Samenvatting van de artikelen voor Tentamen 2 van Communicatie, Media en Interactie. Bevat de volgende artikelen:
- The diagnostic accuracy of telegeriatics for the diagnosis of dementia via video conferencing - Martin-Kahn et al
- Egocentrism over email: can we communicate as well as we think? - ...
Artikelen Communicatie, Media & Interactie
Tentamen 2
WEEK 5
Martin-Kahn et al: The diagnostic accuracy of telegeriatics for the
diagnosis of dementia via video conferencing
Het gebruiken van videoconferenties kan een goede manier zijn om patiënten te
diagnosticeren zonder dat er een lange afstand afgelegd moet worden om naar een
gezondheidscentrum te moeten komen. Dit onderzoek kijkt naar het diagnosticeren van
dementie. 50 tot 80% van de mensen met dementie wordt nooit gediagnosticeerd, mede
door het afstandsprobleem. Onderzoek heeft al aangetoond dat het gebruiken van
videoconferenties erg nuttig kan zijn voor dit soort problemen. Het onderzoek kijkt alleen of
videoconferentie net zo goed is als face-to-face, niet of videoconferenties beter zijn.
Alle patiënten in dit onderzoek werden twee keer gediagnosticeerd op dezelfde dag
(longitudinale studie), door twee verschillende specialisten. De specialisten hadden
tussendoor geen contact met elkaar. Alle patiënten werden 1x face-to-face gediagnosticeerd
en bij de helft van de patiënten was de tweede keer ook face-to-face en bij de andere helft
gebeurde de tweede keer via videoconferentie. De patiënten werden random toegewezen.
Voordat de patiënten in gesprek gingen met de specialist, werden er al test afgenomen door
een verpleger die deze informatie doorstuurde naar de specialist. Alle participanten waren
ouder dan 50 jaar en nog niet gediagnosticeerd voor cognitieve functies.
De specialisten onderscheiden drie soorten diagnoses:
- normale cognitieve functies
- cognitieve beperking maar nog geen dementie
- dementie
Uit de resultaten bleek dat er geen significante verschillen waren in de diagnosen die de
specialisten stelden. Bij de face-to-face groep was de totale overeenkomst 70% en bij de
videogroep 71%. Dit geeft aan dat videoconferentie dezelfde kwaliteit diagnosen geeft als
face-to-face.
Kruger, Epley, Parker et al: Egocentrism over email: can we
communicate as well as we think?
Bij het inschatten hoe iemand anders een boodschap interpreteert, gaan we vaak van
onszelf uit (egocentrisch). Dit is bij email zeker het geval. Email is een heel succesvol en
veel gebruikt communicatiemedium. Er is alleen een minpunt aan email: er is geen non-
verbale communicatie. Non-verbale communicatie is echter zeer belangrijk bij het begrijpen
van een boodschap, zeker wanneer deze onduidelijk is. Zonder non-verbale cues kan het
moeilijk zijn om in te schatten of een boodschap grappig, serieus of sarcastisch bedoeld is.
Deze beperking is vaak een oorzaak voor miscommunicatie.
Men overschat vaak hoe goed ze kunnen communiceren via email en dit wordt in ieder geval
deels veroorzaakt door egocentrisme. Hierdoor denk je zelf dat je duidelijk bent maar dat
eigenlijk niet bent. Je gebruikt jezelf als referentiepunt bij het inschatten van reacties van
anderen.
,Dit artikel onderzoekt het waargenomen en werkelijke vermogen om te communiceren via
email. Dit doen ze in 5 studies
Studie 1
Participanten moesten over 10 onderwerpen 2 stellingen schrijven: de helft daarvan moesten
serieus zijn en de andere helft sarcastisch. Deze stellingen werden dan verstuurd en de
ontvangers moesten aangeven welke stellingen zij dachten dat serieus bedoeld waren en
welke sarcastisch bedoeld waren. De zenders moesten ook aangeven hoeveel zij dachten
dat de ontvangers de stellingen goed zouden inschatten. De verwachting hierbij was dat de
zenders hun vermogen om sarcasme over te brengen zouden overschatten. De participanten
waren zowel zender als ontvanger. Studie met 12 participanten.
Om te kijken of de zenders zichzelf overschatten, vergeleken ze de voorspellingen van de
zenders over welke stellingen de ontvangers goed zouden interpreteren met hoeveel
stellingen de ontvangers werkelijk goed hadden geïnterpreteerd.
Uit de resultaten bleek inderdaad dat de zenders hun vaardigheid om sarcasme over te
brengen hadden overschat. De zenders dachten dat de ontvangers 97% van de stellingen
goed zou interpreteren, wat werkelijk 84% was. Daarom dragen deze resultaten bij aan het
idee van egocentrisme. De zenders hadden waarschijnlijk niet door hoe ambigu hun
stellingen waren zonder het bijvoegen van non-verbale cues. Maar, 84% goed is nog erg
hoog, dus we kunnen niet helemaal zeggen dat zenders slecht zijn in het overbrengen van
sarcasme, alleen dat ze het wel hadden overschat.
Studie 2
In studie 1 was het niet duidelijk of de overschatting per se gelinkt was aan het gebruik van
email. Daarom vergelijken we in studie 2 het verschil van overschatting via email vergeleken
met de overschatting bij communicatie via stemgeluid. Als het idee van egocentrisme klopt,
dan zou er bij email meer overschatting zijn dan bij stemgeluid. Ook wordt hier de
overschatting van de zender én van de ontvanger meegenomen. Ze kijken dus ook of
ontvangers zichzelf overschatten in hun vermogen om boodschappen goed te kunnen
interpreteren. Studie met 60 participanten.
Participanten moesten uit 20 voorgeschreven stellingen kiezen welke 10 ze wilden gebruiken
om sarcastisch/serieus over te brengen. Hier wisten ze nog niet of ze dat via email of via
stemgeluid zouden doen. Vervolgens moesten ze via email de stelling precies zoals ze hem
voorgeschreven hadden gekregen verzenden en de participanten via stemgeluid moesten de
voorgeschreven stellingen inspreken. Dan moesten de zenders aangeven hoeveel stellingen
zij denken dat de ontvangers goed zullen interpreteren. De ontvangers moesten aangeven of
ze dachten dat de stelling serieus of sarcastisch was en of ze dachten dat ze de stelling
goed hadden geïnterpreteerd. 2x2 design: conditie (email vs stemgeluid) x accuraatheid
(waargenomen vs werkelijk).
Uit de resultaten blijkt dat participanten in de stemgeluid-conditie beter communiceerden dan
de participanten in de email-conditie. Het vermogen om sarcasme over te brengen was
hoger bij het gebruiken van stemgeluid dan bij email. Participanten in beide condities waren
over-zelfverzekerd in hun vermogen om sarcasme over te brengen en te interpreteren, maar
dit effect was het sterkst voor de participanten in de email-conditie. Bij de stemgeluid-conditie
waren ze minder over-zelfverzekerd.
Studie 3
Studie 1 en 2 laten zien dat mensen over-zelfverzekerd zijn in hun vermogen om sarcasme
over te kunnen brengen. Maar, het ging hier alleen om sarcasme, terwijl het idee van
egocentrisme over alle soorten communicatie gaat. Daarom zijn in deze studie ook verdriet
, en boosheid meegenomen. Ook kijkt studie 3 naar het verschil van over-zelfverzekerdheid
als de participanten elkaar niet kennen en als ze vrienden zijn. In studie 2 konden de
participanten in de stemgeluid-conditie elkaar niet zien, terwijl dat wel gebruikelijk is bij
communicatie met stemgeluid. Daarom wordt bij studie 3 email versus face-to-face
vergeleken. Ten slotte wordt gekeken naar drie niveaus van mediarijkheid om het verschil in
over-zelfverzekerdheid te kunnen verklaren. 154 participanten.
De zenders moesten 5 stellingen overbrengen met 1 van de 4 emoties (sarcasme, serieus,
verdrietig, boos). Dit gebeurde via email of face-to-face. De helft van de face-to-face groep
konden elkaar zien en de andere helft moest met hun rug tegen elkaar aan zitten. De zender
moest ook aangeven of de ontvangers de emoties goed zouden interpreteren. De ontvanger
moest ook aangeven hoe zeker hij was van zijn antwoord.
Design: 2 (accuraatheid: vernomen vs werkelijk) x 2 (volgorde: ronde 1 vs ronde 2 of je
eerst zender of eerst ontvanger was) x 2 (relatie: vriend of onbekend) x 3 (medium: email,
stemgeluid of face-to-face).
Resultaten:
- Er was een significant effect voor communicatiemedium: accuraatheid voor zowel vrienden
als onbekenden was hoger bij face-to-face en stemgeluid dan bij email.
- Er was een significant verschil voor volgorde: accuraatheid voor zowel vrienden als
onbekenden was hoger bij de tweede communicatieronde dan bij de eerste.
- Er was een interactie tussen accuraatheid x volgorde x relatie. Dit betekent dat bij
onbekenden de mate van over-zelfverzekerdheid afnam van de eerste naar de tweede ronde
en dat de mate van over-zelfverzekerdheid bij vrienden juist toenam.
- Er was een hoofdeffect voor accuraatheid: participanten dachten dat ze meer emoties goed
zouden communiceren dan ze werkelijk deden.
- Er was een interactie tussen accuraatheid x medium. Dit betekent dat participanten meer
over-zelfverzekerd waren bij email dan bij stemgeluid.
- Relatie had geen effect.
- Er was geen verschil tussen vernomen en werkelijke accuraatheid in de face-to-face en
stemgeluid-conditie.
De data geeft aan dat over-zelfverzekerdheid komt door een gebrek aan intonatie en
stemgeluid, en niet per se door gezichtsuitdrukkingen en gebaren. Ook hier waren
participanten in alle condities over-zelfverzekerd in hun vermogen om sarcasme over te
brengen en te interpreteren, maar dit effect was het sterkst voor de participanten in de email-
conditie.
Studie 4
Waarom overschatten mensen hun vermogen? De verwachting is dat mensen biased zijn bij
hun eigen perspectief wanneer ze het perspectief van iemand anders moeten inschatten.
Mensen weten zelf dat ze een sarcastische boodschap proberen over te brengen, en daarom
gaan ze er egocentrisch vanuit dat de ontvanger dat ook weet. In deze studie wordt
egocentrisme direct gemeten.
Methode was hetzelfde als bij studie 2, op een ding na: participanten moesten hun stellingen
ook inspreken. De helft van de participanten moest dat doen op de manier waarop de stelling
was bedoel (sarcastische stellingen worden sarcastisch ingesproken) en de andere helft
moest de tegenovergestelde mening inspreken (sarcastische stellingen worden serieus
ingesproken). Dit doen ze omdat je dan wordt gedwongen om het andere perspectief aan te
nemen, waardoor waarschijnlijk de over-zelfverzekerdheid verminderd. Nadat ze de
stellingen hadden ingesproken moesten de zenders aangeven hoe sarcastisch ze de stelling
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper emilypoland99. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,74. Je zit daarna nergens aan vast.