LEESBEVORDERING
1.LITERAIRE ANALYSE VAN NON-FICTIE EN STRIPS
1.1 STRIPS EN GRAPHIC NOVELS
1.1.1 STRIPS
DE KENMERKEN VAN EEN STRIP
Kenmerken en maker van een strip
Prenten, tekstballonnen, verhaal wordt getoond door prenten
Gemaakt door striptekenaar en een scenarioschrijver
Sinds wanneer zijn er strips
De negende kunst (rond WO2)
Verschillen en gelijkenissen met de film
Gelijkenissen: De gezichtsuitdrukking is bij beiden erg belangrijk wanneer er gevoelens getoond
worden.
Verschillen: Strips hebben vaak korte dialogen
Soorten strips
Een enkel plaatje -> cartoon, een kortverhaal door verschillende plaatjes naast elkaar -> gagstrip, strip
zonder tekstballonnen waar de tekst onderaan staat -> tekststrip, meer dan 100 pagina’s en een
beeldroman -> Graphic Novel, strip rond media figuur -> vedettestrip
Functies van een strip
Ontspannend, moreel, emotieve, creatieve functie
STRIPS VERSUS FILMS
Vergelijk strips met films, bespreek de volgende punten. Hoe worden deze in strips weergegeven?
Camerastandpunt: in en uit zoemen
Licht en kleur: helder, somber; vrolijk lichte kleuren, niet vrolijk donkere kleuren
Geluid en gedachten: tekst en gedachtenballonnen
Beweging: vaartlijntjes, figuren die de grond niet raken
SOORTEN STRIPS VOOR KINDEREN
Genres
1. Historische strips: Spelen zich af in het verleden. (Asterix&Obelix)
2. Detective strip: Gaan een probleem oplossen. (Robbedoes)
3. Familiestrips: Gericht op een zeer breed publiek dat meerdere leeftijdscategorieën omvat. (Kiekeboe)
4. Ridderstrips: Het hoofdpersonage is een ridder. (De Rode Ridder)
1
, FUNCTIES VAN STRIPS
1. ONTSPANNEND
Humor: gekke situaties, misverstanden, karikatuur, taal(naamgeving, krachttermen,…)
Spanning: personages zijn ridders, detective, journalisten, tijd en ruimte zijn avontuurlijk
2. EMOTIEF
Wanneer het hoofdpersonage zich kan inleven
Je kan je identificeren met de held maar het karakter van de figuur is beperkt omschreven
3. CREATIEF
Het doorbreken van de verwachtingen. Cliché overtreffen.
Weinig: alles wordt afgebeeld. Illustraties zijn van belang
Toch wel: filmtechnieken doorzien
4.INFORMATIEF
Ja, historischt tijd, realistische gebeurtenissen , verhalen in andere landen of uit andere culturen.
5.ZINGEVEND
Kinderen krijgen een morele waarde mee uit het verhaal. Er zit een boodschap in het verhaal
Voorbeelden: vriendschap, goed-kwaad, milieu
6.LITERAIR-ESTHETISCH
Het heeft een positief effect op de LB
GEEN LITERATUUR?
Weinig uitgewerkte dialogen
Weinig uitdieping van de karakters: type
Gevoelens worden ongenuanceerd gebracht
Beperkt aantal bladzijden: vaak één verhaallijn
Weinig literaire taal
WEL LITERATUUR?
Plot: sterk, origineel, met afwisseling van verwachtingen en verrassingen
Personages: levensecht, geloofwaardig in beeld en tekst
Gesproken teksten: realistisch en levendig
Beschrijvende teksten: verhelderend
Camerastandpunt, licht en kleur: functioneel ingezet
1.1.2 GRAPHIC NOVELS
Sinds eind jaren ‘70
Lijvige strips met veel tekst
Sinds begin 21ste eeuw: bekende verhalen worden ‘verstript’
1.2 NON-FICTIE - INFORMATIEVE BOEKEN
2