Week 1 powerpoint
Organisaties een groep mensen die gezamenlijk doel nastreven.
Bedrijven zijn organisaties die producten of diensten produceren.
Ondernemingen zijn bedrijven die streven naar winst.
Wat is organisatiekunde?
Een interdisciplinaire wetenschap die zich bezighoudt met het bestuderen van het
gedrag van organisaties alsmede de factoren die dit gedrag bepalen en de wijze
waarop organisaties het meest doeltreffend bestuurd kunnen worden.
Blauw = descriptief aspect = beschrijvend
Rood = prescriptief aspect = adviserend
Oefening taylor is met timer hoe snel cijfers en letters → scientific management
Taylor grondlegger van een meer systematische benadering van bedrijfsvoering.
Hoofdpunten zijn:
- Wetenschappelijke analyse van werkzaamheden en uitvoeren van
bewegingsstudies.
- Vergaande taakverdeling en training van arbeiders.
- Hechte en vriendschappelijke samenwerking tussen leiding en arbeiders.
- Bedrijfsleiders verantwoordelijk voor analyseren van en zoeken naar
werkmethoden en het scheppen van arbeidsvoorwaarden.
- Juiste man op de juiste plaats door zorgvuldige selectie.
- Invoeren van presentatiebeloning met als doel te komen tot lagere
productiekosten
o 8 bazen stelsel
General management fayol
Fayol zijn bijdrage was nadrukkelijk gericht op de gehele organisatie. Dit in
tegenstelling tot Taylor die zich vooral richtte op de productieafdeling. General
management-theorie legt verbanden tussen de managementgebieden en de
managementtaken.
,Bureaucratie Weber
Bijdrage van weber is vooral gericht op overheidsorganisaties en grote bedrijven
vanuit een sociologische invalshoek.
Kenmerken ideale bureaucratie:
- Sterk doorgevoerde taakverdeling
- Hiërarchische bevelstructuur
- Nauwkeurige afgebakende bevoegdheden en verantwoordelijkheden
- Onpersoonlijke relaties tussen functionarissen.
Week 2: powerpoint
Organisatie met omringende partijen en omgevingsfactoren:
Organisatie
- Media
- Afnemers
- Leveranciers
- Concurrentie
- Vermogensverschaffers
- Werknemers
- Belangenorganisaties
- Overheidsinstellingen
DIRECT INVLOED OP ORGANISATIE
Rand erom heen is omgevingsfactoren
Indirect invloed op organisatie, organisatie geen invloed op omgevingsfactoren
1. Milieufactoren
Economische groei van afgelopen decennia is gepaard gegaan met vervulling
en uitputting van het milieu.
Milieu zeer belangrijk voor strategie van organisaties. !!!!!!!!!
Schoonmaken van de huidige activiteiten, benutten van nieuwe kansen,
werken aan
duurzame toekomst.
2. Technologische factoren
Zorgen voor continue verbetering van productiemethoden en innovaties van
goederen en diensten.
3. Democgrafische factoren
, Demografische factoren hebben betrekking op omvang, groei en
samenstelling van de bevolking.
4. Economische factoren
Economische factoren zijn onder meer de groei van het nationaal inkomen,
inkomensverdeling (koopkracht), inflatie en werkgelegenheid. Internationale
economische factoren zijn onder meer de economische groei in verschillende
landen, valutaschommelingen, rentestanden en ontwikkeling van buitenlands
loonpeil.
5. Politieke factoren
Overheid beïnvloedt de gang van zaken in het leven. 5 vormen economische
integratie tussen landen: vrijhandelzone, douane-unie, gemeenschappelijke
markt, economische unie, volledige politieke en economische unie.
Ontwikkeling van de EU van een economische unie naar een volledige
politieke en economische unie.
6. Maatschappelijke factoren
Betreffen de invloed van de samenleving op organisaties
(milieuverantwoordelijkheid, ethische aspecten van ondernemen,
medezeggenschap in organisaties, individualisering enzo)
Belangrijke trend is maatschappelijk verantwoord ondernemen (people,
planet, profit)
Strategie is een plan waarin wordt aangegeven wat een organisatie wil doen om haar
doelstellingen te realiseren.
Strategisch management (in houding wat men en organisatie doet om te komen tot
goeie afstemming, alles wat je doet en je houding) houdt in het zorg dragen voor een
juiste afstemming op de omgeving alsmede het permanent op peil houden en
ontwikkelen van bekwaamheden, die nodig zijn om eventueel noodzakelijke
wijzingen in de strategie te verwezenlijken.
2 benaderingen:
1. Klassieke benadering strategisch mangement = strategische planning
2. Moderne benadering strategisch management = strategisch denken
1e figuur 2.1 ZIE POWEPOINT !!!!!
Situatieanalyse is het vaststellen van het huidige profiel van de organisatie: definitie
van huidige visie, doelstellingen en strategie
Intern en extern onderzoek
SWOT
Visie is een algemeen gedachtebeeld van de toekomst van de organisatie
Figuur 2.2 visie = missie + principes
Figuur 2.3 7s model
Op basis van de visie worden de doelstellingen geformuleerd.
Organisatiedoelstellingen geven de relatie aan van de organisatie met haar
omgeving en haar werknemers. Doelstellingen hebben betrekking op:
belangenevenwicht, winstgevenheid, kwaliteit, effectiviteit efficiency, imago,
gedragsregels.
Strategie: in hoeverre zijn doelstellingen bereik met de gekozen strategie?
, Zelfkennis is zeer belangrijk bij het proces van strategisch management haalbaarheid
keuzes.
Een intern onderzoek (sterke-zwakteonderzoek) vindt plaats vanuit functionele
gebieden: marketing, inkoop, verkoop. Resultaten: financiële aantrekkelijkheid van
verschillende bedrijfsactiviteiten.
Strategische businessunits SBU’s zijn zelfstandige ondernemingen binnen een
concern 109.
Portefeuilleanalyse portofolieanalyse is het onderbrengen van SBU’s in een
cellenstructuur gebaseerd op een aantal bedrijfseconomische criteria.
Boston Consulting Group BCG-matrix:
- Omzetontwikkeling relatieve marktaandeel
- Marktontwikkeling marktgroei
- Geldstroomontwikkeling cashflow
BCG zet je in op moment dat je businessunits gaat beoordelen op het resultaat. Zie
boek
Figuur 2.10 zie boek 2.11 2,12
Strategievorming bestaat uit 3 fasen:
1. Vaststellen van toekomstbeeld
2. Ontwikkelen van verschillende strategien
3. Evaluatie en keuze van een strategie
Vaststellen of de organisatie de gekozen doelstellingen kan realiseren met de
huidige strategie. Bij niet volledig realiseren doelstellingen: strategie en of
doelstellingen bijstellen.
Op basis van marktaandeel, turbulentie, expansie
Strategie op basis van marktaandeel:
3 types organisaties met elk hun eigen strategiën
Strategie op basis van turbulentie:
- Immunificatie
- Adaptie
- Manipulatie
- Innovatie
2.13 product markt matrix van ansoff
2.14 2.15 2.16
Realiseren van de strategie dient vertaald te worden naar kortere perioden en lagere
hiërarchische niveaus. Strategische planning is de planning op het hoogste niveau 2
tot 3 jaarlijks plan met jaarlijkse aanpassingsmogelijkheid. Operationele planning
betreft de planning voor 1 jaar: jaarbugget.
Functiegerichte werkplanning: uitwerking van het operationeel plan binnen de
functionele afdelingen naar de dagelijkse werkzaamheden.
Week 3 powerpoint case 2.3