Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1: op ontdekkingsreis door een bekend gebied................................2
1.1. Inleiding: de eigen aard van de samenleving...........................................................2
1.2. Een beeld van een titel............................................................................................. 2
1.3. HET DAGELIJKS LEVEN DOOR DE LENS VAN DE SOCIOLOOG P15-25........................3
1.3.1. Selectieve waarneming:.....................................................................................4
1.3.2. referentiekaders.................................................................................................4
hoofdstuk 2: de samenleving is een veld van tegengestelde krachten..............8
2.1. individu en samenleving: een strijd van goed tegen kwaad?....................................8
2.2. de samenleving: een vat vol mogelijkheden en beperkingen...................................8
2.3. solidariteit (samenhang) versus strijd......................................................................9
2.4. ongelijkheid versus gelijkheid.................................................................................10
Hoofdstuk 3: waarmee zijn sociologen bezig?................................................10
3.1. de sociologie, een wetenschap als (g)een ander?..................................................12
3.2. sociale feiten zijn dingen........................................................................................13
3.3. sociologie is niet normatief.....................................................................................15
3.4. sociologie ontdekt en verruimt...............................................................................15
3.5. één van de huizen op het plein..............................................................................16
hoofdstuk 4: blokken uit de sociologische blokkendoos. over sociaal handelen,
interacties en communicatie, posities en relaties, rol en status......................17
4.1. sociaal handelen..................................................................................................... 17
4.2. interactie en communicatie....................................................................................19
4.3. sociale relaties en posities, sociale rol en status....................................................21
4.4. de sociale rol.......................................................................................................... 24
4.5. rolattributen en statussymbolen.............................................................................26
hoofdstuk 5: een netwerk is geen groep. over de diversiteit van
samenlevingsverbanden...............................................................................26
5.1. sociale netwerken..................................................................................................27
5.2. groepen.................................................................................................................. 29
5.3. referentiegroepen..................................................................................................31
5.4. groepen tussen conflict en solidariteit....................................................................32
Hoofdstuk 6: moderne samenlevingen zijn altijd multicultureel. over
cultuurpatronen en hun componenten...........................................................33
6.1. door de ogen van anderen.....................................................................................34
6.2. waarvoor staat cultuur?.......................................................................................... 34
1ste Bach Criminologie
Inleiding sociologie
, 6.3. cultuur met een grote en met een kleine c.............................................................35
6.4. een patroon van waarden, normen, doeleinden en verwachtingen........................36
Waarden..................................................................................................................... 36
Normen....................................................................................................................... 38
Doeleinden................................................................................................................. 39
Verwachtingen............................................................................................................ 39
6.5. de ene cultuur is de andere niet.............................................................................40
INLEIDING IN DE SOCIOLOGIE
HOOFDSTUK 1: OP ONTDEKKINGSREIS DOOR EEN BEKEND
GEBIED
1.1. INLEIDING: DE EIGEN AARD VAN DE SAMENLEVING
- Sociologie als ‘studie van de samenleving’ (de samenleving is heel
groot. We zouden eerst moeten definiëren wat de samenleving is.)
of ‘samenlevingskunde’ (mogelijkheid om je te doen navigeren
zonder dat je de weg kwijt geraakt in micro- en macroniveaus.
- Van Sieyès tot Comte, en van normatief tot empirisch
Sieyès: ‘wat is de derde stand’, bekeek de sociologie nog vanuit een
politiek gekleurd standpunt. De leer die een rechtvaardige en
revolutionaire inrichting van de samenleving voorschreef waarin de
verwaarloosde derde stand rechten moest krijgen. -> kwam daarna
aanzetten met een nieuw concept ‘volkssoeverniteit’ .
Comte: sociologen willen meer weten over hoe mensen samenleven in
allerhande sociale verbanden. Ze zijn ook benieuwd naar de kenmerken
van die samenlevingsverbanden en willen de wetmatigheid doorgronden
die ons samenleven sturen.
1.2. EEN BEELD VAN EEN TITEL
- Samenleving is een speelveld met spelregels en spelers, en samen
spelen ze het samenlevingsspel.
Specifieke posities (bv kunstenaar)
Specifieke rollen (manier waarop je de positie inneemt bv.
Creatief zijn)
Hoge of lage status (er zijn flitsende jobs en er zijn beroepen die
nauwelijks in de aandacht komen. Ze zijn niet minder belangrijk
voor een goede werking van de samenleving)
1ste Bach Criminologie
Inleiding sociologie
, Informatie en communicatie (we vragen naar informatie of geven
informatie)
Taakverdeling en hiërarchie (formele en informele leiders
formeel: diegene die via officiële kanalen op die positie zijn
terechtgekomen. Ze moeten zich ook nuttig maken, wie
onvoldoende daartoe bijdraagt wordt van het veld gehaald)
Ruimte rond het speelveld in concentrische cirkels (hier bevinden
zich de trainers, de bestuursleden, de supporters, de zakelijke
bezoekers van de business lounge maar ook de neutrale
waarnemers. Wetenschappers en sociologen vallen onder de
neutrale waarnemers, er wordt van hen verwacht dat ze een
volledige beschrijving leveren, dat ze deze analyseren en een
verklaring zoeken)
Spelregels zorgen voor de zekerheid en voorspelbaarheid die mensen
nodig hebben om hun eigen leven te leiden.
1.3. HET DAGELIJKS LEVEN DOOR DE LENS VAN DE SOCIOLOOG
P15-25
Achter onze eerste waarnemingen gaan allerlei regelmatigheden schuil,
deze geven niet altijd goed weer wat er werkelijk gebeurd. Om die
achterliggende werkelijkheid te ‘lezen’ is een sociologische lens vereist.
sociologische lens is alleen maar nuttig als ze wordt gehanteerd door
iemand die de waarnemingen ook kan interpreteren, of nog, door iemand
die sociologische verbeelding (wisseling van perspectieven) bezit.
- C. W. Mills over ‘sociological imagination’ (1959), onderscheid drie
componenten van sociologische verbeelding:
• Geschiedenis (hoe kwam een samenleving tot stand en hoe
verandert ze?)
• Biografie (welke mensen bevolken een bepaalde
samenleving?)
• Structuur (hoe werken de maatschappelijke instituties, wat zijn
de dominante instituties en hoe houden ze de
maatschappelijke orde in stand?)
1ste Bach Criminologie
Inleiding sociologie
, 1.3.1. SELECTIEVE WAARNEMING:
ROUTINEUS DENKEN EN HANDELEN
Ze schijnen de enige echte waarheid uit te maken. Onvermeidelijk brengt
denken met zich mee dat we de stortvloed aan informatie in een sociale
context zullen reduceren, ordenen en interpreteren vanuit onze eigen
positie in de wereld.
FYSISCHE EN SOCIALE BEPERKINGEN
We nemen de samenleving waar vanuit een bepaalde sociale positie
(student) en daardoor missen we stukken informatie of kunnen we ze juist
gemakkelijker verkrijgen.
BELANGEN
Wat ook meespeelt, is dat we bepaalde belangen te verdedigen hebben.
Het verhaal dat je wordt verteld, zal verschillen naargelang de positie van
de verteller. De belangen die de krant heeft en meent te moeten
verdedigen en je eigen interpretatie van wat je leest, hangt af van je eigen
positie.
KENNIS EN INFORMATIE (EN ONDERWIJS)`
Onze waarneming vanuit de kennis die we al hebben. Je krijgt een andere
kijk op een bepaalde persoon of toestand wanneer je over die persoon of
die situatie iets meer of iets anders te weten bent gekomen. Die
informatie is bepalend voor wat je waarneemt.
VOORKEUREN EN AFKEER
Onze voorkeur voor of afkeer van personen en toestanden. De positieve of
negatieve houdingen zijn niet aangeboren, maar sociaal bepaald. Het
socialisatieproces (een proces waarbij een individu zich in de omgang met
anderen de cultuur van zijn omgeving eigen maakt). Kijk naar de mode,
wat vandaag iedereen afschuwd, werd gisteren nog aanboden.
1.3.2. REFERENTIEKADERS
Vanuit onze eerdere ervaringen bouwen we stapsgewijs een raamwerk op dat
onze latere waarnemingen zal beïnvloeden. We noemen dat een
referentiekader, deze is vergelijkbaar met een ‘sociale bril’. Deze heeft een
bepaalde lens waardoor je een verschillende kijk krijgt op de werkelijkheid.
1ste Bach Criminologie
Inleiding sociologie