De samenvatting bevat al de te kennen theorie voor het vak Algemene chemie. Het is gebaseerd op de cursus en de power-points van Linny Baeten. In de samenvatting wordt de theorie in puntjes weergegeven en het bevat ook de belangrijkste afbeeldingen en kaders uit de power-point.
- Chemie = de studie van samenstellingen, eigenschappen en de omzetting van materie
Experimentele vaardigheid: dingen voorspellen en verklaren aan de hand van waarnemingen
- Chemie en natuur = begrijpen, gebruiken en het begrijpen in biologische processen op
moleculair vlak
- Chemie en samenleving = maken van nieuwe materialen, medicatie en voorzien in nieuwe
energiebronnen
Wetenschappelijke methode:
1. vertrekt van observaties: systematisch vastleggen van natuurlijke fenomenen
onderzoeksvraag opstellen
2. hypothese stellen: een mogelijke verklaring voor je observatie
3. experimenten doen om te zien of hypothese klopt
4. klopt dit: dan kan je je hypothese omvormen tot een theorie
soms zal een theorie op latere momenten moeten worden aangepast
experimenten en meten
- grootheid = eigenschap die beschreven wordt adhv. metingen
- 7 basisgrootheden met eenheid = SI-eenheid
Alle andere eenheden zijn afgeleiden hiervan
Gaan prefixen gebruiken en wetenschappelijke notatie bij het noteren van gegevens en hun
eenheden
Enkele grootheden en hun definities
- Massa (kg) = de hoeveelheid materie in een object (= de fysische eigenschap dat de
hoeveelheid materie in een object meet)
o Massa’s worden bepaald met het behulp van een balans
o Gewicht ≠ massa: gewicht = kracht die de zwaartekracht op een object uitoefent
- Lengte (m)
o 1Å = 10-10m
- Temperatuur (K)
o in het dagelijkse leven gebruiken we °C
o het absolute nulpunt = 0K = 273,15°C
,Afgeleide grootheden en eenheden
- Volume(m3) = de ruimte die een object inneemt
o 1dm3=1L
- Dichtheid (kg/m3) = de massa van een object per volume
o Temperatuur afhankelijk
o Dichtheid water: 1 g/cm3
- Energie (J) = het vermogen om warmte of arbeid te verrichten
o Kinetische energie: is bewegingsenergie: Ek= ½*m*v2
o Potentiële energie: opgestapelde energie: E p=m*g*h
Accuraatheid, precisie en beduidende cijfers
- Accuraatheid= hoe dicht liggen de resultaten van een meting bij de werkelijke waarde
- Precisie= hoe dicht de resultaten van de onafhankelijke metingen bij elkaar liggen
- Beduidende cijfers bepalen de precisie van je meetresultaat
o Nul in het midden van een getal: beduiden
o Nul in het begin van een getal: niet beduidend
o Nul op het einde van een getal na de komma: beduidend
- Wetenschappelijke notatie: het gebruiken van 10 x om het juiste aantal BC te bekomen
- Afronden: pas op het einde van de berekening
o Vermenigvuldigen of delen: kijken naar het gegeven met het minst aantal BC
o Optellen of aftrekken: kijken naar het gegeven met het minst aantal decimalen
o Bij een mengeling van vermenigvuldigen, optellen, … kijken naar de regel van
vermenigvuldigen en delen
Omzetten van eenheden
- Dimensieanalyse = omzetten van grootheid in een equivalente eenheid door te
vermenigvuldigen met een conversiefactor (geeft aan wat het verband is tussen de 2
eenheden)
- De regel van drie kan ook gebruikt worden bij het omzetten van grootheden
,Hoofdstuk 2 atomen, moleculen en ionen
- Plato & Aristoteles: materie is oneindig deelbaar
- Democritus: atomen zijn de kleinste bouwstenen waaruit materie is opgebouwd
Elementen
- Een element= een fundamentele stof die via een chemische manier niet verder opgedeeld of
omgezet kan worden in iets eenvoudiger
- 118 elementen waarvan er 90 in de natuur voorkomen en 28 die artificieel zijn
- Elementen zitten gebundeld in de Tabel van Mendeleev (het periodiek systeem)
Tabel van mendel
- Gaan classificeren op basis van de relatieve massa’s van de atomen ten opzichte van
waterstof en groepeerde ze dan volgens hun reactiviteit
- Oorspronkelijk zaten er nog een paar gaten in elementen die toen nog niet ontdekt waren
- 7 Periodes (horizontaal)
o Geven het aantal opgevulde schillen weer
- 18 groepen (verticaal)
o Geven elementen met dezelfde chemische eigenschappen weer
o De A groepen zijn de hoofdgroepen
o De B groepen zijn de transitiemetalen
Eigenschappen
- Eigenschap= een karakteristiek die gebruikt kan worden om een materie te beschrijven of te
identificeren
o Chemische eigenschappen = karakteristiek die iets te maken heeft met de verandering
van chemische eigenschappen van een stof (vb: roesten van ijzer, verbranden, …)
o Fysische eigenschap = karakteristiek die niets te maken heeft met de verandering van
chemische eigenschappen van een stof, blijft dezelfde molecule (vb: kleur, smeltpunt, …)
o Extensieve eigenschappen: eigenschap die afhankelijk is van de hoeveelheid van de stof
(vb: massa en volume)
o Intensieve eigenschap: eigenschap die niet afhankelijk is van de hoeveelheid van de stof
(vb: smeltpunt)
Kenmerken groepen
- Groep 1A: alkalimetalen: zachte, zilverkleurige metalen die zeer heftig reageren met water
en daardoor altijd in combinatie met andere elementen voorkomen (hoe verder naar
beneden hoe reactiever)
- Groep 2A: aardalkalimetalen: glanzend, zilverkleurige metalen die minder reactief zijn dan
metalen uit groep 1A. Worden ook nooit i hun zuivere vorm terug gevonden
- Groep 7A: halogenen: kleurrijke corrosieve niet-metalen. Komen altijd in combinatie voor
met een ander element
- Groep 8: 8A: edelgassen: kleurloos, weinig reactieve gassen
3 categorieën: gebaseerd op het metalische karakter
- Metalen: staan links (buiten H), meeste zijn vast bij kamertemperatuur (buiten Hg), hebben
allemaal een zilverglans (buiten Au en Cu), goede geleiders van warmte en elektriciteit
- Niet metalen: staan rechts, gassen bij kamertemperatuur (buiten Br), sommige zijn ook broze
vaste stoffen (C, P, S, Se en I), zijn slechte geleiders
, - Halfmetalen/metalloide: vast bij kamertemperatuur, zilverkleurig, broos, slechte geleiders
voor warmte en elektriciteit
Hoe zijn ze tot de elementen gekomen ?
- Boyle (17e eeuw): materie is opgebouwd uit atomen. Een elementen kunnen niet verder
worden opgesplitst en kunnen combineren tot chemische verbindingen
- Priestley (18e eeuw): beschreef een chemische reactie aan de hand van een
reactievergelijking met aan de linkerkant reagentia en aan de rechterkant reactieproducten
- Lavoisier (18e eeuw): zag dat je altijd zuurstof nodig had voor een verbranding en heeft de
wet van behoud van massa ontdekt (= massa wordt niet gecreëerd of vernietigd in
chemische reacties)
- Proust (18e eeuw): wet van constante samenstelling (= verschillende stalen van een zuivere
chemische verbinding bestaat steeds uit dezelfde massaverhouding van elementen),
elementen zullen dus steeds combineren in specifieke verhoudingen en niet ad random
- Dalton (18e eeuw): wet van multiple verhoudingen (= elementen kunnen op verschillende
manieren combineren tot verschillende chemische verbindingen maar de
massaverhoudingen zijn steeds kleine gehele getallen van elkaar
Basis van moderne chemie (atoomtheorie van Dalton)
- Elementen zijn opgebouwd uit atomen
- Elementen worden gekarakteriseerd door de massa van hun samengestelde atomen.
Atomen van hetzelfde element hebben dezelfde massa’s, die van verschillende elementen
hebben verschillende massa’s
- Chemische elementen combineren tot chemische verbindingen wanneer atomen binden in
bepaalde verhoudingen
- Chemische reacties reorganiseren enkel de bindingen tussen de atomen, de atomen zelf
veranderen niet.
Onderzoek naar Atoomstructuur
- Thomson (19e eeuw): gaat aantonen dat atomen negatief e-geladen deeltjes bevatten nl.
elektronen mbv. Kathodestraalbuis experiment
Kathodestraalbuis experiment: gaan een spanning aanleggen op 2 elektrodes, bij een juiste
tussenstof kan je een straal zien. Thomson hield een positieve magneet naast deze straal en
zag dat die straal afboog naar de magneet (grootte afbuiging is afhankelijk van e/m, de
verhouding van de lading tot de massa van een elektron)
- Millikan (19e eeuw): massa van elektronen bepalen via oliedruppel experiment
oliedruppel experiment: ging olie vernevelen in een container. De oliedruppels vielen tussen
2 elektrische geladen plaatjes waarvan het bovenste positief geladen was. De oliedruppels
werden negatief geladen door ze te bestralen met X-stralen. Met een telescopisch oog werd
de snelheid waarmee de druppels door de lucht vielen bepaald. Aan de hand van de snelheid
kon de massa bepaald worden. Met de voltages op de platen en de snelheid kon de massa
van het elektron bepaald worden.
- Rutherford: aantonen dat atomen positief geladen deeltjes bevatten nl. protonen mbv.
-stralen (He-kernen)
Experiment: goudfolie bestralen met alfastralen en rond die goudfolie ging hij een
fotofluoriserend plaat zetten. Bij het bestralen ging een groot deel van de deeltjes gewoon
rechtdoor, maar sommige deeltjes kwamen terecht op de plaat en werden dus afgebogen
(deze deeltjes waren op in de buurt van de kernen gekomen en omdat ze positief waren zo
afgebogen of teruggekaatst).
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper marindebeule. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,49. Je zit daarna nergens aan vast.