Bedrijfsmanagement
Open vragen, 5/20 te verdienen door vragen te stellen
H1: De organisatie als open systeem
Bedrijfsmanagement = bedrijf + management
1. Bedrijf
= Een organisatie die een product of dienst voortbrengt
2. Management
= Het sturingsproces van mensen en middelen om de doelstellingen te bereiken
General managementtheorie van Fayol: 5 nodige vaardigheden om organisatie te leiden
1) Bepalen van strategische beleid
2) Ontwerpen van een organisatiestructuur
3) Delegeren van verantwoordelijkheden
4) Beheersen van processen in de organisatie
5) Bijsturen en evalueren
Beslissingen bedrijf:
Managementbeslissingen -> bepalen koers organisatie (en personeelsbeleid)
Strategische keuzes op beleidsniveau -> impact op dagelijkse werking organisatie
Bedrijven in onze maatschappij (zeer belangrijk)
- Leveren goederen en diensten
- Zorgen voor werkgelegenheid
- Zijn een bron van welvaart en welzijn
1.2 Fit tussen de organisatie en haar omgeving
Organisatie = open systeem (kan geïsoleerd doel niet bereiken)
Staat in relatie met interne en externe omgeving
=> Bestuursproces hangt nauw samen met omgeving en de medewerkers
=> “No best way to manage”
FIT organisatie en omgeving
= Essentieel voor voortbestaan onderneming
= Een dynamische zoektocht om de organisatie af te stemmen op de omgeving
,Organisatie:
- Producten/diensten moeten voldoen aan behoeften van anderen stakeholders
= Belanghebbenden: consument, aandeelhouders, andere ondernemingen, de
overheid,…
!Behoeften veranderen continu + kunnen van verschillende stakeholders tegenstrijdig zijn
- Moet rekening houden met de heersende wensende bij het bepalen van aanbod
Omgeving:
- Moet rekening houden met geleverde producten/diensten
- Legt regels op aan de organisatie
- Is onderhevig aan vervuiling (veroorzaakt door sommige organisaties)
Optimale fit
Wanneer organisatie kan producten/diensten aanbieden die behoefte van de stakeholder
maximaal bevredigen, en die inspelen op tendensen
Stakeholders:
= Alle publieksgroepen die rechtstreeks en onrechtstreeks invloed hebben op de onderneming
Omgeving = het geheel van participanten en situaties die relevant zijn voor de activiteiten van
een organisatie
1.3 Factoren met invloed op de organisatie
De omgeving = factoren buiten de organisatie -> verschillende niveau’s (bepaald invloed)
MICRO OMGEVING
= De factoren waarmee een organisatie direct kan inspelen op de omgeving
-> Factoren situeren zich eerder binnen de onderneming zelf t
Vb: organisatiestructuur, bedrijfscultuur, doelstellingen, marketing strategie, financiële
situatie, de medewerkers,…
MESO OMGEVING
= De factoren waarmee de organisatie niet direct, maar wel indirect op de omgeving kan
inspelen
-> Factorenen zijn eigen aan de markt waarop/de bedrijfstak waarin de organisatie actief is
, Vb: bedrijf kan niet direct beïnvloeden toegankelijkheid voor nieuwe toetreders
beïnvloeden, men kan dit wel beïnvloeden door bv de opstartkosten hoog te maken
MACRO OMGEVING (DESTEP-factoren)
= De factoren waar de onderneming geen invloed op kan uitoefenen. (Wel kan er rekening
mee worden gehouden in de strategie)
-> Landschap waarin de onderneming actief is
Vb: vergrijzing
Onderneming stelt zich volgende vragen (omdat ze macro omgeving niet kan
beïnvloeden)
- Trends economie, politiek, technologie of sociaal-cultureel waarmee we rekening
moeten houden?
- Wat is het effect van deze verandering op onze organisatie?
- Wat is het effect van de veranderingen op de concurrent en belanghebbenden van
onze organisatie?
=> Bedrijfsmanagement = dynamisch
Maatschappij (en dus bedrijven ook) veranderen constant
DESTEP-factoren
= Op macro niveau beïnvloedende factoren waarmee organisatie rekening moet houden
- Demografische factoren
- Economische factoren
- Sociaal-culturele factoren
- Technologische factoren
- Ecologische factoren
- Politieke en juridische factoren
1.3.1 Economische ontwikkelingen
1.3.1.1 Inleiding
Fundamenten bedrijfsmanagement -> in de economie
, De economische kringloop
Productiefactoren (arbeid) worden uitgewisseld voor loon
Consument betaald voor geleverde goederen/diensten
Invloed externe factoren (buitenland, overheid)
=> Organisatie = een open systeem
1.3.1.2 Economische stelsels
Van Dale: een onderneming is ‘een op winst gericht bedrijf dat op eigen risico werkt’
Vrije markteconomie
= Het principe van de Westerse samenleving
VRIJ ONDERNEMERSCHAP
= Mogelijkheid tot oprichten of runnen van eigen bedrijf en mogelijkheid hierin eigen
kapitaal te riskeren met de bedoeling om zoveel mogelijk winst te maken
Kenmerkend: de productie gebeurt door privéondernemingen
Welke goederen worden verkocht aan welke prijs?
-> Bepaald door het marktmechanisme (V&A)
CENTRALE GELEIDE ECONOMIE = planeconomie = top-down economie
Overheid heeft rol van ondernemer
=> Ruggengraat economie = overheidsbedrijven
Welke goederen er verkocht worden aan welke prijs?
-> Bepaald door de staat
Zorgt voor het ontwerp van een vijfjarenplan
Bij communistische staatssystemen (Cuba, Noord-Korea, Vietnam en Laos)
Centraal: marktmechanisme, maar overheid treedt duidelijk sturend en regulerend op.
-> Voorkomen dat prijzen omhoog schieten, voorkomen weinig aanbod
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper anaisvelghe74. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,69. Je zit daarna nergens aan vast.