Inleiding
Health field concept van Lalonde
De gezondheidstoestand van een persoon is het resultaat van verschillende bijdragen en inwerkende
krachten. Een model, dat onder andere wordt gebruikt door de WHO (World Health Organization) is het
Health Field Concept van Lalonde (1974) Het is een model die een middel kan zijn om
gezondheidsproblemen te analyseren. . Dit model stelt dat gezondheid beïnvloed wordt door een
wisselwerking van vier duidelijk te onderscheiden factoren, namelijk: biologische factoren, omgeving,
leefstijl en voorzieningen van de gezondheidszorg
Biologische factoren
De biologische factoren zijn alle aspecten van de gezondheid, zowel de fysieke als de mentale, die een
gevolg zijn van onze biologische samenstelling. Ze omvatten onder andere de genetische erfelijkheid, de
processen van verouderen, maar ook onze verschillende complexe stelsels zoals de botten, de zenuwen,
de spieren, het cardio-vasculair stelsel, het endocriene stelsel, de spijsvertering… (Lalonde, 1974)
Omgeving
Deze factoren omvatten alle aspecten die gezondheid beïnvloeden die buiten het individu liggen en waar
het individu weinig tot geen controle over heeft (Lalonde, 1974). We kunnen hierbij een onderscheid
maken tussen de fysieke omgeving en de sociale omgeving.
• De fysieke omgeving is de samenstelling en vormgeving van woon-, werk- en schoolomgevingen
en voorzieningen daarbinnen. Voorbeelden daarvan zijn watervoorziening, groenvoorzieningen,
aanwezigheid van industrie…
• De sociale omgeving omvat alle sociale verbanden waarin een individu leeft en de sociale
invloeden op het individu. Voorbeelden daarvan zijn de gezinssituatie, de familie, buren,
klasgenoten, collega’s, maar ook media, sociale en culturele waarden en normen (Vlaams
Instituut Gezond Leven, 2020)
Leefstijl
• De leefstijl omvat alle beslissingen die van invloed zijn op de gezondheid die gemaakt worden
door individuen en waar ze min of meer controle over hebben (Lalonde, 1974). Dit zijn onder
andere gedragingen zoals roken, eten en bewegen. Zij hebben een duidelijke invloed op de
gezondheid en vooral ook op de niet-overdraagbare aandoeningen zoals longproblematieken,
hart- en vaatziekten, diabetes, kanker…
Voorzieningen gezondheidszorg
,De voorzieningen van de gezondheidszorg gaat om de kwantiteit, kwaliteit, inrichting, aard en relatie van
mensen en middelen in de voorziening van de gezondheidszorg. Het omvat bijvoorbeeld de
dokterspraktijk, de verpleegkundigen, ziekenhuizen, medische medicatie, ambulances, tandzorg,
oogartsen… (Lalonde, 1974) Naast de curatieve gezondheidszorg is er daarnaast meer en meer aandacht
voor preventieve gezondheidsvoorzieningen zoals vaccinaties, leefstijladvies (bv. BOV-coaches)…
Interactie
Gezondheidsproblemen kunnen steeds gelinkt worden aan een, of meerdere factoren uit dit model. Bv.
de oorzaken van sterfte door verkeersaccidenten kan veroorzaakt worden door risico’s genomen door
individuen (bv. te snel rijden, dronken rijden, veiligheidsgordel niet dragen…), maar ook door het
ontwerp van auto’s en wegen en de voorziening van ambulances en eerste hulp (Lalonde, 1974).
Wanneer iemand aangereden wordt in het verkeer en de eerste hulp is snel genoeg, dan zal de kans op
sterfte kleiner zijn dan wanneer de eerste hulp lang wegblijft. Dit voorbeeld toont heel duidelijk aan dat
individuen zelf verantwoordelijkheid dragen, maar ook onze omgeving verantwoordelijkheden heeft.
Ecologische modellen voor gezondheidsgedrag
Hierboven kwam het reeds aan bod: onze gezondheid wordt bepaald door verschillende factoren, die
niet enkel bij het individu liggen. Maar ook het individueel gedrag, de levensstijl, wordt bepaald door
verschillende factoren die ook buiten het individu kunnen liggen. Dit idee is de basis van ecologische
modellen voor gezondheidsgedrag. Daar wordt gesteld dat er meerdere niveaus zijn die ons
gezondheidsgedrag beïnvloeden zoals het intra persoonlijk niveau (biologische, psychologische factoren),
interpersoonlijk niveau (sociale, culturele factoren), organisationele niveau, gemeenschapsniveau,
fysieke omgevingsniveau en regelgeving
Meerdere typen van omgevingsinvloeden zijn van invloed op gedrag
Naast de sociale (of sociaal-culturele) en fysieke omgeving worden ook soms de politieke en
economische omgeving opgenomen als factor. Deze worden verder besproken.
Meerdere niveaus van omgevingsinvloeden: micro-, meso- en macroniveau
In vele ecologische modellen wordt het onderscheid tussen micro-, meso- en macroniveau gemaakt,
maar niet alle modellen definiëren deze niveaus hetzelfde. Ook het aantal niveaus dat terugkomt in de
verschillende modellen kan anders zijn.
• Het microniveau staat dichtst bij het individu. Het is de plaats waar het gedrag wordt uitgevoerd
zoals het gezin, de school of het werk. Hier is bv. het rolgedrag van personen op de plek van
belang.
• Het mesoniveau omvat de mogelijkheden van een organisatie of gemeenschap zoals de school,
de buurt en de gemeente. Hier is bijvoorbeeld de beschikbaarheid van producten in bedrijven,
winkels en scholen van belang.
• Het macroniveau is heel wat breder en omvat de maatschappij dat het gedrag kan beïnvloeden.
Voorbeelden hiervan zijn het gezondheidszorgsysteem, stedenbouw, de klimaatverandering,
rookverbod…
Interacties tussen omgevingsinvloeden
• Belangrijk om aan te halen is dat omgevingsinvloeden niet onafhankelijk van elkaar een invloed
op onze gedragingen uitoefenen, maar elkaar kunnen versterken of verzwakken. Een voorbeeld
, is dat er van bovenaf een rookverbod is opgelegd op openbare plaatsen, waardoor niet gerookt
wordt op café of restaurant waar je als individu heen gaat. Op die manier doe je niet aan second-
hand smoking en komt dit jouw gezondheid ten goede.
Naast indirecte, ook directe invloed van omgeving op gedrag
• Veel niet-ecologische modellen gaan ervan uit dat omgevingsinvloeden indirect een rol spelen
op onze gezondheid, maar ecologische modellen geven aan dat deze ook een directe impact
kunnen hebben op onze gezondheid of ons gedrag. Als bijvoorbeeld de liften in een gebouw stuk
zijn, zorgt dat ervoor dat mensen de trap wel moeten gebruiken en dus meer aan beweging
zullen doen.
Analysis Grid for Environments Linked to Obesity (ANGELO)
en van deze ecologische modellen is het ANGELO model. Het werd ontwikkeld om “obesogene”
omgevingen in kaart te brengen en aan te pakken. Dus: omgevingen die ervoor zorgen dat personen een
te hoge energie-inname hebben (ongezonde voeding) of een te laag energieverbruik (te weinig
beweging, te veel zitten). Maar het model is zeker ook bruikbaar voor gedragingen die niet meteen
gelinkt kunnen worden aan obesitas. Het model is er vooral op gericht om omgevingsinvloeden te
classificeren. Door het raamwerk in te vullen, wordt er nagedacht over alle mogelijke
omgevingsinvloeden op verschillende niveaus.
, Omgevingsgrootte
1. Microniveau.
Het microniveau bestaat uit settings waar het gedrag wordt uitgevoerd. Deze settings zijn geografisch
beperkt, klein en kunnen beïnvloed worden door individuen. Voorbeelden van deze settings zijn scholen,
werkplaatsen, thuis, buurten…
2. Macroniveau.
Het macroniveau bestaat uit sectoren zoals het schoolsysteem, het gezondheidszorgsysteem,
regeringen, de voedingsindustrie en attitudes die leven in de maatschappij. Deze sectoren zijn voor een
brede populatie gelijk en bevinden zich eerder op regionaal, nationaal of internationaal niveau. Verder is
het voor individuen ook moeilijker deze te gaan beïnvloeden. Hier wordt het duidelijk dat ook het
mesoniveau zoals bijvoorbeeld een gemeentebestuur of schoolbestuur hier ook onder valt.
Uiteraard is het ook hier zo dat de settings uit het microniveau kunnen beïnvloed worden door de
sectoren uit het macroniveau. Bv. regels vanuit het ministerie van onderwijs omtrent de hoeveelheid
lichamelijke opvoeding op school, zullen moeten toegepast worden in alle scholen.
Omgevingstypes
1. Fysieke omgeving
In de brede zin van het woord verwijst de fysieke omgeving naar alles wat er beschikbaar is. Het is dus de
beschikbaarheid van middelen en mogelijkheden om (on)gezond gedrag uit te voeren. Daarmee bedoelt
men niet enkel de zichtbare wereld, maar ook de minder tastbare factoren zoals informatie…
Voorbeelden van de fysieke omgeving zijn voedings die beschikbaar is in restaurants, supermarkten,
automaten, scholen…, voedingslabels, fietspaden, straatverlichting, openbaar vervoer, parken,
sportplekken…
2. Economische omgeving
De economische omgeving verwijst naar kosten gerelateerd met de verschillende gedragingen. Het
kunnen bijvoorbeeld subsidies zijn voor bepaalde gezonde producten, maar ook belastingen voor
ongezonde producten, financiële steun voor gezondheidsbevorderende projecten… Verder omvat de
economische omgeving ook de inkomsten. Het is bijvoorbeeld zo dat mensen met een hogere socio-
economische status een lagere kans hebben op het ontwikkelen van obesitas.
3. Politieke omgeving
De politieke omgeving verwijst naar de regels met betrekking tot de gedragingen. Deze regels omvatten
wetten, verordeningen, reglementen en beleid (formeel of informeel) en hebben een duidelijk effect op
het gedrag van het individu of van organisaties.
Voorbeelden van de politieke omgeving zijn het schoolbeleid omtrent voeding (bv. enkel fruit als
tussendoortje in de voormiddag), regels thuis m.b.t. voeding of TV-kijken, maar ook regels op nationaal
niveau m.b.t. food labeling en gezondheidsclaims, regels m.b.t. reclame voor (on)gezonde producten,
het verbieden van geautomatiseerd verkeer in de binnenstad, het verplichten van de autogordel, de
regels m.b.t. rookverbod in restaurants en café’s…
4. Sociaal-culturele omgeving