100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting arbeidsrecht €12,49
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting arbeidsrecht

 12 keer bekeken  0 keer verkocht

Een samenvatting van het boek Arbeidsrecht (Bachelor rechten - 2019/2020 aan de KUL).

Voorbeeld 4 van de 62  pagina's

  • 10 juni 2022
  • 62
  • 2019/2020
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (3)
avatar-seller
MasterKULstudent
ARBEIDSRECHT
HOOFDSTUK I. INLEIDING

A. BEGRIP EN GRONDSLAGEN

Definitie: “het recht dat van toepassing is op arbeidsprestaties geleverd in ondergeschikt verband”

Beschermend recht + Ordenend recht

 Dwingend recht (soms openbare orde, bijna geen aanvullend recht)
 Vaak ter bescherming van de werknemer
 Cf. art. 51 CAO-wet
o Verhouding: indiv. AO, CAO, wet
 Cf. art. 6 AOW

Bronnen:
 Grondwet: art.23 GW
o de constitutionele bevoegdheidsverdeling tussen federale staat, gemeenschappen en
gewesten
 Belang Internationale en Europese normen
 Formele wetgeving, KB’s, MB’s…
 Eigen rechtsvorming in
o Arbeidsrecht: AO, CAO / arbeidsreglement / …
o Sociale zekerheid: normen van zelfstandige overheidslichamen

B. HISTORISCHE WORTELS

Ontwikkelingsgeschiedenis van het sociaal recht: (zie p. 2-8)

 1789 – 1886
 1886 – 1918
 1918 – 1945
 1945 – 1980
 1980 – 21ste Eeuw

C. DE INBEDDING VAN HET ARBEIDSRECHT IN HET SOCIALE RECHT

Arbeidsrecht en sociale zekerheidsrecht zijn elk volwaardige eigen rechtsgebieden, maar hebben wel gedeelde
historische wortels en zijn deels overlappen.

D. BRONNEN VAN HET ARBEIDSRECHT


1. ALGEMEEN
De belangrijkste bronnen zijn de wetgeving en de arbeidsovereenkomsten. Dit kunnen collectieve en
individuele AO’s zijn. IAO’s kunnen zowel mondeling als schriftelijk tot stand komen. Men dient wel steeds
rekening te houden met de hiërarchie van de rechtsbronnen.


2. HIËRARCHIE VAN DE RECHTSBRONNEN
Art. 51 CAO-wet:



1

, 1. Dwingende bepalingen van de wet
2. CAO algemeen verbindend verklaard
1. Nationale arbeidsraad; paritair comité; paritair subcomité
3. CAO niet-AVV en ondertekend
1. Ondertekende overeenkomst of aangesloten is bij een organisatie die deze overeenkomst
heeft ondertekend
 Nationale arbeidsraad; paritair comité; paritair subcomité ; buiten een paritair
orgaan
4. geschreven individuele AO
5. CAO niet-AVV en niet ondertekend (of niet aangesloten)
6. arbeidsreglement
7. aanvullende bepalingen van de wet
8. mondelinge individuele AO
9. gebruik
  Wetgeving gaat altijd voor op de individuele arbeidsovereenkomst (zowel geschreven als
mondeling).
  ! AO  van toepassing op werknemer, niet op zelfstandige

Voorrang van rechtsbronnen: i.g.v. strijdige bepalingen zijn deze strijdige bepalingen van de lagere rechtsbron
nietig. De nietigheid van een strijdige bepalingen brengt echter niet de nietigheid van de rechtsbron in zijn
geheel met zich mee.

Beperkte partijautonomie: op nummer één staat (voornamelijk dwingende) wetgeving. Dit leidt ertoe dat de
wilsvrijheid grotendeels beperkt is.

Geen “gunstigheidsbeginsel”= een cao-bepaling nooit een individuele arbeidsovereenkomst kan
overrrulen/voorgaan wanneer dat minder gunstig zou zijn voor de werknemer.

 België kent dit niet (NL en DE wel)
o Vb. afspraak over arbeidstijden: 37 uur per week is voltijds.
 CAO gesloten waarin staat dat iedereen 38 uur zal moeten werken voor hetzelfde
loon (minder gunstig)
 CAO voorrang op individuele AO dus dit zal welk overrulen in België.
 In praktijk zullen die CAO slecht heel soms minder gunstig zijn dan de individuele (vakbonden regelen
die cao’s)
 In de praktijk heeft men ook minimumbepalingen. De lagere rechtsbronnen kunnen dus wel een
verdere bescherming aanbieden (zolang ze maar voldoen aan het minimum).

Geschreven voorrang op mondeling: Latere (ook mondelinge) afspraken hebben voorrang op eerder gesloten
afspraken  Volgens Cassatie is dit niet in strijd met de hiërarchie. Zie ook art. 51 wet 5 dec 1968.


3. MEERGELAAGDHEID

Naast bovenstaande bronnen moet men ook rekening houden met het internationale en Europese
recht, alsook met de federale staatstructuur hier in België. (zie p. 13)

E. HANDHAVING

Arbeidsinspectie (ook wel sociale inspectie): in principe zijn er verschillende, afzonderlijke diensten.
Arbeidsgerechten: arbeidsrechtbank & arbeidshof (beroep). Samengesteld uit een beroepsmagistraat en twee
lekenrechters.
Sociaal strafwetboek: zorgt eindelijk voor een coherent geheel van strafbare gedragingen en sancties.



2

,Verjaring: art. 15 arbeidsovereenkomstenwet. Het is belangrijk om te weten of een rechtsvordering al dan niet
uit de arbeidsovereenkomst ontstaat (de rechtsvordering van de werkgever tot terugbetaling van loon dat hij
onverschuldigd heeft betaald valt hier bijvoorbeeld niet onder).

HOOFDSTUK II. DE ARBEIDSOVEREENKOMST

1. DE ARBEIDSOVEREENKOMST

= een overeenkomst waarbij een werknemer zich verbindt, tegen loon, onder gezag van een werkgever arbeid
te verrichten.


A. WEZENSELEMENTEN
 1) Overeenkomst
o Onderworpen aan de regels van het burgerlijk recht.
o Heeft enkel betrekking op de verhouding tussen een werknemer en een werkgever uit de
private sector. Statutaire werkstelling valt hier niet onder (ambtenaren), behalve indien hun
toestand niet statutair geregeld is.
 2) Loon
o Bezoldiging onder eender welke naam.
o Vrijwilligers: art. 10 wet 3 juli 2005: het in wezen onbezoldigd karakter van het
vrijwilligerswerk belet niet dat, mits een aantal grenzen, toch een aantal kosten kunnen
worden vergoed. Sommige arbeidsrechtelijke bepalingen kunnen echter ook toepasselijk zijn
op arbeidsprestaties geleverd in een gezagsverhouding maar zonder arbeidsovereenkomst.
o Er kan discussie bestaan over de vraag of men nu vrijwilliger is of niet.
 Vb. vrijwilligers bij sportpaleis: overheid vond dat zij teveel voordelen kregen om als
vrijwilliger gezien te worden.
 Arrest: van zodra je meer verdient dan een onkostenvergoeding, kan je geen
vrijwilliger meer zijn. Maakt niet uit of je dit wil of niet; noch dat het slechts een beetje
meer is dan deze onkosten.
o Ook nog: onbelast bijverdienen.
 3) Arbeid
o Elke arbeid komt in aanmerking, de aard ervan kan wel invloed hebben op de soort van
arbeidsovereenkomst.
o Voorbeelden: Sport (vrije tijd of als job), slapen (babysitten)
 4) Ondergeschikt verband (gezag)
o Criterium: aan- of afwezigheid van gezag.
o Onderscheid een werknemer met een zelfstandige en van een aannemer (art. 1787 BW).
o Gevolg: Valt onder het gehele arbeidsrecht.
 Arbeidstijdens, cao’s over vakantierechten, ouderschapsverlof

Werknemer/zelfstandigen/ ambtenaren

 Het rechtssysteem kwalificeert te arbeidsrelatie: ofwel zelfstandige ofwel werknemer. Dit kan voor
een zelfde soort werk verschillend gekwalificeerd worden.
o Vb. mensen verzorgen als vrijwilliger: ruime definitie van arbeid.

Arbeidsovereenkomstenwet 3 juli 1978.


B. GEZAG EN AARD VAN DE ARBEIDSRELATIE

1. ALGEMEEN


3

, TOEPASSING: Vele mensen proberen te werken zonder dat bepaalde regels op hen van toepassing zullen zijn.
Zodra men hen kwalificeert als werknemer zal namelijk het volledige arbeidsrecht en socialezekerheidsrecht
van toepassing zijn.

Definitie van gezag / ondergeschikt verband:

o = Gezag, leiding, toezicht (= slechte definitie)
o Vrijheid / autonomie (werknemers met een verregaande autonomie)
 Typevoorbeeld: ziekenhuisarts (ook: artiest, apotheker, leraar)
 Als werknemer was heel het arbeidsrecht op hen van toepassing omdat werken
in het ziekenhuis in gezagsverhouding zou zijn.
>< volgend de artsen beslist de arts zelf wat zij doen dus zelfstandige.
!  Cassatie: een grote mate van autonomie doet geen afbreuk aan het bestaan
van een arbeidsovereenkomst indien er gezagsuitoefening aanwezig is bij de
materiële organisatie van de arbeidsprestatie => ziekenhuisarts is dus een
werknemer
Wanneer met zelf arbeid kan organiseren, dan is men zelfstandige.
o Cassatie: Juridische mogelijkheid tot gezagsuitoefening
 Volstaat in de regel dat degene die als werkgever wordt gekwalificeerd niet elke dag het
gezag moet uitoefenen. De gezagsverhouding mag ruim worden opgevat.
 Vb. reeks controles van geschriften of rekeningen a posteriori.
 Beoordeling van de gezagsverhouding
o Feitelijke beoordeling
o Aanwijzingen – uit rechtspraak.
 Bevelen en instructies
 Controle op de arbeid
 Organisatie van de activiteit
 Plaats tewerkstelling
 Werkrooster
 Vergoedingswijze
 Exclusieve tewerkstelling
 Concurrentiebeding
 …
 Economische afhankelijkheid: niet! Het moet juridische afhankelijkheid zijn.

o Rechtsfeit

Belang van kwalificatie:

 Principieel belang: het arbeidsrecht is van toepassing zodra er gezag is.
 Praktisch belang: een zelfstandige dienstverlening is soepeler en goedkoper
 Ook heeft men in een arbeidsrelatie veel hogere kosten (sociale bijdragen) dan een zelfstandige
o Sommigen zullen dan ook bewust als zelfstandige te werken terwijl zij in werkelijkheid onder
gezag werken van hun opdrachtgever (= schijnzelfstandige).

2. KWALIFICATIE EN HERKWALIFICATIE
 Vb. toiletdame
o GB had deze gekwalificeerd als zelfstandige. Maar ze werkt in winkels, krijgt een vergoeding, werkt met
materiaal van de opdrachtgever. Werd geherkwalificeerd naar werknemer; waardoor alles van
toepassing werd.
 Vb. Pomphouder



4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper MasterKULstudent. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €12,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 53340 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€12,49
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd