Ak samenvatting H1.1 de wereld een mozaïek van regio’s:
Global village= mondiaal (wereldwijd) communiceren
Globalisering= mondialisering wereldwijd worden
Doorgaande proces van politieke, sociale en culturele samenhang tussen
bedrijven, gebieden of landen over de hele wereld landgrenzen
vervagen.
NL veel banden met rest van wereld, andere landen hebben dat minder en
blijven achter.
Wereld indelen in:
Dimensies
- Sociaal-Culturele godsdienst, afkomst, cultuur
- Demografische sterfte, geboorte, bevolkingsgroei, omvang opbouw van
bevolking hoe veel woonplaatsen?
- Economische bbp/inw, beroepsbevolking, industrialisatiegraad/ tempo,
handel
-Politieke demografisch gehalte, samenwerkingsverbanden, dekolonisatie,
conflicten.
- fysisch grondstoffen, klimaat, bodemgebruik, vegetatie.
Cultuurgebieden: regio’s gemeenschappelijke cultuur.
Taal, religie, gewoonten, waarden en normen, kunst en technologie.
identiteit
Lingua franca: communiceren via 3de taal (taalverschil volken groot)
(Engels, de gemeenschappelijke taal waarin wordt gecommuniceerd)
Democratisch gehalte: vrije verkiezingen, functioneren regering, mate waarin
bevolking deelneemt aan politieke besluitvorming, politieke cultuur en omgaan
mensenrechten rechten die iedere wereldburger heeft.
BBP/inw= waarde van alle goederen en diensten die in een land worden
geproduceerd.
BRP/inw= bbp voor groter/ kleiner gebied dan een land.
BNP (bruto nationaal product) de totale productie van economische goederen in
de loop van een jaar, uitgedrukt in geld
Welvaart meten= bbp:inwoners
Waarom kritisch kijken naar bbp?
-cijfers niet betrouwbaar.
- informele sector is er niet in opgenomen
-geen rekening met koopkracht (prijsverschillen)
-welvaartsverschillen in een land regionale en sociale ongelijkheid.
Primaire sector landbouw
Secundaire industrie
, Tertiaire diensten
Perifeer primair (platteland)
Semi-perifeer secundair hoog urbanisatie tempo
Centrum tertiair hoge urbanisatie graad (aantal % dat trekt naar stad)
Bevolkingsspreiding wijze woonplaatsen van inwoners over een regio zijn
verdeeld.
Sommige gebieden (Bevolkingsdichtheid= gem aantal inw per km2) hoog
vruchtbare rivieren & delta’s aantrekkelijk landbouw.
- Lage Bd koude, droge, hooggelegen regio’s.
Verstedelijkingsgraad (urbanisatie) % van de bevolking dat in steden woont. In
rijke landen het hoogst.
Verstedelijkingstempo de snelheid waarmee het percentage stadsbewoners
toeneemt. In arme landen het hoogs
Hoe armer een land, hoe lager de verstedelijkingsgraad/urbanisatiegraad
en hoe hoger het urbanisatie tempo.
Hoe rijker een land, hoe hoger de verstedelijkingsgraad/urbanisatiegraad.
