100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Antwoorden

Ondernemingsrecht 3 werkcolleges

Beoordeling
4,3
(3)
Verkocht
14
Pagina's
31
Geüpload op
28-05-2020
Geschreven in
2019/2020

Ondernemingsrecht 3 werkcolleges met aantekeningen











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
28 mei 2020
Aantal pagina's
31
Geschreven in
2019/2020
Type
Antwoorden
Persoon
Onbekend

Voorbeeld van de inhoud

Week 1:

Aantekeningen:
- Intellectueel eigendomsrecht= Niet stoffelijke vermogensrechten beschermen. Bijv. een idee dat je
hebt. Hier wil je een eigendomsrecht op vestigen.
- Octrooirecht= het recht waarmee uitvindingen worden beschermd. Bijv. Philips wilt niet dat Bosch
ook een koffieapparaat maakt etc.




OPEN VRAGEN:
1. In de Rijksoctrooiwet staat het begrip “uitvinding” centraal. Dit begrip wordt nergens in de wet
gedefinieerd. Uit de memorie van toelichting bij de Rijksoctrooiwet kan echter afgeleid worden dat
dit begrip uit een drietal elementen bestaat. Geef de elementen aan die hier worden bedoeld en leg
kort uit wat deze elementen inhouden.
- Weten (aanwenden natuurkrachten)
- Kunnen (wijze waarop aanwendden)
- Vooruitgang —> meerwaarde
(Niet belangrijk)

2. Niet elke uitvinding komt voor octrooi in aanmerking, Er gelden materiële vereisten voor de
octrooibare uitvinding.
a.) Welke eisen zijn dit en uit welk artikel vloeien deze vereisten voort? (TENTAMENVRAAG!!!)
Art. 2 Rijksoctrooiwet
- Nieuwheid jo. Art. 4 ROW.
- Uitvinderswerkzaamheid.
- Toegepast kunnen worden op het gebied van de nijverheid.
b.) Geef een korte toelichting op de door u genoemde vereisten en noem bij elk vereiste
het relevante artikel.
- Nieuwheid: nergens op de wereld mag het bekend zijn en niet voor de hand liggen (= niet
doorborduren).
- Uitvinderswerkzaamheid: Art. 2 lid 2 ROW
- Toegepast kunnen worden op het gebied van de nijverheid: Aanwijsbaar functionerend zijn.

3. Wat is“nijverheid”?
Industrie.

,4. Welke verleningsprocedure van octrooiverlening kent u?
- Nationaal bv. Nederland: deze aanvraag leidt tot een registratieoctrooi dat alleen voor Nederland
geldig is. Art. 24 ROW (geen inhoudelijke toets, makkelijker + goedkoper).
- Europa via het Europees octrooibureau – 38 lidstaten: Voor een aantal landen tegelijk (max. 38),
hetgeen na toetsing leidt tot een Europees octrooi. (Inhoudelijke toets)
- Internationaal via de WIPO – 188 lidstaten: max. 142 landen. (Inhoudelijke toets)

5. Beschrijf de fasen van de Europese verleningsprocedure.
via het Europees octrooibureau.

6. In welke opzichten wijkt een Europees octrooi af van een octrooi dat is verkregen op grond van de
ROW.
Europese procedure is uitgebreider en langer vanwege de inhoudelijke toets.

7. Voldoet een uitvinding van een springtouw met bijvoorbeeld een display in Nederland aan de
nieuwheidsvereisten wanneer dat springtouw tot nu toe uitsluitend in Californië bekend is?
Nee, het bestaat namelijk al in een ander land, maakt niet uit waar ter wereld.

8. In welke gevallen komt degene die een octrooieerbare uitvinding heeft gedaan, niet voor een
octrooi op zijn uitvinding in aanmerking?
- Uitvinders: art. 13 ROW
- Werkgever/werknemer: Art. 12 ROW
- Bij “botsing”: wie het eerst komt, wie het eerste maalt: art. 9 + 10 ROW. Uitzondering:
voorgebruikregeling: wanneer je eerder dan dat een ander aankomt met een idee dat idee al
gebruikte. (Bijv.: X gebruikt een klep in zijn fabriek. Y verteld later een octrooi te willen vestigen op
een klep gebruik in een fabriek. X mag dan nog doorgaan met gebruik ervan).
- Je mag niet een uitvinding “lenen” en je eigen uitvinding daarop baseren: art. 11 ROW.

9. Hoe wordt een octrooi overgedragen en wanneer kan de nieuwe eigenaar zijn eigendom
tegenover een ieder doen gelden?
- Art. 64(1) ROW bepaalt dat de aanspraak op octrooi overdraagbaar is.
- Bij akte.
- Inschrijven in octrooiregister.

MC-VRAGEN:

Vraag 1
Het octrooirecht kent een Nederlandse (nationale) aanvraagprocedure en een Europese
aanvraagprocedure.
Op welke belangrijke punten verschillen deze twee procedures?

a. De Nederlandse procedure kent een registratieoctrooi dat snel wordt toegekend maar geen
uitgebreid nieuwheidsonderzoek kent. De Europese aanvraagprocedure kent een uitgebreid
nieuwheidsonderzoek, duurt daardoor langer en is duurder. Het geeft wel meer zekerheid omtrent
de nieuwheid.
b. De Nederlandse procedure kent een uitgebreid nieuwheidsonderzoek, duurt daardoor langer en is
duurder. Het geeft wel meer zekerheid omtrent de nieuwheid. De Europese aanvraagprocedure kent
een registratieoctrooi dat snel wordt toegekend maar geen uitgebreid nieuwheidsonderzoek kent.
c. De Nederlandse procedure levert een octrooi dat alleen geldig is in Nederland. De Europese
aanvraagprocedure levert een octrooi dat geldig is in de hele EU.

Vraag 2

, Welke bewering is juist?

a. Een Nederlands octrooi is ook geldig in de rest van de Benelux.
b. Een Europees octrooi is geldig in alle EU-landen.
c. Een PCT-octrooi is geldig in alle landen die bij de aanvraag zijn aangekruist.

Vraag 3
Plastica heeft een uitvinding gedaan maar geen octrooi aangevraagd. De kosten hiervan vond zij te
hoog en dus heeft zij de uitvinding wel in haar bedrijf toegepast maar steeds geheim gehouden wat
de inhoud van haar uitvinding is. Peters Plastics heeft zelfstandig exact dezelfde vinding gedaan maar
hierop wel octrooi aangevraagd. Plastica vreest nu dat zij haar uitvinding niet meer kan toepassen en
vraagt u om advies.
Welke bewering is hier van toepassing?

a. Degene die het eerste octrooi aanvraagt (en krijgt toegekend) mag als enige gebruik maken van de
vinding (heeft een uitvindingsmonopolie).
b. Hier is sprake van de ‘voorgebruiksregeling’. Plastica kan zich hierop beroepen als zij aantoont dat
haar wetenschap niet ontleend is aan hetgeen door de octrooiaanvrager vervaardigd of toegepast
wordt.
c. De uitvinding van Plastica is nieuwheidsschadelijk voor de latere uitvinding van Peters Plastics. (In
de casus staat dat het altijd geheim is gehouden).

Vraag 4
Rubens is werkzaam op de research-afdeling van Fastclean B.V., dat gespecialiseerd is in het
vervaardigen van schoonmaakmiddelen. Rubens blijkt op eigen naam een octrooiaanvraag te hebben
ingediend voor een uitvinding. De uitvinding is in de conclusie beschreven als “een additief voor het
machinaal wassen van flessen
De werkgever van Rubens, die niet op de hoogte is van de octrooi-aanvrage van Rubens, heeft enkele
maanden later een octrooiaanvrage ingediend voor hetzelfde wasmiddel.
Heeft de octrooi-aanvraag door Fastclean B.V. nog kans van slagen?

a. Ja; zolang nog niet op de aanvraag van Rubens is beslist kan Fastclean B.V. haar aanvraag indienen.
b. Ja; de aanvraag van Rubens is niet te goeder trouw verricht.
c. Ja; Rubens is een werknemer van Fastclean B.V. en de uitvinding is in het kader van de
dienstbetrekking gedaan. Art. 12 ROW.

Vraag 5 Art. 53 lid 5 ROW. —> Als octrooihouder je product op de markt zetten betekend dat een
ander dit weer mag doorverkopen (= uitputting).
Stel dat een in Nederland een geneesmiddel twee keer zo duur is als in het Verenigd Koninkrijk (V.K.).
Pharmacent, een Nederlandse groothandelaar koopt in het V.K. dit geneesmiddel. Zowel in
Nederland als in het V.K. is het octrooi voor dit geneesmiddel in handen van de respectievelijke
dochters van hetzelfde Amerikaanse bedrijf.
Als het Amerikaanse bedrijf de import van het geneesmiddel in Nederland wil tegenhouden, hoe zal
de rechter dan oordelen?

a. De rechter zal de import van het geneesmiddel in Nederland verbieden want alleen de
Nederlandse octrooihouder mag het geneesmiddel in Nederland maken of verkopen.
b. De rechter zal de import van het geneesmiddel in Nederland toestaan omdat het
geneesmiddel rechtmatig binnen de EU in het verkeer is gebracht.
c. De rechter zal de import van het geneesmiddel in Nederland toestaan omdat het
Amerikaanse bedrijf geen monopolie mag uitoefenen op de Europese markt.
€4,49
Krijg toegang tot het volledige document:
Gekocht door 14 studenten

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Beoordelingen van geverifieerde kopers

Alle 3 reviews worden weergegeven
3 jaar geleden

4 jaar geleden

4 jaar geleden

4,3

3 beoordelingen

5
2
4
0
3
1
2
0
1
0
Betrouwbare reviews op Stuvia

Alle beoordelingen zijn geschreven door echte Stuvia-gebruikers na geverifieerde aankopen.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
gbag Haagse Hogeschool
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
197
Lid sinds
5 jaar
Aantal volgers
85
Documenten
24
Laatst verkocht
1 jaar geleden

3,5

13 beoordelingen

5
5
4
2
3
3
2
0
1
3

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen