Samenvatting Thema 1 Cognitie en Gedragsproblemen 4.1C Diagnostiek
21 views 0 purchase
Module
4.1 Diagnostiek (FSWEM10220)
Institution
Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR)
Samenvatting van de literatuur van thema 1 van het vak Diagnostiek van de Master Orthopedagogiek in jaar 2021/2022. Alle verplichte literatuur is uitgebreid samengevat. De oefenvragen van de werkcolleges zijn ook in de samenvatting opgenomen. Ik heb het vak afgerond met een 8,1. Succes met studere...
Casus
Stel je voor dat je als orthopedagoog werkt in een instelling voor geestelijke gezondheidszorg. Je
hebt een intake gehad met de 9-jarige Peter en zijn ouders. Peter is aangemeld vanwege
ernstige gedragsproblemen op school: leerkrachten rapporteren impulsief gedrag en het feit dat
Peter in toenemende mate in conflict komt met andere kinderen door pesten en vechten.
Ouders geven aan dat zij in de thuissituatie ook problemen hebben met Peter. Op school heeft
Peter veel moeite om mee te komen.
In de klinische praktijk kun je met een dergelijke casus te maken krijgen, vaak wordt er een
combinatie gezien van (licht)verstandelijke beperking en probleemgedrag. Deze week gaan jullie
op zoek naar wetenschappelijke evidentie voor dit verband. Ook bestudeer je wat hiervan de
praktische implicaties zijn voor het werk als diagnosticus.
Leerdoelen
1. Wat is de samenhang tussen cognitief functioneren en gedragsproblemen?
2. Hoe wordt de samenhang tussen cognitief functioneren en gedragsproblemen
verklaard?
3. Hoe doe je als diagnosticus onderzoek naar verstandelijke beperking?
4. Hoe kom je als diagnosticus achter de onderliggende oorzaken van gedragsproblemen bij
verstandelijke beperking?
5. Welke kanttekeningen zijn er te plaatsen bij een IQ-score en wat die score zegt over de
mogelijkheden en beperkingen van een client?
1
, Achtergrondinformatie over verstandelijke beperkingen
DIDDEN ET AL. (2017): HANDBOEK PSYCHIATRIE EN LICHTE VERSTANDELIJKE BEPERKING.
HOOFDSTUK 1.
OORZAKEN VAN EEN LICHTE VERSTANDELIJKE BEPERKING
In de meeste gevallen kan een LVB worden verklaard door een prenatale oorzaak, zoals een
genetische afwijking.
• Familiar bepaald: binnen het gezin is er een genetische aanleg voor een LVB. Daarnaast
leven alle gezinsleden in dezelfde fysieke en sociale omgeving, waardoor ze aan dezelfde
risicofactoren (bijvoorbeeld mishandeling of verwaarlozing) worden blootgesteld.
• Neonatale en obstetrische complicaties: geboortecomplicaties, vroeggeboorte, opname
op een speciale babyafdeling of moeite met borstvoeding.
• Neurologisch bepaald: vaak bij mensen met een matige of ernstig verstandelijke
beperking (IQ < 50). Bij deze groep heeft de sociale omgeving vaak en geringe invloed.
Two-group approach: het onderscheid tussen neurobiologische en familiar-culturele oorzaken.
De groepen zijn echter niet altijd scherp af te bakenen: niet bij alle mensen met een ernstige
verstandelijke beperking is een genetische aandoening bekend, en er wordt steeds vaker bij
mensen met een LVB een genetische aandoening gevonden.
In een onderzoek naar de oorzaken van een LVB werden de volgende resultaten gevonden: bij
68% van de kinderen was er een somatische oorzaak (prenatale oorzaken zoals genetische
afwijkingen)
ARTIKEL KALDENBACH (2015)
DSM-5
Vanaf de DSM-5 zijn termen als zwakzinnigheid veranderd in een verstandelijke beperking. De
classificatie van een verstandelijke beperking valt vanaf de DSM-5 ook onder de
neurobiologische ontwikkelingsstoornissen. Sinds de DSM-5 wordt er geen leeftijdsgrens meer
gesteld aan de ontwikkelingsperiode waarin de stoornis moet optreden.
DOMEINEN
Bij een verstandelijke beperking dienen volgens de DSM-5 beperkingen te bestaan in zowel het
verstandelijk als het adaptieve functioneren, in de volgende drie domeinen:
• Het conceptuele (onderwijs)domein betreft onder andere competenties op het gebied
van het geheugen, taal, lezen, schrijven, rekenkundig redeneren, het verwerven van
praktische kennis, probleem oplossen en het beoordelen van nieuwe situaties.
• Het sociale domein betreft onder andere het besef van de gedachten, gevoelens en
ervaringen van anderen (empathie), interpersoonlijke communicatieve vaardigheden,
het vermogen om vriendschap te sluiten en het sociale oordeelsvermogen.
• Het praktische domein omvat het leervermogen en zelfmanagement in verschillende
levenssituaties, waaronder zelfverzorging, de verantwoordelijkheden van een baan,
2
, geldbeheer, vrijetijdsbesteding, zelfmanagement van gedrag, en het plannen van taken
op school en het werk.
De DSM-5 stelt dat er deficiënties in het adaptieve functioneren moeten zijn, die ertoe leiden
dat de betrokkene niet kan voldoen aan de ontwikkelings- en sociaal-culturele standaarden
van persoonlijke onafhankelijkheid en sociale verantwoordelijkheid. En dat deze deficiënties
zonder blijvende ondersteuning het dagelijks functioneren zouden beperken. De actuele ernst
van de verstandelijke beperking (licht tot zeer ernstig) wordt bepaald door het adaptieve
functioneren en niet door IQ-scores, omdat adaptief functioneren bepaalt hoeveel
ondersteuning nodig is.
3
, Leerdoel 1 & 2: Wat is de samenhang tussen cognitief functioneren en gedragsproblemen
en hoe wordt deze samenhang verklaard?
DIDDEN ET AL. (2017): HANDBOEK PSYCHIATRIE EN LICHTE VERSTANDELIJKE BEPERKING.
HOOFDSTUK 1.
VERKLARINGEN SAMENHANG COGNITIEF FUNCTIONEREN EN GEDRAGSPROBLEMEN
Kinderen en jongvolwassenen met een lichte verstandelijke beperking (LVB) hebben een
verhoogde kans om in hun leven een psychische stoornis te ontwikkelen. Bij volwassenen is er
geen eenduidig beeld.
Er zijn minstens twee antwoorden op de vraag waarom de kans op psychische stoornissen bij
mensen met een verstandelijke beperking groter is:
1. Risicofactoren en beschermende factoren: het aantal risicofactoren is groter en het
aantal beschermende factoren is kleiner bij mensen met een LVB. Hoe meer
risicofactoren, hoe groter de kans op een psychische stoornis. Risicofactoren zijn:
beperkingen in sociale en probleemoplossingsvaardigheden, in de affectregulatie en in
het aanpassingsvermogen.
2. Somatische en genetische afwijkingen: mensen met een LVB hebben vaker somatische
of genetische afwijkingen, waarvan bekend is dat ze op de een of andere manier
samenhangen met een psychische stoornis. Beperkingen in het intellectuele en
adaptieve functioneren, waaronder problemen met informatieverwerking, aandacht en
zelfredzaamheid, kunnen een persoon met verstandelijke beperking bijvoorbeeld
vatbaar maken voor een psychische stoornis.
BIOPSYCHOSOCIALE EN INTEGRATIEVE VERKLARING
Psychische stoornissen kunnen het best begrepen worden vanuit een biopsychosociaal model:
een psychische stoornis is het gevolg van een ingewikkeld samenspel van:
• Biologische of somatische factoren (temperament, genetische afwijking)
• Sociale factoren (opvoedingsgeschiedenis, netwerk)
• Individuele kenmerken (persoonlijkheid, draagkracht, redzaamheid, motivatie)
• Eisen vanuit de omgeving (draaglast)
• De mate waarin mensen ondersteuning krijgen (compensatie).
Er is sprake van een transactioneel proces tussen individu en omgeving. Er is een individueel
bepaalde interactie tussen risico- en beschermende factoren op biologisch, psychologisch en
sociaal vlak. Een factor is specifiek belangrijk voor mensen met een LVB: de (vertraagde)
emotionele ontwikkeling. Bij mensen met een LVB wordt er onvoldoende rekening gehouden
met de vertraagde emotionele ontwikkeling en de daarmee gepaarde emotionele behoeften.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller socialewetenschappeneur. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for £4.28. You're not tied to anything after your purchase.