11/08/2021, 11:52
Aantal termen in deze set (98)
- methode om melodieën te classificeren naar structurele kenmerken
- een diatonische modus: een opeenvolging van zeven
toonhoogten, bestaande uit vijf hele en twee halve tonen
- de 8 modi gebruiken dezelfde zeven tonen
- verschil tussen de 8 modi: in de finales en de reciteertoon: de
finalis is de eindtoon, de reciteertoon de toon die in de melodie
domineert en waarop de psalmodie is gebaseerd
- modi bestaan in twee vormen: authentieke en plagale (of
afgeleide): de plagale hebben dezelfde finalis als de authentieke,
maar het toonbereik daalt tot de onderkwart
8 kerkmodi (9)
- het traktaat Alia Musica (2e helft 19e eeuw) verbindt deze modi met
de terminologie van de Griekse octaafsoorten
- theoretisch nut: liet geleerden toe om het gregoriaanse repertoire
te verbinden met de concepten uit de muziektheorie uit de late
oudheid
- praktisch nut: stelde zangers in staat om nieuw repertoire
gemakkelijker in te studeren en te onthouden
- systeem van de modi werd vastgelegd in de zogenaamde tonarii
(een tonarius is een didactisch werk dat melodieën ordent via hun
beginfasen en rangschikt via de acht modi)
- GF Handel, voor James Brydges (= hoogtepunt van zijn private
esthetiek)
- Herneemt het onderwerp van de mythe uit Metamorfosen van
Ovidius
- Verlaat echter het model van de Italiaanse cantate en sluit aan bij
de traditie van de Engelse masqué
- Voor een klein ensemble van vijf zangers en zeven
Acis and Galatea (7)
instrumentalisten (kleine bezetting)
- Tekst was het collectieve werk van de groep intellectuelen aan het
hof van Cannons; kunst voor gelijkgestemden
- Precisie waarmee Handel de overgang weergeeft van een stabiele
idyllische wereld naar de veranderlijke wereld van de tragedie
- Vormgeving in dienst van de inhoud: verschil tussen da capo vorm
(herhaling, stabiliteit) en doorgecomponeerde vorm (verandering)
Page 1 of 33
, 11/08/2021, 11:52
- GF Handel, 1709
- Satirische komedie op een onderwerp dat in Venetië al een traditie
had dankzij L'incoronazione di Poppea van Monteverdi
- Thema is ontleend aan de Romeinse geschiedenis
Agrippa (5) - Hergebruikte fragmenten uit zijn Italiaanse cantates en
Resurrezione
- Voegde er nieuwe orkestrale opera-effecten aan toe, paste de
muziek aan de nieuwe tekst aan en verhoogde de dramatische
expressie
- GF Handel, 1736
- Engels oratorium
- wat zijn de kenmerken van een Engels oratorium?
- Tekst is een klassieker van de Engelse literatuur. Het gedicht van
Alexander's Feast (5)
John Dryden vertelt over het feest van Alexander de Grote na zijn
overwinning op de Perzen en de vernietiging van de stad Persepolis.
- Leverde Handel in de perceptie van zijn tijdgenoten de status op
van de belangrijkste componist van Engeland.
- Claudio Monteverdi, 1608
- Bekend omwille van het enige onderdeel dat bewaard bleef: het
lamento d'Arianna; klaagzang die Arianna aanheft nadat zij door de
Atheense held Theseus is achtergelaten op het eiland Naxos.
Arianna (5) - Dit lamento leidde een eigen leven in meerdere gedaanten, los van
de opera.
- Scène niet terug te vinden in andere literaire bronnen.
- Aandacht voor de ordenende en symbolische betekenis van
muzikale structuur
- late oudheid
- educatieve functie / educatief systeem
- trivium: opleiding in de kunst van het woord (= grammatica, retorica
en dialectica)
- quadrivium: de mathematische vakgebieden (voor specialisten)
- belangrijk voor de geschiedenis van de muziek is de ordening van
deze kunst onder mathematische disciplines (Pythagoras)
Artes Liberales - Zeven Vrije Kunsten (9) - Boëthius vatte de theorieën van het quadrivium samen in vier
traktaten: vormt de basis van diepgaande rationalistische richting die
de middeleeuwse muziek zou opgaan
- musica mundana: de harmonie van de wereld en het universum
- musica humana: de harmonie van het menselijke lichaam en de ziel
- musica instrumentalis: de muziek op instrumenten (later begrip
indelen in 3; in pulsu, in flatu, in voce: "door te slaan", "door de
beweging van lucht" en "door de stem" - Hugo van St-Victor)
Page 2 of 33
, 11/08/2021, 11:52
- RE motet van Josquin Desprez
- één stem stelt een muzikale frase voor en de andere stemmen
nemen dezelfde frase over op een later tijdstip.
- De tekst is samengesteld uit meerdere bronnen (= gebruikelijk)
- Binnen een gelijkblijvende muzikale uitdrukking varieert hij het
gebruik van de stemmen.
Ave Maria (7) - Er zijn imiterende passages, naast groeperingen van stemmen
(bijvoorbeeld hoge tegen lage stemmen)
- Vrij contrapunt waarbij alle stemmen melodisch zelfstandig
bewegen, zonder elkaar te imiteren
- Belangrijke tekstonderdelen worden extra belicht door homofone
declamatie (= klankbeeld waarbij de stemmen ritmisch gelijk
bewegen)
- Lodewijk XIV
- Uitermate geschikt om de fundamenten van het nieuwe regime
symbolisch weer te geven.
- Vertelden geen verhaal, maar waren wel opgezet rond een centraal
thema.
- Mythologische personages representeerden symbolisch de
Ballet de cour (8)
verhoudingen aan het hof.
- Bestond uit een reeks van entrées voor personages of groepen.
- Hier en daar werden korte vocale nummers toegevoegd.
- Symmetrische figuren van de choreografie verwezen naar de
maatschappelijke ordening onder het gezag van de zonnekoning.
- Jean-Baptiste Lully
- Claudio Monteverdi, 1608
- Betekent letterlijk "dans van de ondankbaren"; vrouwen die de
liefde van hun mannelijke aanbidders blijven afwijzen. In de
onderwereld worden ze zwaar gestraft, hun verdriet wordt
Bello delle ingrate (3)
weergegeven in een woordeloze dans.
- Choreografie was van het mimetische type: de weergave van
gevoelens en passies van de personages had het overwicht op de
uitwerking van geometrische structuren.
Page 3 of 33
, 11/08/2021, 11:52
- JS Bach
- Gerekend tot de hoogtepunten van de orkestmuziek van de 18e E
- Danken hun naam aan een opdracht aan de Markgraaf Christian
Ludwig von Brandenburg
- "Concerts avec plusieurs instruments"; reeks gebruikt alle
instrumenten, met uitzondering van de contrabas, als soloinstrument
Brandenburgse Concerten (6)
- De principes van het moderne concerto in de geest van Vivaldi
gecombineerd mer een meer traditionele aandacht voor complexe
texturen en stemmencombinaties.
- Speelt in op de dubbele betekenis van de term "concertare"; zowel
samen musiceren als het principe van wedijver tussen groepen, zoals
uitgewerkt in het type van het concerto grosso.
- Corelli, eind 17e E
- Een compositie voor een kleine solistische groep (concertino) en
een grote groep (ripieno)
- Principe is afgeleid van het onderscheid tussen het Coro favorito en
de cappella uit de meerkoppige kerkmuziek.
- Gebaseerd op de contrastwerking tussen het kleine en het grote
Concerto grosso (6) ensemble.
- Organisatorisch had dit model het voordeel dat Corelli de cruciale
partijen - de solistische partijen en de leiders van de secties van het
ripieno - kon bezetten met musici die dicht bij hem stonden en zijn
stijl perfect beheersten.
- Technische eisen voor het ripieno zijn minder hoog, dus konden
gemakkelijk worden aangevuld met freelancers.
- 15e E (1414-1418)
- Moment van diepgaande uitwisseling van stijlen en ervaringen
- Voorwaarden aanwezig voor een fusie van regionale stijlen tot een
Concilie van Konstanz (4) nieuwe synthese
- Complexiteiten van de Ars Subtilior verdwenen, er kwam een vrije
imitatie in de stemvoering in plaats van de strikte isoritmische
technieken
Page 4 of 33