Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Ethische & rechtsfilosofische stromingen €4,99
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Ethische & rechtsfilosofische stromingen

 51 vues  2 fois vendu

Goede samenvatting van het vak ethische en rechtsfilosofische stromingen, heel wat voorbeelden die uitgewerkt worden in de colleges + tips mbt de klassieke rechtvaardigingstoets (essentieel op het examen). Heel goed om de leerstof adh hiervan te studeren of als document om na de volledige leerstof ...

[Montrer plus]

Aperçu 4 sur 69  pages

  • Oui
  • 17 mars 2022
  • 69
  • 2020/2021
  • Resume
book image

Titre de l’ouvrage:

Auteur(s):

  • Édition:
  • ISBN:
  • Édition:
Tous les documents sur ce sujet (18)
avatar-seller
Gebruiker2345
Ethische en rechtsfilosofische stromingen


Praktisch:
 tekstboeken te lezen, 2 lectuurvragen op het examen.


HOOFDSTUK 1
Filosofie = oudste kennisdomein, eerste rationele kennisdomein dat er
ooit was.
 begonnen met Griekse filosofen zoals Plato,…
Vraagstukken die niet beantwoord worden/werden door de wetenschap
Filosofie = controverse
 metafysica = eerste discipline binnen de filosofie
Filosoof zal zich afvragen : ‘Wat bestaat er nu eigenlijk?’
Bv: ‘Bestaat een schaduw, of is het gewoon de afwezigheid van licht?’


Het normatieve stuk van de filosofie = 1) ethiek/moraal/filosofie
2) Rechtsfilosofie
3) Politieke filosofie
Meta – ethiek : bv. ‘Wanneer hebben mensen een morele plicht?’
‘Wat betekent het om een plicht te hebben?’
Onderscheid tussen gebrek en talent is beter te vergelijken met cultuureel
kenmerk van ene kant en cultuur kenmerk van de andere kant.


Normatieve problemen = problemen waarover controverse bestaat.
 Pornopas invoeren ? Taak overheid ?
 ‘Mogen dove ouders voor een doof kind zorgen ?’ Wiens
verantwoordelijkheid is dit?
 Kindergeld = vast bedrag. Het is niet omdat ieder kind hetzelfde
krijgt dat iedereen er even gelijk van wordt. Rijken hebben dit geld
quasi ‘niet nodig’ omdat ze geen besef hebben van dat bedrag dat
op hun rekening verschijnt.

,ONBEREDENEERDE OPLOSSINGEN
1. Geloof – Wil van God
 ze geven geen meerwaarde aan een maatschappelijk debat dus
zij hebben geen plaats in een debat.
 we moeten zoeken naar een beredeneerde oplossing
 Dilemma van Euthyphro (Plato) – GEEN religieuze argumenten
!
 Waarom is Euthyphro boos? Hij zegt standvastig dat het tegen de
wil van God is.
 Als het niet rechtvaardig is, waarom verwijs je dan naar God? Je
kunt even goed verwijzen naar gelijkwaardigheid,
rechtvaardigheid of menselijke waardigheid.
Conclusie: ofwel ben je een theoloog zonder moraal, ofwel moraal
zonder theologie.


2. Emoties – Instincten – intuïtie
 ‘Waarom zijn er nierdonoren?’ Ze redeneren NIET rationeel !
 Emoties kunnen rare dingen doen met mensen, mensen op
dwaalsporen brengen.
 We hebben in de geschiedenis schandpalen gebruikt om mensen,
het publiek aan te tonen dat hogere instanties ‘criminelen’ terecht
stellen.
 Eenmaal je de mens zijn emoties vrijlaat is het hek van de dam,
resulteren in situaties die onbeheersbaar zijn.
 Bad vibes vertalen in rationele argumentatie (‘Het is niet veel
soeps’)
 We moeten onderscheid maken tussen emoties en
argumenten – HEEL BELANGRIJK !


3. Feitelijke toestand
= verschil tussen ZIJN en MOETEN.
 feitelijke informatie kan belangrijk zijn in normatieve
kwesties.
Bv.’Moeten we gedetineerden vervroegd vrijlaten?’
 omwille van het feit: ‘Is het nog wel nuttig om deze mensen nog
vast te houden, hebben ze hun lesje niet geleerd ? Worden ze
gedesocialiseerd? Zullen ze ooit weer goed kunnen circuleren in
onze hedendaagse maatschappij?’
 ‘onveilige’ samenleving ?



2

, Grafiek (mannelijke aristocratie in Engeland en of zij al dan niet een
vroegtijdige dood stierven.)
 Je komt slechter uit een gevangenis dan je erin bent
geweest.
Alles hangt ervan af hoe jij denkt over doel van straf, bv. ‘straf
is de prijs die jij betaalt voor hetgeen je verkeerd hebt gedaan’.
‘Hoe zinlozer de straf, hoe beter’.
Retributivisme = de enige functie van straf is retributie, het is het
leed dat telt, je betaalt terug in leed voor hetgeen je de
maatschappij hebt aangedaan.
Je mag niet zomaar een normatief oordeel vellen puur uit
oogpunt van de feitelijke toestand.
Het is niet omdat je een fenomeen probeert te verklaren dat je dit
mag gaan rechtvaardigen. ‘Comprendre c’est pardonner’  vals
gezegde.
 Je kan perfect interesse vertonen voor waarom terroristen
aanslagen plegen en NIET vanuit de Franse zegswijze vertrekken.


BEREDENEERDE OPLOSSINGEN
1. Moeilijk te aanvaarden
 Bijvoorbeeld: kinderen verwekken bij aanverwanten.
 hebben 4 kinderen samen, gehandicapt, omdat het NIET gezond
is !
 MAAR, GROTE MAAR: Patrick Stuebing en Susan Karolewski
hebben elkaar nooit gekend maar op zestienjarige leeftijd werden
ze samengebracht en werden zij verliefd op elkaar.
 als ze nooit samen opgegroeid zijn ontstaat er geen seksuele
aversie, dus men is meer tot elkaar aangetrokken en ondervinden
GEEN biologische remmingen.
 MAAR: Zij wisten niet dat de Duitse wet (1871) incestseks
verbiedt.
 Patrick is veroordeeld tot 8 jaar gevangenisstraf.
 is meerdere malen in beroep gegaan, alsook in Straatsburg,
maar zij stelden: ‘Dit is Duitse materie en daarmee gaan wij
ons niet bemoeien.’


Jeremy Bentham – utilitarisme (utilitas = nut)
 morele calculus



3

, ‘Waarom zouden we niks nuttig kunnen doen met overledenen?’


‘The greatest happiness of the greatest number’
 goed voor hem.
 hetgene wat bijdraagt aan het geluk en al het goede.
1. Hedonisme
 Nutsbalans is becijferbaar
Dwerg Manuel Wackenheim, dwergwerpen.
 niet toegelaten door UVRM, mensonwaardig.
MAAR utilitarist zou zeggen: ‘Iedereen is content, waarom is dit
niet toegelaten?’
Dierenleed in agro – industrie
 Utilitarist kan zich wel vinden in het doden van dieren maar
niet in de agro – industrie omdat deze dieren heel erg lijden.

2. Consequentialisme
 ‘Wie doet het meest voor de Derde Wereld?’
Bv. Moeder Theresa, zij was TEGEN pijnstillers. MAAR zij deed
wel goed voor de maatschappij, maar zo worden deze patiënten
niet geholpen.


3. Nominalisme/individualisme
 bekijkt leed voor elk individu afzonderlijk.
 ‘Moral monstrosity’ = als jij een daad uitvoert, kijk je gewoon
naar het hedonei en het anti – hedonei.
 Bv. Moord op Bobby Franks = iemand die niks voorstelt = een
mislukkeling. Vermoord door twee dandy’s (heel pretentieuze
heren) die uitdaging zochten in hun leven. (Rope – film).


Dimitri Pisarev: ‘Als het nuttig is en als ik het wil, dan vermoord
ik zelfs mijn moeder  Hij werd krankzinnig.
‘Hoe bereken je hedonei?’
 werkt enkel met gevolgen <-> problemen.


CONFLICT MET ONZE INTUÏTIES
Tramdilemma/Trolley dilemma
 zie syllabus p. 22.



4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Gebruiker2345. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

53249 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€4,99  2x  vendu
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté