Lopende kop: HET EFFECT VAN ELEKTRONICA OP VERMOEIDHEID 1
Het effect van elektronica op vermoeidheid
Milou Versteeg
2647773
Statistiek 2
Groep 202 – PA2
Bobby Lee Houtkoop
Vrije Universiteit Amsterdam
,HET EFFECT VAN ELEKTRONICA OP VERMOEIDHEID 2
Het effect van elektronica op vermoeidheid
Voldoende slaap is erg belangrijk voor het cognitief en sociaal-emotioneel
functioneren van jongeren. Toch slapen niet alle jongeren genoeg, of ervaren zij
slaapproblemen. Er is al veel onderzoek gedaan naar de factoren die samenhangen met slaap
bij jongeren. Een belangrijke factor blijkt het elektronisch mediagebruik. Eerder onderzoek
(Cain & Gradisar, 2010) heeft laten zien dat verschillende aspecten van elektronisch
mediagebruik, zoals televisiekijken of gebruik van computers en gamen, samenhangen met
zowel kwantitatieve als kwalitatieve aspecten van slaap, maar ook met vermoeidheid
overdag.
Ander eerder onderzoek (Lemola, Perkinson-Gloor, Brand, Dewald-Kaufmann, &
Grob, 2015) heeft aangetoond dat het gebruik van elektronische media een negatief verband
had met de slaapduur en een positief verband met slaapmoeilijkheden.
Onderzoek (Lange, et al., 2017) heeft aangetoond dat bij jongens het gebruik van
elektronische media geassocieerd was met slapeloosheidsklachten. Bij meisjes was het
luisteren van muziek geassocieerd met slapeloosheidsklachten.
Veel studies kijken echter slechts naar deelaspecten van elektronisch media gebruik
en slaap, waardoor een compleet beeld van de relatie tussen elektronisch media gebruik en
slaap nog ontbreekt.
In deze studie wordt daarom nogmaals de ervaren vermoeidheid overdag van jongeren
onderzocht. Hierbij wordt gekeken naar hoeveel elektronische media apparaten jongeren in
hun kamer hadden en naar hoeveel uren de jongeren per dag gebruik maken van elektronische
media. Ook wordt er nogmaals gekeken of hierin verschil zit tussen jongens en meisjes.
In het huidige onderzoek werd gekeken of er een positief verband bestond tussen het
aantal elektronische media apparaten in de slaapkamer en de ervaren vermoeidheid overdag.
Er werd verwacht dat dit verband sterker is bij jongens dan bij meisjes.
,HET EFFECT VAN ELEKTRONICA OP VERMOEIDHEID 3
Ten slotte werd er gekeken of er een positief verband bestond tussen het aantal uren
elektronische mediagebruik per dag en de ervaren vermoeidheid overdag. Er werd verwacht
dat dit verband sterker is bij jongens dan bij meisjes.
Methoden
Participanten
In totaal hebben 325 jongeren deelgenomen aan dit onderzoek. Deze jongeren komen
van verschillende middelbare scholen in Nederland. Van deze jongeren zijn er 198 vrouwelijk
(60,9%) en 127 mannelijk (39,1%). De jongste deelnemer was 11,9 en de oudste 15,0 jaar oud
(M = 13.45, SD = 1.57
Materialen
De data is verzameld door middel van een vragenlijst. De jongeren hebben deze
vragenlijst zelf moeten invullen. De vragenlijst bestond uit de items de sociaal-economische
status van het gezin, het geslacht van de jongere, het aantal elektronische media apparaten in
de slaapkamer, het aantal uren elektronische media gebruik per dag, de leeftijd van de jongere
in jaren, de ervaren vermoeidheid overdag en het aantal uren slaap op een reguliere dag in de
week voor de interventie.
De relevante variabelen voor dit onderzoek, zijn het aantal elektronische apparaten in
de slaapkamer, het aantal uren elektronische mediagebruik per dag, de ervaren vermoeidheid
overdag en geslacht. De variabele geslacht heeft een nominaal meetniveau. De overige
relevante variabelen hadden een kwantitatief meetniveau. In dit onderzoek zijn er per
hypothese twee onafhankelijke variabelen en één afhankelijke variabele. De variabele ervaren
vermoeidheid overdag wordt gemeten op een tien-punts-Likert schaal van “helemaal niet
vermoeid” (-5) tot “heel erg vermoeid” (5).
De eerste hypothese bestaat uit de onafhankelijke variabelen aantal elektronische
media apparaten in de slaapkamer en geslacht. De afhankelijke variabele is ervaren
vermoeidheid overdag. De tweede hypothese bestaat uit de onafhankelijke variabelen aantal
, HET EFFECT VAN ELEKTRONICA OP VERMOEIDHEID 4
uren elektronische mediagebruik per dag en geslacht. De afhankelijke variabele is ervaren
vermoeidheid overdag.
Procedure
De jongeren werden aselect toegewezen aan twee condities. In de ene conditie kregen
de jongeren vier weken lang een online interventie aangeboden gericht op het verminderen van
elektronisch mediagebruik, de interventiegroep. De andere conditie was de wachtlijstconditie,
de controlegroep. De jongeren hebben twee vragenlijsten ingevuld. Eén voor de interventie en
één na de interventie. Deze interventie is verder niet relevant voor dit onderzoek.
Statistische analyse
De eerste hypothese bestaat uit de onafhankelijke variabelen aantal elektronische media
apparaten in de slaapkamer en geslacht. De afhankelijke variabele is ervaren vermoeidheid
overdag. Geslacht is hierbij de moderator. Daarom wordt deze hypothese getoetst door een
multipele lineaire regressieanalyse met interactieterm.
De tweede hypothese bestaat uit de onafhankelijke variabelen aantal uren elektronische
mediagebruik per dag en geslacht. De afhankelijke variabele is ervaren vermoeidheid overdag.
Geslacht is hierbij de moderator. Deze hypothese wordt daarom getoetst door een ANCOVA
met interactieterm.
Resultaten
Voor de eerste hypothese, waarbij ervaren vermoeidheid overdag werd voorspeld door
het gemiddeld aantal elektronische apparaten in de slaapkamer en geslacht als interactieterm,
is een multipele lineaire regressie gebruikt. Het gemiddeld aantal elektronische apparaten in de
slaapkamer is 1.26 (SD = 1.27). Het minimumaantal was nul en het maximum zes. De
gemiddelde ervaren vermoeidheid overdag is -1.71 (SD = 2.30) met een minimum van -5 en
een maximum van 5.