,Chronologisch Overzicht 3
Laat Romeinse Rijk 4
Justiniaanse wetgeving 4
Vroege middeleeuwen (tot 1100) 5
Glossatoren 5
Canoniek recht 6
School van Orléans 7
Commentatoren 7
Humanisme 7
Juridisch humanisme 8
Hollandse school 9
Rationalistisch natuurrecht of Rederecht 10
Duitsland in de 19e eeuw 10
Historische school 10
Pandektenwetenschap 11
Koninkrijk Nederland: Legisme 11
Receptie 12
Receptie Frankrijk 15
Receptie Duitsland 15
Receptie Noordelijke Nederlanden 16
Ontstaan common law in Engeland 16
Kenmerken van en verschillen tussen
common law en civil law 17
2
,Chronologische overzicht
Vroege middeleeuwen: de beoefening van het Romeinse recht in Zuid-Europa stond op een laag pitje.
Zij kenden het Germaanse gewoonterecht.
- 768-814: Karel de Grote, koning van de Franken en in 800 in Rome door Paus Leo III tot
keizer gekroond, als opvolger van de Romeinse keizers: ‘translatio imperii’ (=overbrengen
van het Oost-Romeinse Rijk naar West-Europa)
- 929: begin van het Heilige Roomse Rijk, de middeleeuwse, christelijke opvolger van het
Romeinse rijk uit de oudheid, toen Otto I tot keizer werd gekroond.
- 1075-1122: Investituurstrijd: machtsstrijd tussen de keizer en de paus (of wereld en kerk):
polemiek stimuleert de studie van het geleerde recht (=recht zoals dat door de
rechtswetenschap is ontwikkeld)
Hoge en late middeleeuwen: opbloei van de studie Romeins recht. De studie naar Justiniaanse
wetgeving zorgt vanaf de 13e eeuw voor de infiltratie van het geleerde recht in de rechtspraktijk,
vooral via kerkelijke rechtspraak.
- 1100-1250: school der glossatoren (Bologna): eerste wetenschappelijke studie naar het
Corpus Iuris Justinianus d.m.v. Scholastieke methode
- 1250-1300: School van Orléans
- 1300-1400: postglossatoren of commentatoren. Methode van de mos italicus
- 15e – 17e eeuw: receptie van het Romeinse recht.
Vroegmoderne tijd: humanisme en natuurrechtswetenschap
- 1500-1600: bloeiperiode juridisch humanisme (historisch filologische methode of mos
gallicus)
- 1600-1800: bloeiperiode natuurrechtswetenschap: rechtswetenschapsbeoefening naast
Romeins recht. Deze stroming heeft geleid tot het volkenrecht of internationaal publiekrecht
- 1600-1750: Hollandse School: de Gouden Eeuw in de Nederlandse rechtswetenschap
- 18e eeuw: Verlichting (Eeuw van de rede)
- 1789: Franse revolutie
- 1799-1814 Napoleon
- 1750-1838: periode van de grote privaatrechtscodificaties (= alomvattende wetten op een
specifiek deelterrein van het recht). Bijvoorbeeld de Code Civil in Frankrijk (1804) en het
Burgerlijk Wetboek in Nederland (1838) die gebaseerd was op de Code Civil. Dit betekent de
nationalisering van de privaatrechtswetenschap. Daarbij werd het Romeinse recht in veel
landen afgeschaft als geldend recht.
19e eeuw (Moderne tijd)
- in Frankrijk en Nederland
o Exegetische school of legisme = wet is enige bron van recht
o Eind 19e eeuw vrijere rechtsvinding: invloed maatschappij op rechtspraak en
rechtsvorming
o Nederland: 1947 E.M. Meijers start werkzaamheden aan nieuw BW (1992)
- in Duitsland (centrum van de rechtswetenschapsbeoefening)
o Historische School (Friedrich Carl von Savigny): geen privaatrechtscodificatie voor
heel Duitsland, Romeins recht geldend recht.
o Pandektenwissenschaft: resulteerde uiteindelijk in het Bürgerliches Gesetzbuch
3
, Laat Romeinse Rijk
- 391: Het Christendom wordt staatsgodsdienst onder keizer Theodosius I (Rooms-katholieke
kerk)
- 395: Formele verdeling van het Romeinse rijk: Oost-Romeinse en Westromeinse rijk. Het viel
niet meer als een geheel te besturen. (Scheiding tussen Latijnse en Slavische/Griekse Europa)
- Germaanse en Aziatische volken vallen Romeinse rijk binnen. Dat leidt ertoe dat in 476 het
Westromeinse rijk valt. De gedachte van ‘imperium Romanum’ is echter blijven voortbestaan.
Justiniaanse wetgeving
Wetgevingsprogramma Corpus Iuris Civilis (Lichaam van het burgerlijk recht, 529-534). De
justiniaanse wetgeving in enge zin bestond uit drie afzonderlijke wetten.
- Codex – eerste versie 529, tweede versie 534 gereed
De codex bevat keizerlijke wetten (verordeningen of constituties). Het doel van de Codex
was de actualisering van een ouder verzamelwerk, de Codex Theodosianus (439 –
Theodosius II). De codex kent - als eerbetoon - twaalf boeken of hoofdstukken in
chronologische volgorde, net als de wet van de Twaalf Tafelen.
- Digesten – 533 gereed
De Digesten (Latijn: voertaal voor het recht en de intellectuelen) of Pandekten (Grieks:
voertaal bevolking) was historisch veruit het belangrijkste onderdeel van de Justiniaanse
wetgeving. Het was een werk zonder precedent: Het was een bloemlezing uit de
rechtswetenschappelijke literatuur van de Romeinse juristen. Het bevat fragmenten uit de
werken van de belangrijkste Romeinse 39 juristen uit de klassieke periode (0-250n.C.). De
belangrijkste daarvan waren Ulpinianus, Papinianus, Paulus, Modestinus en Gaius.
Structuur: Vijftig boeken; onderverdeeld in titels, welke waren gewijd aan afzonderlijke
onderwerpen. De volgorde van de titels was de volgorde van het edict van de praetor
(magistraat belast met rechtsverdeling). De titels waren weer onderverdeeld in fragmenten.
- Instituten – 533 gereed
De instituten waren leerboeken voor beginnende studenten. Het was gebaseerd op de
Instituten van Gaius (160 n.C.). De rechtsstof was verdeeld over drie categorieën: personae,
res en actiones en over vier boeken: Personen- en familierecht, vermogensrecht,
vermogensrecht en procesrecht. Dit Institutensysteem heeft school gemaakt: De Code
Napoleon kende ongeveer hetzelfde systeem.
- Novellen
De novellen waren een latere toevoegen en behoren dus niet tot de Justinaanse wetgeving in
enge zin! Deze zijn bijeengezet door particulieren.
Na de totstandkoming van het CIC bestond een verbod om naar authentieke geschriften te verwijzen
en een verbod om het CIC van commentaar te voorzien: commentaarverbod.
Het CIC heeft als wetgeving nooit gefunctioneerd, mede door het taalverschil van het recht en de
burgers (Latijn – Grieks).
Justinianus heeft de CIC laten vervaardigen. Hij was de keizer van het Oost-Romeinse of Byzantijse
Rijk van 527 tot aan zijn dood in 565. Hij was keizer van zowel de wereldlijke macht als de kerkelijke
macht. Scheiding tussen kerk en staat was er immers niet. Zijn regering staat in het teken van herstel
van de oude glorie van het Romeinse Rijk in al zijn aspecten. Hij probeert het gebied van het oude
West-Romeinse rijk weer terug te veroveren. Dit betreft een deel van noord-Afrika (Vandalen), van
Italië (Ostrogothen) en van Spanje. Naast het CIC heeft hij de kerk Aya Sophia nagelaten.
Justinianus wilde met zijn CIC twee zaken bereiken:
- Restauratie ‘Gouden Eeuw’ Romeinse rechtswetenschap (0-250 n.C.) of de bloeiperiode van
de klassieke rechtswetenschap.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper kaassouffle. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,99. Je zit daarna nergens aan vast.