekend zijn en te beïnvloeden zijn
focus op wegnemen van oorzaken aandoening probleem gaat zich niet ontwikkelen in de
toekomst door storende factoren weg te nemen in het heden
Secundaire preventie (vroege opsporing): identificatie in een vroeg stadium van de aandoening die gericht
is op de vroeg-behandeling, gedrags- of omgevingsverandering. Kan enkel indien goede test of vorm van
zelfonderzoek is om op te sporen en wanneer de aandoening vroegtijdig effectief behandeld kan worden.
De ziekte/aandoening is in vroege ontwikkeling, nog tijd om ziekte te behandelen als ze er op tijd bij zijn
focus ligt hier op het aansporen van mensen om zelf op zoek te gaan naar ziekte
in eigen lichaam, vroegtijdig opsporen ziekte op tijd behandelen
Tertiaire preventie (zorg): mensen getroffen door ziekte of handicap, start na de diagnose.
Focus: proberen om de levenskwaliteit te behouden/vergroten door de beheersing van
handicap/ziekte (cure en care)
, 2
Middelen
(combi = grootste slaagkans = effectieve gezondheidsbevordering bereiken)
Voorlichting: gericht op individu -> interveniëren en motiveren van mensen tot het treinen bij het helpen
van gezond gedrag te stellen om zo een vrijwillige gedragsverandering te initiëren
Voorzieningen: ervoor zorgen dat bepaald gedrag zich niet meer zal stellen en dat gezond gedrag dus
makkelijker te stellen is dan het ongezonde gedrag
Regelgeving, controle en sancties: gezond gedrag afdwingen, niet vrijwillig vertonen. Dit kan niet altijd
werken of gehanteerd worden (bv. condoomgebruik)
Beoogde doelgroep: 5 niveaus van doelgroepen onderscheiden met daarin de personen die beslissingen nemen.
Het gaat vooral om de gezondheid van de eerste doelgroep (individuele niveau) -> in veel gevallen zijn er wel
anderen die een zekere mate van controle hebben over de omgevingscondities, en zij zijn daarom
medeverantwoordelijk voor het (on)gezonde gedrag en de gezondheid van die doelgroep
Individueel niveau: personen die risico lopen, risicogedrag vertonen of patiënten
Interpersoonlijk/ groepsniveau: ouders, vrienden, leerkrachten…
Organisatieniveau: directeur van school, managers in bedrijf…
Lokaal niveau: opinieleiders in de wijk, redacteurs van lokale kranten…
Samenlevingsniveau: landelijke politici, ambtenaren, besturen van vakbonden
Doelgroepen
Preventie
Hoogrisicobenadering: relatief hoog risico – identificatie risicogroep obv sociale factoren –
prevalentie risico laag – groot voordeel voor individu, klein voor populatie
Bv. Speciale valpreventieprogramma’s voor ouderen, voorlichtingsprogramma’s
gericht op hiv-preventie voor drugsgebruikers…
Populatiebenadering: relatief laag risico – grote doelgroep, populatie - prevalentie risico hoog –
klein voordeel voor individu, groot voor populatie
Bv. Publiekscampagnes van organisaties zoals SOA aids, Kenniscentrum Sport of het
Voedingscentrum…
Preventieparadox: beide benaderingen zijn niet uitsluitend juist, er is bij beide een bias in een
bepaalde situatie -> dus interpreteren naargelang de context en bespreken ifv beide
benaderingen
Interventie
Universeel: gericht op hele populatie – populatiebenadering – primaire preventie (kans op
ziekte verminderen en algehele gezondheid verbeteren)
Selectief: gericht op specifieke groep – hoogrisicobenadering – secundaire preventie
(gezondheid specifieke doelgroep verbeteren)
Geïndicideerd: gericht op individu met beginnende klachten – hoogrisicobenadering –
secundaire preventie (ontstaan ziekte/schade voorkomen)
Zorg-gerelateerd: gericht op individu met ziekte – hoogrisicobenadering – tertiaire preventie
(ziektelast reduceren en complicaties voorkomen)
, 3
Gedrag en omgeving
Educatieve benadering: individu is verantwoordelijk voor eigen gedrag
Ecologische benadering: maatschappij is verantwoordelijk, moet omgeving zo inkleden dat het individu
helpt om gezond gedrag makkelijk te kunnen stellen (interactie: individu – organisatie – omgeving)
Gezondheidsbevorderaar: GVO/preventie: gezondheidsvoorlichting –en opvoeding en preventie ->
interventies implementeren en evalueren obv strikte regels en procedures om zo het gezondheidsgedrag
te beïnvloeden
Planningsmodel
In de hele samenvatting is er extra structuur aangebracht door de relevante stap erbij te vermelden! (zie oranje titels)
= Gezondheidsvoorlichting stapsgewijs en planmatig -> kans groter op succes -> schrijft verschillende stappen voor die
gevolgd moeten worden voor het ontwikkelen en implementeren van een goede interventie
In praktijk kan je niet altijd stapsgewijs te werk gaan, daarom beter hanteren als een soort van checklist. Het model richt zich
niet alleen op de beoogde doelgroep maar ook de hele gemeenschap en personen die een directe/indirecte invloed kunnen
hebben op het gedrag van de beoogde doelgroep
Stap 1 - Analyse van gezondheidsprobleem
- Verschillende indicatoren: sterfte, prevalentie, incidentie, ernst van ziekten
- Analyse van kwaliteit van leven
- Evalueren van gezondheidstoestand van populatie
Stap 2 - Analyse van gedrag
- Analyse van gedragsoorzaken van probleem en gedragsoplossingen
- Zelf het risico lopen of risico van anderen mede beïnvloeden
Stap 3 - Analyse van determinanten van het gedrag
- Persoonlijke determinanten: kennis, risicoperceptie, attitude, eigen-effectiviteitsverwachting
- Omgevingsdeterminanten: sociale druk, bereidbaarheid van gezonde keuzes, onvoorziene barrières
Stap 4 - Interventieontwikkeling
- Intervention Mapping-protocol: analyse van theorieën en methodieken voor gedragsverandering: determinanten
van gedrag en gedrag zelf veranderen
Stap 5 - Interventie-implementatie en –disseminatie
- Implementatie (uitvoering zoals bedoeld)
- Disseminatie (planmatige verspreiding)
- I en D = vormen van linkage group (= verbindingsgroep) adequaat anticiperen op implementatieproblemen bv.
niet genoeg rekening met wensen van interventie-uitvoerders
Stap 6 - Evaluatie v/d interventie
- = implementatie den disseminatie wordt onderzocht
- Effectevaluatie (gewenste resultaten)
- Procesevaluatie (uitgevoerd zoals gepland)
, 4
Valkuilen en hulpmiddelen
Valkuilen (obv 6 stappen vh planningsmodel!)
1/ Niet bestaand probleem: probleem bestaat niet (bv. verkeerde doelgroep)
2/ Verkeerde gedrag : interventies ontwikkeld op basis van gedrag waarvan de relatie met probleem onbekend of
onzeker is (bv. gasfornuis promoten ter preventie van brandwonden, maar komt net meer voor bij gasfornuis)
3/ Verkeerde determinanten: zijn voor de doelgroep zelf zelden het belangrijkst (bv. juist gebruiken kinderzitjes
promoten en niet het risico ervan)
4/ Verkeerde interventie: interventie is geen oplossing voor het probleem (bv: schone spuiten promoten bij
drugsgebruikers)
5/ Verkeerde implementatie: in ontwikkelen van interventie onvoldoende aandacht hebben voor implementatie
(bv. programma-uitvoerders willen niet meewerken)
6/ Evaluatie op juiste niveau: onjuist evaluatieniveau kiezen (bv. kennis van de slogan is geen kpi voor gedrag)
Hulpmiddelen
Planmatige voorlichting is een systematische activiteit. Het planningsmodel helpt om in die planning de juiste stappen te
nemen. Voor het ontwikkelen van de interventie hebben we voldoende gegevens nodig over het gezondheidsprobleem, over
gezond en ongezond gedrag etc.
- Correcte vraagstelling
- Inventariseer kennis; brainstorm over mogelijke voorlopige antwoorden:
o ernst of omvang van probleem in kaart brengen
o afhankelijk van welke experts geconsulteerd worden/ met wie je brainstormt
- Desk research (literatuur, statistieken,…): publicaties samengevat in meta-analyses ( = systematische reviews
waarbij gepubliceerde studies opnieuw geanalyseerd worden)
o belangrijke bron van valide info over volksgezondheid, gedrag, determinanten
- Empirische ondersteunde theorieën:
o subjectiever: interpretatie van bewijs => verschillende theorieën
o behulpzaam bij oplossen van praktische problemen
- Aanvullend onderzoek: nagaan welke vragen al beantwoord zijn en welke niet
- Theoretische inzichten uit literatuuronderzoek