Inhoudstafel
Hoofdstuk 1: Op ontdekkingstocht door een bekend gebied?................................................................1
Hoofdstuk 2: De samenleving is een veld van tegengestelde krachten……………………………………………….5
Hoofdstuk 3: Waarmee zijn sociologen bezig?......................................................................................10
Hoofdstuk 5: Blokken uit de sociologische blokkendoos……………………………………………………………………14
Hoofdstuk 6: Een netwerk is geen groep: over de diversiteit van samenlevingsverbanden………………20
Hoofdstuk 7: Moderne samenlevingen zijn altijd multicultureel: over cultuurpatronen en hun
componenten …………………………………………………………………………………………………………………………………29
,Hoofdstuk 1: Op ontdekkingstocht door een bekend gebied?
1. Een beeld van een titel
Samenleving is een speelveld met spelers en spelregels → elke vorm van samenleven heeft haar
regels. Elk spel heeft eigen specifieke posities. We wisselen van posities in het speelveld naar gelang
van omstandigheden.
Posities ≠ rollen → rollen = de manier waarop mensen hun taak uitvoeren.
Posities hebben een hoge of lage status bv. chirurg en vuilnisophaler, ze zijn wel allebei belangrijk
voor de samenleving
Informatie en communicatie
Informatie → we vragen naar informatie wanneer we iemand bellen of sms’en
Conflicten → bv. boos worden op de scheidsrechters
In een samenleving heb je een taakverdeling en hiërarchie → bv. een bedrijf of een organisatie
Productiviteit
Productie gerelateerd aan de middelen → resultaat, hoeveel heeft iemand geproduceerd?
Motieven
Waarom mensen/spelers gedragingen stellen
Waarnemers
Diegenen die aan de kant zitten op het veld of deskundigen bv. commentators, of mensen die niet uit
idee van kennis komen, maar van inzet bv. supporters.
Neutrale waarnemers → op enige afstand analyseren, identificeren bv. wetenschappers
Sluiten regels en vrijheid elkaar uit? → Neen, je hebt pas vrijheid wanneer er spelregels zijn.
Spelregels zorgen voor zekerheid en voorspelbaarheid die mensen nodig hebben om hun eigen leven
te leiden.
2. Het dagelijks leven door de bril van de socioloog
Charles Wright Mills (eerste modern kritische socioloog) definieerde sociologische verbeelding als het
vermogen om afstand te nemen van de actuele toestand en een alternatief standpunt in te nemen.
Voor hem zijn drie componenten van sociologische verbeelding: geschiedenis, biografie en sociale
structuur
• Over eten en drinken
Eten en drinken = Primaire behoeften.
Maar ingebed in sociale en culturele context = overal anders (mes en vork, handen, stokjes)
→ Ook binnen éénzelfde samenleving zijn er verschillen (etiquette bv.)
Er is een verandering in die sociale patronen → culturele verschuivingen (migratie)
→ gevarieerder eten
(Sushi, koffie dat een symbolische waarde krijgt, …)
1
, • Over sport
Vrijetijdsactiviteiten = sociaal gekleurd
Sociaal verschil tussen goedkopere en dure sporten → symbolische codes aan gekoppeld
- Hogere sporten (golf, zeilen, windsurfen, tennis, skiën, …)
Drukken distance en finesse uit
- Lagere sporten (fitness, voetbal, duivensport)
Eerder lijf-aan-lijf sporten
• Over lifestyle en lijfstijl
Lifestylebladen informeren over de cultuur die richtinggevend is voor het imago van de
moderne, vrije mens
- Buitenkant van de mens = sociaal ingevuld
→ 1 duidelijke lijfstijl: Ideale vrouwelijke en mannelijke lichaam
- Die beschaving van de look is niet ieders cultuur.
• Over liefde
Ook liefde/huwen wordt sociaal gestuurd:
- Iemand huwen uit zelfde sociale milieu: gene met zelfde religieuze overtuiging,
etnische herkomst, opleiding, etc.
- Iemand uit dezelfde groep → partner uit eigen kringen (aangezien eigen groep
groter wordt)
- Sociale druk van de sociale omgeving (afkeuring mogelijke partners door familie, vrienden)
3 . nog een stap verder
• Echtscheiding: sociale omstandigheden → twee mensen zien elkaar niet meer zitten na een
langer (vandaag wel eens korter) samenleven
- Vroeger was de man de voornaamste inkomensbron onder de huishoudens, de
vrouw werd de taak opgelegd om voor de kinderen te zorgen.
- Het is bewezen dat partners minder snel uit elkaar gaan omdat ze een
economische balans hebben.
- Vroeger trouwde men voor zekerheid, vandaag is trouwen maar een optie
Bij onderlinge toestemming → akkoord onder de partners voor een echtscheiding
• Arbeid:
- Ons beroep bepaalt in hoge mate onze sociale positie, sociale status en onze
identiteit
- Latente deprivatiemodel (Marie Jahoda) – functies van arbeid
- Arbeid is een gezonde bron van contacten
2
, “Alles in contingent, maar daarom nog niet arbitrair” (Elchardus, Van Spruyt, Vanroelen)
Dat geldt voor de manier waarop we werken: waar we geneigd zijn om arbeid vandaag als ‘het
hoogste goed’ (arbeidsethos) te beschouwen, werd in vroegere samenlevingen niet altijd even
respectvol naar arbeid gekeken. Pas in de 16e eeuw (presentatieleer van Calvijn) werden
ondernemerschap en noeste arbeid niet alleen deugden, maar uitverkorenheid in het hiernamaals.
Die ontwikkeling van een ‘innerweltliche Akese’ stimuleerde Max Weber in het ontstaan van de
industrieel kapitalistische samenleving.
Het latente deprivatiemodel (Marie Jahoda):
- Vandaag betekent arbeid meer dan een bron van inkomen
- Jahoda ontwikkelde de stelling dat het psychisch welbevinden verslechtert bij
het wegvallen van betaalde arbeid. Betaalde arbeid vervult immers, naast de
manifeste functie; inkomen, een aantal latente (verborgen) functies.
Ze worden niet altijd bewust nagestreefd, maar komen vooral bovendrijven bij het
wegvallen van arbeid.
5 functies:
o Arbeid structureert de tijd van individuen
o Arbeid is een belangrijke bron van sociale contacten en sociale ervaringen
o Arbeid verbindt een individu met doeleinden die de persoonlijke preferenties
overstijgen
o Arbeid zorgt voor status en identiteit en draagt zo bij tot de definitie van
iemands positie in de samenleving
o Arbeid dwingt tot activiteit, biedt kansen om handelingen te stellen met
zichtbare gevolgen en dwingt ook tot het ontwikkelen en uitdrukken van
competenties en vaardigheden
- Werkloosheid: ‘wie werk wil, kan werk krijgen?’ → Aan de basis van
werkloosheid liggen enkele maatschappelijke oorzaken, zoals een ongunstige
economische conjunctuur, onvoldoende banen, opgroeien in armoede,…
- Het litteken-effect: Hoe langer iemand werkloos is, hoe dramatischer voor de
kansen om ooit weer volwaardig geïntegreerd te raken op de arbeidsmarkt
- Een werknemer zal ook lange werkloosheid percipiëren als een indicator van
een lage arbeidsgeneigdheid en productiviteit.
3