Nijs Jo
Immunologie en bindweefselfysiologie
INLEIDING
Immunologie
= De leer van het afweersysteem
Wat is het afweersysteem?
= Elk lichaam heeft een afweersysteem. Je afweersysteem beschermt je tegen schadelijke ziekteverwekkers,
zoals bacteriën, virussen, schimmels, parasieten en kwaadaardige cellen (kankercellen). Ook je huid en je
slijmvliezen zorgen voor bescherming. Ziekteverwekkers of schadelijke stoffen komen er niet zomaar
doorheen.
Rol van het afweersysteem
- Bescherming tegen indringers van buitenaf (virussen, bacteriën, gif)
→ Bv: tattoo: ontsteking in de 1e fase naar herstel
- Bescherming tegen ziekteprocessen in ons lichaam (vb. kanker)
- Signaalfunctie/communiceren
- Zendt boodschappen uit
- Herstel mogelijk maken
Wat is bindweefselfysiologie?
= Bestuderen van de samenstellende elementen van bindweefsel en de relatie tot elkaar.
→ Vb. botweefsel, kraakbeen aan de ribben, hyalien kraakbeen, meniscus, voorste kruisband, ligamenten,
kapsels, bloed, …
Wat is fysiologie?
= kennis van de natuur
= studie van het normaal functioneren van levende organismen
Anatomie
Anatomie vs. fysiologie
Anatomie is nodig om de fysiologie te bestuderen.
, Nijs Jo
Niveaus van organisatie
We zitten niet op het niveau van biochemie, maar verder. Overlap met de moleculaire, cellulaire leer en de
biochemie
, Nijs Jo
- DEEL HOMEOSTASIS –
Hoe communiceren cellen in organen en organismen met elkaar?
Bv: hoe weet een hart wanneer het een verhoogd ritme moet aannemen bij een bepaalde activiteit?
→ Door bloed
Integratie lichaamssystemen
Waar is het immuunsysteem?
= In het lymfestelsel, in het bloed, lever, de mild, bindweefsel, … → het zit overal
Homeostasis
= evenwicht → altijd naar wat we strijden (het functioneren terug in balans brengen)
Wordt bewaakt door sensoren die op eigenschappen in ons lichaam gaan reageren.
Homeostase wordt gekenmerkt door een min en een max → alles tussen de grenzen is dat goed, maar als die
te hoog of te laag wordt → gaat u lichaam reageren (bv. zweten bij het te warm hebben, drinken, ...)
Het brein houdt de bloeddruk, zuurstofgehaltes en dergelijke in de gaten → wordt constant gemonitord.
In bed liggen door koorts → brein wordt geïnformeerd → het lichaam zet een aantal systemen in de gang om
de temperatuur terug te doen dalen → vb. Zweten
Homeostasis of homeodynamica
= Interne omgeving blijft constant ondanks externe variabiliteit (de buitenwereld is continu een verandering)
Cellen op zich zijn weinig adaptief, ze functioneren in groep, homeostasis = gezond zijn
Organismen hebben hoge adaptiemogelijkheden → 1 cel op zich is weinig adaptief, maar een hele hoop cellen
samen is gestructureerd in een organisme met een hoge adaptatiemogelijkheid.
Buitenwereld van lichaam (lucht en omgeving die
je ziet en waarneemt.)
Interne omgeving → intracellulair vocht. Er is ook
een hoop extracellulair vocht buiten de cellen.
, Nijs Jo
Te controleren factoren voor het behoud van de homeostasis
() => concentratie
- (H2O)
- Temperatuur
- [O2 en CO2]
- [Nutriënten]
→ bv. glucose; calcium levensnoodzakelijk voor spiercontractie en hartspiercontractie, grote mate
aanwezig in botweefsel → te weinig calcium: lichaam gaat botten afbreken en daar calcium uithalen.
- [Afvalproducten]
- [NaCL]
- pH
- Bloedvolume en bloeddruk (tijdens lichamelijke inspanningen verhoogt de BD)
- …
➔ Het lichaam houdt al deze factoren onder controle
De normale lichaamstemperatuur is ongeveer 37°C.
Als deze temperatuur verhoogd zal de hypothalamus signalen versturen naar de bloedvaten en de
zweetklieren.
De bloedvaten zullen uitzetten en de zweetklieren worden geactiveerd zodat de T° weer kan dalen.
Als de T° daalt zal het zenuwstelsel signalen sturen naar de bloedvaten om te krimpen en naar de zweetklieren
om inactief te blijven. Zo kan het lichaam terug opwarmen.
Als de lichaamstemperatuur blijft dalen zal het zenuwstelsel ook signalen sturen naar de spieren zodat zij
ongecontroleerd gaan samentrekken (waardoor het lichaam trilt) en je warmte creëert om terug de normale T°
te bereiken.