100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Verdieping Europees belastingrecht: Hoorcollege Introductie Unievrijheden en directe belasting + Schumacker-rechtspraak €3,49   In winkelwagen

College aantekeningen

Verdieping Europees belastingrecht: Hoorcollege Introductie Unievrijheden en directe belasting + Schumacker-rechtspraak

2 beoordelingen
 53 keer bekeken  3 aankopen
  • Vak
  • Instelling

In dit hoorcollege is ingegaan op het beslisschema van het Hof van Justitie met betrekking tot de Unievrijheden. Ook is er ingegaan op de Schumacker-doctrine en de arresten die daarop volgden.

Voorbeeld 3 van de 10  pagina's

  • 14 januari 2021
  • 10
  • 2020/2021
  • College aantekeningen
  • Ros
  • Hoorcollege 1

2  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: harmvandongen • 2 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: christelmain • 3 jaar geleden

avatar-seller
Inhoudsopgave

INLEIDING .................................................................................................................................................. 2
ACHTERGROND ......................................................................................................................................................... 2
DOELSTELLING EUROPESE UNIE ................................................................................................................................... 2
KENMERKEN UNIERECHT ............................................................................................................................................ 2
GEOGRAFISCHE REIKWIJDTE ....................................................................................................................... 3
BELEMMERINGEN....................................................................................................................................... 4
EU-OPLOSSINGEN VOOR AFSCHAFFING FISCALE BELEMMERINGEN ...................................................................................... 4
BEVOEGDHEIDSVERDELING OP DIRECTE BELASTINGENTERREIN.................................................................... 4
SUBSIDIARITEITSBEGINSEL ........................................................................................................................................... 5
EVENREDIGHEIDSBEGINSEL.......................................................................................................................................... 5
LOYALITEITSBEGINSEL................................................................................................................................................. 5
CONCLUSIE .............................................................................................................................................................. 5
BASIS VOOR HARMONISATIE BELASTINGEN IN VWEU .................................................................................. 5
BESLISSCHEMA HOF VAN JUSTITIE ............................................................................................................... 6
TOEGANG TOT UNIEVRIJHEDEN.................................................................................................................................... 6
BELEMMERINGEN VOORTVLOEIENDE UIT FISCALE MAATREGELEN ........................................................................................ 8
VERBODEN BELEMMERING OF GERECHTVAARDIGDE BELEMMERING?................................................................................... 8
SCHUMACKER-DOCTRINE............................................................................................................................ 9

,Inleiding

Achtergrond
In 1951 is de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS) geïntroduceerd door Monnet.
Hierdoor ontstond er een gemeenschappelijke markt voor twee belangrijke grondstoffen, namelijk
kolen en staal. Zo’n gemeenschappelijke markt moest leiden tot minder oorlogen, meer welvaart en
economische macht. De EGKS bestond uit zes lidstaten, waaronder Nederland en Duitsland.

Doelstelling Europese Unie
De doelstelling van de Europese Unie is omschreven in art. 3 lid 1 VEU. Dit doel is het bereiken van een
grondgebied waar vrede, veiligheid en welzijn van de volkeren van de EU centraal staan. Een middel
om dat te bereiken is onder andere de instelling van zo’n interne markt. Een interne markt is een
ruimte zonder binnengrenzen waarbij alle belemmeringen worden weggenomen, dus ook fiscale
belemmeringen (art. 3 lid 2 VEU en art. 26 lid 3 VwEU).

Kenmerken Unierecht
Het Unierecht kenmerkt zich doordat het een nieuwe, eigen rechtsorde is die een onderdeel uitmaakt
van de rechtsordes van de lidstaten. Het heeft dus een interne werking. Het Unierecht kenmerkt zich
bovendien door rechtstreekse werking (VAN GEND & LOOS) en voorrang (COSTA/ENEL). Die voorrang
ziet op bepalingen van nationale oorsprong. Dit betekent dat een bepaling van Unierecht voorrang
heeft op nationale bepalingen, maar ook bepalingen van internationale oorsprong. Het Unierecht gaat
dus ook boven het verdragenrecht. De kenmerken ‘rechtstreekse werking’ en ‘voorrang’ wordt
scherper betwist in lidstaten met een dualistisch stelsel. Een dualistisch stelsel houdt in dat bepalingen
uit het Unierecht niet rechtstreeks doorwerken in de nationale rechtsordes. Bij het monisme is dat wel
het geval. Nederland hanteert een gematigd monistisch stelsel. Dit houdt in dat bepalingen uit
internationale verdragen doorwerken voor zover zij een ieder verbinden en bekend zijn gemaakt.

Of er sprake is van een dualistisch of monistisch stelsel, is alleen van belang vanuit nationaal
perspectief. Vanuit EU-perspectief is het niet van belang hoe ‘rechtstreekse werking’ en ‘voorrang’
worden vertaald in de nationale rechtsorde. Het Unierecht vindt gewoon dat zij rechtstreeks moet
doorwerken en voorrang heeft. Hierdoor kunnen er confrontaties ontstaan met dualistische stelsels.
Wie bepaalt eigenlijk hoe ver het Unierecht doorwerkt? Zijn dat de lidstaten of het Unierecht zelf? Hoe
breng je de soevereiniteitsclaim van het Unierecht in overeenstemming met de soevereiniteitsclaim
van de lidstaten? Hier zijn allerlei theorieën over ontwikkeld, namelijk die van het constitutioneel
pluralisme. Deze theorie lost op dit moment nog niets op. Die twee soevereiniteitsclaims bestaan nog
steeds en er is geen theorie die deze twee claims bij elkaar kan brengen. Zo’n theorie tast namelijk het
zelfbeschikkingsrecht van de EU en de lidstaten aan. De EU is nu continu bezig met het bepalen op
welk niveau welke bevoegdheid thuishoort, uiteraard in overleg met de lidstaten zelf federalisme.

Het Unierecht omvat zowel primair als secundair recht. Het primaire recht omvat hoofdzakelijk de
oorspronkelijke en wijzigingsverdragen, namelijk het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) en
het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie (VWEU). Deze verdragen bevatten de
doelstellingen van de EU, vormen de grondslag voor alle bevoegdheden van de Europese instellingen
en bieden het kader waaraan de uitoefening van die bevoegdheden wordt getoetst, bijvoorbeeld in de
vorm van de aanneming van secundaire wetgeving. Voorbeelden van primaire bronnen van Unierecht
zijn verdragsvrijheden, mededingingsregels, algemene rechtsbeginselen en het Handvest van de
grondrechten van de EU. Onder algemene rechtsbeginselen wordt onder andere het
subsidiariteitsbeginsel verstaan op welk niveau kan een bevoegdheid het beste worden
uitgeoefend? Ook het gelijkheidsbeginsel en het effectiviteitsbeginsel vallen hieronder. Het
effectiviteitsbeginsel moet garanderen dat burgers effectief een beroep op het Unierecht kunnen
doen.


2

, Het secundaire of afgeleide recht van de EU omvat alle besluiten, maatregelen, regels en normen die
de EU-instellingen in de loop van de tijd hebben aangenomen. Al deze ‘rechtshandelingen’ worden
opgenomen op basis van de bevoegdheden die in de Verdragen zijn vastgelegd; het secundair recht is
dus afgeleid van het primair recht. Uitgangspunt is dat secundair Unierecht in overeenstemming moet
zijn met het primair Unierecht. Voorbeelden van secundaire bronnen van Unierecht zijn
verordeningen, richtlijnen, (individuele of algemene) besluiten, aanbevelingen (soft law), adviezen
(soft law), mededelingen (soft law) en gedragscodes (soft law). Met soft law kun je tot niets worden
gedwongen, maar word je wel een bepaalde kant op gestuurd.

Geografische reikwijdte

De toegang tot de EU-vrijheden kan worden opgeknipt in drie elementen: personele reikwijdte,
geografische reikwijdte en materiële reikwijdte. Dit vormt samen de eerste stap van het beslisschema
van het Hof van Justitie. Je valt binnen de geografische reikwijdte wanneer je woont of bent gevestigd
in (een):
• EU-lidstaat.
• Ultra perifeer gebied. Hierbij kan worden gedacht aan Franse overzeese departementen, de
Azoren, Madeira en de Canarische Eilanden. Op deze gebieden is in beginsel het gehele
Unierecht van toepassing.
• Gibraltar. Na de Brexit behoort Gibraltar niet meer tot het Verenigd Koninkrijk, maar tot het
Schengengebied. Dit houdt in dat er geen grenscontrole is tussen Spanje en Gibraltar.
• LGO (landen en gebieden overzee). Wat betreft Nederland kan worden gedacht aan Caribisch
Nederland, dus Aruba, Bonaire en Curaçao. In het LGO-besluit staan alle landen en gebieden
genoemd die onder deze bijzondere associatieregeling vallen. Een LGO is geen derde land,
maar behoort ook niet tot de interne markt. In de zaken X BV en TBG ging het om de vraag of
het kapitaalverkeer tussen Nederland en de Nederlandse Antillen van toepassing was ten
aanzien van een dividendbetaling vanuit Nederland naar de Nederlandse Antillen. Speelt hier
dan de vrijheid van kapitaalverkeer een rol of moet je kijken naar het LGO-besluit? Het Hof van
Justitie zei dat het kapitaalverkeer niet van toepassing was, maar dat je moet kijken naar het
LGO-besluit om te bepalen of de uitkering mocht in het kader van het bestrijden van misbruik.
In de zaak PRUNUS stond de vraag centraal of er sprake kon zijn van vrijheid van
kapitaalverkeer tussen Nederland en de LGO van Frankrijk. Hier zei het Hof van Justitie dat de
vrijheid van kapitaalverkeer wel van toepassing was. Als er dus sprake is van kapitaalverkeer
van een lidstaat naar zijn eigen LGO, dan is de vrijheid van kapitaalverkeer niet van toepassing
en zit je in het LGO-besluit. Wanneer het gaat om kapitaalverkeer van Nederland naar een LGO
van een derde land, dan is de vrijheid van kapitaalverkeer wel van toepassing.
• EER (Europese Economische Ruimte). De EER bestaat uit drie van de vier EVA-lidstaten en de
Europese Unie. De EVA staat voor Europese Vrijhandelsassociatie Noorwegen, IJsland,
Liechtenstein en Zwitserland. Laatstgenoemde maakt geen onderdeel uit van de EER. In de EER
zijn de vier verkeersvrijheden van toepassing: vrij verkeer van kapitaal, goederen, diensten en
personen. Binnen de EER geldt echter niet het vrije verkeer van economisch niet-actieven. Dus
het vrijelijk bewegen van economisch niet actieve burgers is niet opgenomen.
• Zwitserland. De EU heeft met Zwitserland veel bilaterale overeenkomsten gesloten,
waaronder voor handel en het vrije verkeer van personen. Deze zijn van minder grote omvang
dan die van de EU zelf.




3

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper tax-student. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 73243 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€3,49  3x  verkocht
  • (2)
  Kopen