Huur - handelshuur
CONSTITUTIEVE BESTANDDELEN
Begrip
De Handelshuurwet is van dwingend recht en beschermt voornamelijk de
huurder, maar uitzonderlijk ook de verhuurder of beide partijen. Art. 5.58, BW
stelt daarbij dat niet-naleving van de normen uit de HHW voor relatieve
nietigheid zorgt.
Enkele bepalingen zijn van aanvullend recht (vb. art. 9, HHW).
Hetgeen niet geregeld wordt door de HHW, wordt geregeld door het gemeen
recht (dat aanvullend is)
Toepassingsvoorwaarden
Om de HHW te kunnen toepassen, moet er voldaan zijn aan 5 vereisten:
1. Huurcontract
Enkel huur valt onder het toepassingsgebied, dus niet bruikleen, kosteloze
bewoning, bezetting ter bede,…
2. Onroerend goed
Verhuur van het volledige onroerend goed of een deel ervan. Dit moet
geen gebouw zijn, het kan ook een stuk grond zijn.
3. Kleinhandel of ambacht
In het pand moet een kleinhandel of zelfstandige ambacht gevoerd
worden, dus geen groothandel of nijverheid. Vrije beroepers (dokter,
advocaat,..) vallen niet onder kleinhandel in principe.
Kleinhandel houdt in dat er levering is van goederen of diensten, in het
klein, aan consument voor eigen gebruik. Het rechtstreekse contact met
het publiek is ook noodzakelijk (dus ook de mogelijkheid om eigen cliënteel
op te bouwen) en dient te gebeuren in de daartoe ingerichte lokalen.
4. Hoofdbestemming
Kleinhandel of ambacht moet het hoofdberoep zijn van de huurder of
onderhuurder. De kleinhandel moet ook de voornaamste bestemming zijn
van de lokalen.
5. Toestemming verhuurder
De verhuurder dient toestemming te geven. Dit kan stilzwijgend of
uitdrukkelijk bij de contractsluiting. Ook tijdens de huur kan er
toestemming gevraagd en gegeven worden, maar dan moet deze wel
uitdrukkelijk zijn.
Art. 2, HHW stelt enkele gevallen waarin de wet niet van toepassing is. De
partijen kunnen echter wel altijd bedingen dat de HHW toch van toepassing is.
, DUUR EN OPZEG
Duur
Art. 3, HHW bepaalt dat een Handelshuurcontract een minimumduur heeft van 9
jaar. Wanneer er in het contract geen duur bepaald is of wanneer het contract
mondeling is, zal de duur automatisch 9 jaar zijn. Wanneer het contract minder
dan 9 jaar duurt, zal het dan ook automatisch verlengd worden (behalve bij
handelshuur korte duur).
Die 9 jaar begint te lopen vanaf de werkelijke terbeschikkingstelling, niet
vanaf de contractsluiting.
Het handelshuurcontract mag altijd langer dan 9 jaar duren, maar een contract
van onbepaalde duur is niet mogelijk.
Opzeg
Onderling overleg
Partijen kunnen de huur altijd vroegtijdig beëindigen in onderling overleg (art. 3,
4e lid, HHW). Hun akkoord dient vastgesteld te worden bij authentieke akte of bij
verklaring afgelegd voor de vrederechter.
Opzeg door de huurder
De huurder kan obv art. 3, 3 e lid, HHW de huur bij het einde van elke 3-jarige
periode beëindigen, zonder motivering. Hij dient dit wel 6 maanden voor het
einde van de 3-jarige periode kenbaar te maken aan de verhuurder door
aangetekende brief of deurwaardersexploot.
Dit is van dwingend recht, dus er mag niet conventioneel van worden
afgeweken.
Opzeg door de verhuurder
De verhuurder kan ook vroegtijdig opzeggen, maar onder strenge cumulatieve
omstandigheden (art. 3, 5e lid, HHW):
- Uitdrukkelijk contractueel opzeggingsrecht
In het contract moet de verhuurder expliciet de mogelijkheid hebben
gekregen om bij elke 3-jarige periode op te zeggen.
- Zelf handel (laten) uitoefenen
Vervroegde beëindiging is enkel mogelijk wanneer de verhuurder zelf
handel gaat uitoefenen in het pand of zal laten uitoefenen.
- Vormvereisten
De opzegging moet gebeuren bij aangetekende brief of
deurwaardersexploot.