Inhoud
HOOFSTUK 1 ............................................................................................................................................ 2
HOOFDSTUK 2: ........................................................................................................................................ 5
HOOFDSTUK 3: Een natuurlijke wereld: Ecologie en energie ............................................................... 10
HOOFDSTUK 4: Een agrarische wereld: Boeren, landbouw en voeding ............................................... 13
HOOFDSTUK 5: Een politiek wereld: bestuur en heersers .................................................................... 15
HOOFDSTUK 6: Een goddelijke wereld: cultuur, beschaving en religies. .............................................. 18
HOOFDSTUK 7: Een gescheiden wereld: The west and The Rest .......................................................... 21
HOOFDSTUK 8: Een globale wereld: globalisering of globaliseringen?................................................. 27
HOOFDSTUK 9: Een gepolariseerde wereld: Ontwikkeling, armoede en ongelijkheid ......................... 31
HOOFDSTUK 10: Een wereld in stukken: eenheid en fragmentatie ...................................................... 35
1
,Inleiding tot wereldgeschiedenis
HOOFDSTUK 1
Mens als ‘schitterend ongeluk’: ultieme uitkomst v lange evolutie. Niet: prod. v evolutie of uitkomst v
gesch. maar: één v vele lijntjes die getrokken zijn.
250.000j v bestaan en 4% daarvan geleefd als boer + 0,01 als postindustriële mens
1. Wereldgeschiedenis is een andere manier van kijken
Groots: tijdsperspectief en ruimtelijke dimensie breed zijn
Definitie: Wereldgeschiedenis bestudeert het ontstaan, de groei en de veranderingen van de
menselijke gemeenschappen in een vergelijkend perspectief en in hun onderlinge samenhang.
Kernwoorden: Gemeenschappen, Vergelijkingen, Verbanden, Systemen. 2 manieren:
- Vergelijkend perspectief: detecteren van patronen, gelijkenissen en verschillen
- In hun interactie via contacten, connecties en beïnvloeding
Wereld is uitkomst v samenleven v mens en natuur: interactie tss humane gemeenschappen en
ecologische omgeving.
2. Wereldgeschiedenis is een andere manier van denken
The ‘big picture’ met breedhoeklens (vragen over)
- Mensen in natuurlijke omgeving (demografie, techniek)
- Ontwikkeling en interactie van culturele systemen (religie, kunst, wetenschap)
- Staatsvorming en conflict (vormen van bestuur, oorlogen, revoluties)
2
, - Vorming economische systemen (landbouw, handel, industrialisatie)
- Ontwikkeling sociale structuren (gender, familie, ras, klasse)
Drie dimensies:
- Tijdsperspectief: (geschiedenis)
o ‘mondiale tijd’ = afstappen v cultuurgebonden tijdsindelingen
o Tijdschalen blijven relatief
- Ruimtelijk dimensie: (wereld)
o Ook cultuurgebonden + mondiaal perspectief = visie die lokaal, regionaal (enz.)
overlappen
- Thematische dimensie (wereldgeschiedenis): Eenheid van analyse (thema) nodig
3. Welke wereldgeschiedenis
Ontstaan/groei/verandering v menselijke gemeenschappen in vergelijkend perspectief in hun
onderlinge samenhang (niet individuele gemeenschappen) maar verschillen/gelijkenissen in
ontwikkeling v onderscheiden gemeenschappen en connecties ertussen.
Drie dominante verhaallijnen
1. Vorming v menselijke samenlevingen in relatie tot ecologische uitdagingen
o Vergelijkbare samenlevingspatronen: sociale orde, taal, leiderschap enz. (gelijke en
versch. keuzes gemaakt afhankelijke v context waarbinnen ze leven)
2. Vorming v overkoepelende culturen/beschavingen
o Vragen op beheersing, overleving, controle systemen (enz.) ontwikkelen
3. Vormen v interactie/conflict tss menselijke samenlevingen/culturen/beschavingen
o Via handel, migratie, verovering, oorlog enz. (uiteenlopend)
Keuzes maken: analyse (groep, volk…), tijdskader, ruimte (plaats), thema (invalshoek)
Onderzoeksmodel, 3 pijlers
- Vergelijkende (comparative) analyse: eigen casus een plaats krijgt in breder geheel: manier
waarop samenleving vorm geven en waarom bep. keuzes
- Interactieve analyse: tss systemn, wijze waarop patronen v contact veranderen
- Systeemanalyse: contact tss onderscheiden samenlevingen (eco, migratie)
4. Waarom wereldgeschiedenis?
Beste manier om verhaal v hele menselijke gemeenschap in beeld te brengen/analyseren/begrijpen,
altijd nodig brede context in beeld te houden
5. Wereldgeschiedenis als traditie en vernieuwing
Etnocentrische wereldgeschiedenissen: historische verhalen met blikveld buiten eigen grenzen.
- Elke sociale groep heeft eigen genesis verhaal: m. mythes, fantasie en feitelijke
gebeurtenissen uit eigen verleden
- Ouder dan ‘nationale’ geschiedenis, brengen beeld v (gewilde) wereldorder, verhoudingen
tss samenlevingen en mensen. Ze zijn vaak van teleologische inslag.
o Griekse wereld: Herodotos (5de vt)
▪ Verschillen tussen Grieken en niet-Grieken
▪ Geografische en etnografische verschillen en samenhangen
o Christendom: historia universalis
▪ Twee steden: God en de mensheid
3
, o Chinees sinocentrisme: Sima Qian (2de e vt)
▪ Wereld wordt opgedeeld in zones, naargelang de volkeren dichter of verder
weg zijn v Chinese beschaving
▪ Sima Qian: maakt historische verhalen en data obv reisindrukken
o Islamitische wereld: Ibn Khaldun
▪ Impact v sociale en politieke cohesie op de opkomst en neergang v volkeren
en beschavingen
▪ Klimatologische en geografische factoren
Een Europees universalisme (link met globalisering is 150j oud)
- 18de e verlichte filosofen zet in Eur. secularisering door
- 19de e: zoektocht naar ‘algemene wetmatigheden’: geven gesch v mensheid vorm
o Bv. historisch materialisme v Karl Marx of evolutietheorie v Charles Darwin
o Is Europese eeuw: eco/pol/ideologische hegemonie => Europa is de norm
o Hegel: alleen volkeren die staat hebben gevormd en bep. vorm v spirituele
ontwikkeling hebben bereikt, een eigen gesch. kunnen hebben. Gesch gaat v O naar
W (Azie begin en Europa het einde)
o Modernisering, vooruitgang, revolutie en ontwikkeling => Europese weg (norm)
- Eurocentrisch moderniseringsperspectief met universalistische pretenties, tot 20ste e
Een nieuwe wereldgeschiedenis
Na WOII groeit eco heropbouw en dekolonisatie tot nieuwe globale wereldorde
- 1960: besef dat samenlevingen geen zelfstandige levenscyclus hebben maar vorm krijgen
door processen v onderlinge interactie
o Ruimer tijds- en plaatsperspectief te hanteren + globale dimensie (bv. migratie)
- ++ Interesse ecologische schaal: verspreiding v ziektes, planten/dieren, impact v verandering
in geologie; klimaat op mensheid
- Staat als primaire analyse-eenheid
- Vier paradigma’s in Mcneill:
o Stedelijke (ontstaan door beschavingen)
o Oecumenische (interactie tss beschavingen)
o Europese expansie (creatie v ‘moderne’ wereld)
o Koude oorlog (20ste e)
- 1980: impact v wereldgesch groeit, verdere exploratie in: (Manning)
o Bronnen en data (context v gemeenschap)
o Methodes (voor herinterpreteren v data zijn nieuwe methodes nodig)
o Analyses (interpretatiekader integreert een bredere schaal)
o Theorievorming en debat (gekeken naar andere wetenschappen om ‘globale’ kennis
betekenis te geven buiten lokaal kader)
Beschaving vs. wereldgeschiedenis
Heroriëntering v beschavingsgesch naar moderne wereldgesch is cruciaal proces (niet rechtlijnig)
- Western civ. (gesch v westerse civilsatie)
o Vertrekt vanuit perspectief v eigen samenleving en focust voornamelijk op eigen
kernmerken
o Boodschap v superioriteit m focus op Eur/VS gesch, andere volkeren komen pas in
beeld wnr ze in contact komen met westerse samenleving
- Kritiek:
o De homogeniserende notie: te weinig aandacht vo interne verschillen en onderlinge
belangenstrijd tussen landen
o Het vooruitgangsidee dat uitgaat van een westerse ‘moederbeschaving (basis voor
alle andere beschavingen)
o Beschaving als ideologisch concept => geen ruimte voor andere samenlevingsvormen
4