Samenvatting van het vak Strafvordering, gegeven door Philip Traest. Bevat notities van de lessen die aangevuld zijn met het boek. Ik heb alle lessen bijgewoond :)!
ALGEMENE BEGINSELEN
DEFINITIE
1. BEGRIP: STRAFVORDERING
Geheel van rechtsregels over de opsporing, vervolging en berechting van personen die ervan
verdacht worden een misdrijf te hebben gepleegd
- Beschrijft scenario’s & vormvoorschriften die hierbij moeten worden gevolgd
- Bepaalt de rechtspositie van de verschillende personen die erbij betrokken zijn
- Synoniem: formeel strafrecht, strafprocesrecht
Regels over de organisatie & werking van strafgerechten & regels betreffende de tenuitvoerlegging
van beslissingen van deze gerechten behoren ook tot het strafprocesrecht
2. ONDERSCHEID MATERIEEL STRAFRECHT – FORMEEL STRAFRECHT
Materieel strafrecht Formeel strafrecht
Persoon tot wie Iedereen: MSR is code van hoe je je moet Voornamelijk overheid: politie, magistratuur
regels gericht zijn gedragen, strafwetboek bepaald wat niet mag - Reden: FSR eerder beschouwd als proces tussen de
& welke straf daar op staat gemeenschap (verdedigd door OM) & de verdachte,
dan als een proces tussen partijen
Gewone burgers komen zelden in contact met regel van
FSR: enkel als verdachte van misdrijf, getuige in
strafzaak & bij strafrechtelijke dwangmaatregel (vb
huiszoeking)
Inhoud van regels Vanzelfsprekend: MSR beschermt een reeks Niet vanzelfsprekend: regels berusten niet op
fundamentele waarden bescherming algemene rechtsgoederen (leven,
- Iedereen is het min of meer eens dat eigendom, fysieke integriteit) maar op onderling
diefstal en moord strafbaar moeten zijn afwegen van verschillende belangen
Soms betwistingen: vb euthanasiezaken - Inhoud heeft geen duidelijke grenzen + makkelijker
voor verandering vatbaar
Veel discussie strafprocedure
- Vb verjaring: sommige mensen vinden het niet oke
dat een misdrijf kan verjaren
Sanctie bij Op elk misdrijf staat een straf Verschilt naargelang de norm & niet altijd in wetboek
schending regels bepaald
Soms nietigheid van proceshandeling of hele procedure
- Vb: niet-gedagtekende dagvaarding is nietig
- Nietigheid niet tijdig opgeworpen & pas blijkt
wanner procedure in vergevordend stadium is ->
hele procedure nietig
Soms bewijsuitsluiting
- Vb: rechter mag geen acht slaan op onrechtmatig
verkregen bewijsstuk
Soms onontvankelijkheid of verval van strafvordering
- Vb: wanneer het OM er niet in slaagt om een
1
, strafzaak binnen het verjaringstermijn af te
handelen, vervalt de strafvordering
Stilzitten van het parket wordt gesanctioneerd
Meestal geen sanctionering: HvC oordeelt met
toepassing van art. 32 VTSv. dat de betrokken
voorschriften niet of straffe van nietigheid zijn
voorgeschreven
Sanctionering kan soms onzeker zijn:
- Discussie over of bij overschrijding van de redelijke
termijn de strafvordering onontvankelijk was of dat
een strafvermindering volstond -> HvC uitspraak
gecodificeerd in art. 21ter VTSv.
3. DOELSTELLINGEN VAN HET STRAFPROCES
Verschillende belangen tegen over elkaar bij strafproces, dat van:
- De gemeenschap: bestraffing criminaliteit
- Het slachtoffer: schadevergoeding
- De verdachte: eerlijk proces
Doel van strafproces is in principe waarheidsvinding, maar die mag de individuele grondrechten niet
schenden
3.1. WAARHEIDSVINDING
Strafrecht = deel van publiekrecht: conflict dat ontstaat door plegen van strafbaar feit gezien als
conflict tussen gemeenschap & dader
- Regels van SPR voornamelijk opgesteld uit invalshoek van algemeen belang
- Regels van SPR toegeschreven aan mensen die met de toepassing van deze regels belast zijn:
politie, parket & rechters
- Taak advocaat verdachte: toezien dat regels van SPR worden gerespecteerd
Verschil tussen juridische waarheid & echte waarheid
- Echte waarheid achterhalen lukt niet altijd: cold cases, valse verklaringen
3.2. BESCHERMING VAN INDIVIDUELE GRONDRECHTEN
Belangrijke functie van SPR vanuit optiek van individuele burger:
- Overheid heeft belangrijke bevoegdheden die een beperking van bepaalde grondrechten kunnen
betekenen: niet alleen t.a.v. verdachten maar ook derden
Vb: schending van de privacy bij huiszoekingen
Vb: schending van eigendomsrecht bij inbeslagnemingen
Elke burger kan er potentieel mee in contact komen -> ruimer dan loutere rechten van verdediging
- Geen speciale regeling voor rechten van verdediging in België -> kijken naar art. 6 EVRM & art. 14
IVBPR
3.3. ONDERLINGE AFWEGING TUSSEN WAARHEIDSVINDING EN INDIVIDUELE
GRONDRECHTEN
19 en 20e eeuw: waarheidsvinding centraal
e
- Geen integratie van grondrechten of rechten van verdediging in oorspronlijk Sv.
2
, - Verandering in gebracht met wet-Franchimont: enkele verdedigingrechten uitdrukkelijk bepaald
Toch in 1830 al reeks grondrechten die rechtsreeks relevant zijn voor SPR (art. 12-15 & 29)
- Voornamelijk m.b.t. wettelijk karakter van overheidsoptreden:
Recht op privacy
Legaliteitsbeginsel: strafvordelijk overheidsoptreden kan enkel o.g.v. een wet & in de vormen
door de wet bepaald (art. 12, lid 2 Gw.)
Geen inhoudelijke vereisten voor overheidsoptreden: komt verandering in met EVRM
Na WOII komt algemeen besef dat zoiets nooit meer mag gebeuren: EVRM in 1950
- Er moet wettelijke basis zijn voor overheidsoptreden + de wet moet aan zekere voorwaarden
voldoen zodat zijn de inbreuk op individuele grondrechten geoorloofd zou zijn
Vb: vrijheidsberoving moet berusten op wettelijke basis + bevolen zijn door rechter (art. 12
Gw. & 5(3) EVRM)
Door evolutie: vandaag meer belang grondrechten & rechten van verdediging in strafproces
- Soms moet het belang van waarheidsvinding hiervoor wijken
Vb: op onregelmatige wijze verkregen bewijs mag in bepaalde gevallen niet worden gebruikt,
ookal stemt het overeen met de waarheid
Concrete afweging tusse belang waarheidsvinding – individuele rechten gebeurt door rechtspraak:
- Wet & EVRM zijn algemene richtsnoeren die door rechtspraak moeten worden ingevuld
In deze afweging kan men een slingerbeweging vaststellen:
- Voor WOII: waarheidsvinding belangrijker
- Jaren 1960: meer belang bescherming grondrechten o.i.v. internationale ontwikkeling van de
mensenrechten
- Wet Frachimot (1998): verbetering positie verdachte & slachtoffer in strafproces
Inmiddels ook evolutie in tegengestelde zin in rechtspraak:
- Antigoonrechtspraak HvC: verspoepeling sanctionering van op onregelmatige wijze bekomen
bewijsmateriaal
- Antiterroristische wetten na 9/11: beperking rechten van verdediging
Zelfde tendens met georiganiseerde criminaliteit
Probleem versoepeling: oorspronkelijk bedoeld voor bepaalde vormen van criminaliteit, maar krijgt
vaak een algemene toepassing
ACCUSATOIRE EN INQUISITOIRE RECHTSPLEGING
1. PRINCIPE
Accusatoir Inquisitoir
Processtructuur ? Horizontaal: Verticaal:
- Aanklager & verdediging op gelijke voet - Overheid weegt door op procesvoering &
- Beklaagde = volwaardige procespartij bepaalt procesverloop
- Partijen hebben proces volledig in eigen handen - Procesvoering niet aan partijen overgelaten
- Openbare aanklager treedt op namens
gemeenschap, niet namens slachtoffer
- Verdachte beschouwd als object van
rechtspleging
3
, Rol rechter? Passief: in hoofdzaak erop toe zien dat procedure Actief:
correct verloopt & beslissen wie gelijk heeft - Actieve leiding in procesvoering
- Geen waarheidsvinding - In verregaande gevallen geen onderscheid
tussen rechtsprekende & vervolgende functie
Openbaar? Volledige openbaarheid: t.a.v. partijen & publiek Geheim: procedure achter gesloten deuren
gevoerd
Tegensprekelijk: partijen kunnen naar elkaars - Verdachte & publiek niet op de hoogte van
argumenten luisteren & weerleggen onderzoek
- Onderzoeksverrichtingen verricht op
tegensprekelijke wijze & in aanwezigheid van Niet-tegensprekelijk: beklaagde heeft niet de
alle partijen mogelijkheid om het tegen hem verzamelde bewijs
te weerleggen & argumenten voor zijn verdediging
Vb: burgerlijk geding naar voren te brengen
2. PRAKTIJK
Geen zuiver accusatoire of inquisitoire procedures:
- Common law landen: grotendeels accusatoir
- Continentaal-Europese landen: meer inquisitoir
2.1. COMMON LAW LANDEN
Rol rechter: geen waarheidsvinding, gewoon antwoorden op vraag of de tenlastelegging voldoende
bewezen is
Onderzoek verricht door politie:
- Doet beroep op gewone rechters voor nemen van dwangmaatregelen (vb: huiszoekingen)
Geen onderzoeksrechter die aan actieve waarheidsvinding doet in accusatoire rechtspleging
- Treedt op als ‘eiser’ tegen de verdachte die de naam ‘verweerder’ krijgt
Partijen staan op gelijke voet met elkaar & moeten elk bewijs verzamelen
Zaak van politie gepleit door advocaat, niet door magistraat
Gelijkenis burgerlijk geding: jury beslist over de schuld:
- Taak beroepsrechter: zien of bewijsvoering overeenkomstig de regels wordt verricht
Verschil burgerlijk geding:
- Vervolgende partij moet het vermoeden van onschuld weerleggen & bewijs ‘beyond reasonable
doubt’ voorleggen
In burgerlijke gedingen volstaat de ‘balance of probabilities’
2.2. CONTINENTALE LANDEN
Eerste fase proces: vooronderzoek
- Inquisitoir: onderzoek is geheim, schriftelijk & niet-tegensprekelijk
- Onderzoeksrechter voorzien voor dwangmaatregelen & leidt vooronderzoek
- Verdachte in deze fase niet beschouwd als procespartij
Tweede fase: fase der terechtzitting
- Accusatoir: rechtspleging is openbaar, mondeling & tegensprekelijk
- Rechter speelt passievere rol dan tijdens vooronderzoek
- Partijen zijn gelijk
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur rechtenstudent456. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €16,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.