Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Psychologie van de levensloop - De mens als individu begrijpen €6,06
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Psychologie van de levensloop - De mens als individu begrijpen

 23 vues  1 fois vendu

Een samenvatting van het vak de mens als individu begrijpen dat in het in de opleiding toegepaste psychologie bij Artevelde Hogeschool.

Aperçu 4 sur 36  pages

  • Oui
  • 28 mars 2024
  • 36
  • 2023/2024
  • Resume
book image

Titre de l’ouvrage:

Auteur(s):

  • Édition:
  • ISBN:
  • Édition:
Tous les documents sur ce sujet (5)
avatar-seller
adriaensenmette
Mens als individu begrijpen
Thema 1: Terreinverkenning
1. Een korte historiek
2. De verre voorgeschiedenis
Voorwetenschappelijke denkbeelden
 Alledaagse opvattingen: intuïtieve mensenkennis
 Theoretische beschouwingen: filosofische overpeinzingen
Nog geen wetenschap
 Geen systematische observaties
 Geen samenhangende theorieën
3. Omvorming tot een ontwikkelingspsychologie
1. Nieuwe onderzoekstechnieken
 Voor het verzamelen van gegevens
 Voor het verwerken van gegevens
2. Nieuwe theoretische inzichten
 Naast biologische rijpingsproces
 Belang van opvoeding en ervaringsprocessen
3. Genetische psychologie wordt ontwikkelingspsychologie
 Minder eenzijdig gericht op volwassenheid als eindstation
 MAAR ‘ontwikkeling’ = ontvouwen wat verborgen eigenlijk aanwezig was
4. Uitgroei tot een volwaardige levenslooppsychologie
Naast de kindsheid ook interesse voor andere levensfasen
 Jongeren
Vrijgesteld van arbeid  zoeken elkaar op  eigen omgangsvormen
 Ouderen
Medische problemen + pensionering  groep met eigen kenmerken
 Volwassenen
Statische periode + algemene psychologie  blijven lange tijd uit beeld
Samenvoegen van de verschillende levensfasen
 Heel geleidelijke synthese
 Ontwikkeling = een levenslang veranderingsproces
5. Factoren die de ontwikkeling sturen
a. Invloeden vanuit het milieu
Ecologische systeemtheorie: Bronfenbrenner
1. Microsysteem
 Gezinssfeer, vriendenkring, school, werkplek, lid van club
 Tweerichtingsverkeer, invloed die ondergaat, manier van reageren
 Reacties kunnen impact hebben eigen zelfbeleving
2. Mesosysteem
 Onderlinge interacties tussen personen uit sommige personen microsysteem
 Vb. ouders tonen warme interesse voor schoolresultaten
3. Exosysteem
 Sociale omgeving geen directe invloed op individu  via mensen waar
individu dagelijks mee omgaan
 Al of niet beschikken over medische/sociale voorzieningen
 Aanwezigheid cultuur- en sportaccommodatie

4. Macrosysteem

,  Domein van bredere cultuur met waarden, voorschriften en gebruiken
 Invloed van economische klimaat
 Cultuur waartoe je behoort
5. Chronosysteem
 Tijdsdimensie
 Veranderingen in loop van het leven (veranderen, van job, scheiding, politieke
omkeer, vrouwen- en mannenrollen)
Bio-ecologisch model
 Toevoeging van de biologische omgeving
 Erfelijkheid grenzen wat al of niet mogelijk in ontwikkeling
 Rol van sociale omgeving ernstig onderschat
b. Interacties tussen erfelijkheid en milieu
Het relatieve gewicht van erfelijkheid en milieu
 Steeds interactie tussen erfelijkheid en milieu
 MAAR soms ene factor meer impact op uiteindelijke resultaat
Invloed van erfelijkheid op het milieu
 Indirecte invloed: via ouders
 Directe invloed: vanuit individu zelf
Invloed van het milieu op de erfelijkheid
 Omgevingsinvloeden kunnen genen aan- en uitzetten
c. Zelfsturing als derde factor
Mens louter een product van erfelijkheid en milieu?
 Wat doen met persoonlijke vrijheid/verantwoordelijkheid
Ervaren wel een zekere keuzevrijheid
 Keuzes mede beïnvloeden door aanleg en ervaringsverleden
Tijdens ontwikkeling een groeiend zelfbewustzijn
 Is zelf product van erfelijkheid en omgeving
Bewustzijn van de determinanten laat toe om keuzes te maken
 MAAR ook die keuzes mede beïnvloeden door aanleg en ervaringsverleden
Thema 2: Twee fundamentele ontwikkelingstheorieën
1. De psychosociale identiteitstheorie van Erikson
a. Situering ten opzichte van Freud
Constructieve rol van het ego
 Freud: louter defensief
 Erikson: bewerken van de psychosociale identiteit
Belang van de sociale omgeving
 Freud: psychoseksuele ontwikkeling
 Erikson: psychosociale ontwikkeling
Positieve betekenis van crisissen
 Freud: begin van een ontsporing
 Erikson: groeikans
b. Erkisons theorie
Acht levensfasen
 Dre meer als Freud
 Doorlopend tot in de
ouderdom
Iedere fase een gevoelige
periode

,  Biologische rijping + sociale verwachtingen
 Vroeger evenwicht verbroken  crisis
 Kernconflict met 2 polen: positief <-> negatief
Verdere evolutie
 Afhankelijk van ego sterkte + sociale steun
 Indien positief: ‘deugd’  ego versterkt
 Indien negatief: ego verzwakt naar volgende crisis
c. Een korte evaluatie
Pluspunten
 Positieve kijk op ontwikkeling
 Groei mogelijk tot in hoge ouderdom
 Minder eenzijdig gericht op seksuele ontwikkeling
 Belang van sociale omgeving
 Crisissen herkenbaar in gewone leven
 Ook bruikbaar in therapie
Beperkingen
 Vragen i.v.m. universele geldigheid
 Vaagheid van bepaalde begrippen
 Moeilijk toetsbaar
2. De cognitieve ontwikkelingstheorie van Piaget




a. Enkele basisbegrippen
Inhoud en functie van de intelligentie
 Inhoud: kennis en vaardigheden
 Functie: adaptatie tussen individu en omgeving
De cognitieve structuren
 Structuur: een georganiseerd geheel van schema’s
 Cognitieve ontwikkeling: ontstaan van kwalitatieve structuurveranderingen
Adaptie via assimilatie en accommodatie
 Adaptatie: erfelijke veranderingen in morfologische structuren, fysiologische
eigenschappen of gedrag van individuen binnen populatie
 Assimilatie: opnemen van nieuw stuk buitenwereld in bestaande schema’s
 Accommodatie: aanpassen van bestaand schema aan nieuw stuk buitenwereld
Equilibratie en organisatie
 Equilibratie: streven naar evenwicht tussen assimilatie en accommodatie
 Organisatie: samenvoegen van schema’s tot complexe structuren
b. De eigenlijke ontwikkeling
Periodes
 Sensorische periode: 0 en 1.5 à 2 jaar
 Periode van pre operationele denken: 1.5 tot 6 à 7 jaar

,  Periode van concreet-operationele denken: 6 à 7 tot 11 à 12 jaar
 Periode van formeel-operationele denken: 11 à 12 tot 15 à 16 jaar  doorheen
leven
Procesmatige beschrijving
 Initiatie:
Identificatie van het probleem of de behoefte die de ontwikkeling zal aanpakken
Definitie van de doelstellingen en het beoogde resultaat.
 Planning:
Uitwerken van een gedetailleerd plan met taken, deadlines en middelen
Identificatie van stakeholders en bepaling van hun betrokkenheid
 Ontwerp:
Creëren van specificaties en ontwerpen op basis van de projectvereisten
Ontwikkeling van prototypes of modellen voor evaluatie
 Implementatie:
Daadwerkelijke bouw of ontwikkeling van het product volgens het ontwerp
Testen van afzonderlijke componenten en integratie van het geheel
 Testen:
Uitvoeren van uitgebreide tests om te verifiëren of het product voldoet aan de
gestelde eisen, identificatie en oplossing van eventuele fouten of gebreken
 Implementatie en lancering:
Plaatsen van het voltooide product in de operationele omgeving, monitoren van
prestaties en eventuele aanpassingen doen indien nodig
 Onderhoud en evaluatie:
Ondersteunen van het product na lancering met updates en bugfixes, Evalueren van
het ontwikkelingsproces om lessen te leren voor toekomstige projecten
Thema 3: Prenatale fase
1. Ontwikkeling embryo & foetus
2. Het germinale of kiemstadium
Duur: eerste 2 weken na bevruchting
Doel: cellen groeien tot vruchtbeginsel – embryo/placenta/navelstreng/vruchtvliezen
Stappen
1. Bevruchting
 Rijping cel + eisprong (fig. 1-4)
 Versmelting zaad- en eicel (fig. 5)
 Elk met 23 chromosomen
 Zygoot = bevruchte eicel met 46
chromosomen
2. Moerbei- of morulstadium
 20u na bevruchting celdeling (fig. 6)
 Snelle celdeling
o Trosje cellen gelijkend op framboos/moerbei
3. Blastulastadium
 Innestelingsfase (fig. 8-10)
 Eerste differentiatie (5-7 dagen na bevruchting)
o Embryoblast of inwendige celmassa  embryo
o Trofobalst  placenta, navelstreng, vruchtvliezen
 Verdere differentiatie embryoblast (2e week)

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur adriaensenmette. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,06. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

53340 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,06  1x  vendu
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté