WERKEN MET GEZINNEN EN
JONGEREN 1
INLEIDING:
1. KIND- EN OUDERBEELDEN VS KINDERRECHTEN
1.1. INHOUD
- Kijk op kinderen bepaalt ook de kijk op opvoeding en de relatie tussen kinderen en ouders
- Het belang van opvoeding en de rol van opvoeders
- De invloed van maatschappelijke processen en veranderingen doorheen de tijd
- Kinderrechten
- Inzichten en verwachtingen van gezinnen, verhoudingen tussen ouders en kinderen
veranderen doorheen de tijd en (culturele) context bv. thuisonderwijs, vegetarische peuter,
fysieke bestraffing, kinderopvang
Begrijpen hoe een bepaalde ‘kijk op’ meebepaald hoe je met de dingen omgaat
1.2. WAT IS ‘OPVOEDING’?
- Kok (orthopedagoog): in relatie staan van opvoeder-opvoedeling, opvoeder is aanwezig,
situaties hanteren, kansen bieden op zelfontplooiing
- Opgroeien
- Op weg helpen naar volwassenheid
- Meerdere mensen
- Liefde, consequentie, modelling, waarden, normen en regels meegeven
- EXPOO: niet één manier. Opvoeding kan verschillen bv. kind met autisme. Gedeelde
verantwoordelijkheid bv. de kinderen hebben ook recht om een mening te geven als er nood
is aan een straf
Voorbeeld: de opvoeding naar perfectie in Japan, de opvoeding in een rijk of arm gezin
OPVOEDING – GEZIN – KINDEREN
- Tijd, plaats, context, ontwikkelingsfase is voortdurend in beweging
- Zoektocht naar eigen rolbepaling
- Evolutie van 1 type kerngezin naar vele vormen= diversiteit
1.3. OPVOEDING EN MAATSCHAPPIJ
4 perspectieven:
1) Visie= manier van kijken. Bepalend voor manier van handelen en communiceren. Visies
variëren van tijd, plaats, context, cultuur
2) Maatschappijbeeld= elke samenleving of cultuur heeft verschillende en veranderende visies
3) Mensbeeld= visie op ‘mens zijn’
4) Hulpverlenersperspectief= bepalend voor omgaan met anderen en waarop de cliënt
benadert wordt
, KIJK OP OUDERS
7 oudertypes:
A) Tijgerouder
B) Helikopterouder
C) Bulldozer-ouder
D) Grasmaai-ouder
E) Kwallenouder
F) Koala-ouder
G) Dolfijnouder
KIJK OP KINDEREN
- Verband tussen kijk op ouders en kijk op kinderen
- Kindbeelden staan niet los van ouderbeelden
- Kind- en ouderbeelden staan niet los van maatschappelijke context
1.4. KINDBEELDEN DOORHEEN DE TIJD (ter INFO)
- De Grieken en Romeinen: elite – opvoeding + onderwijs
- Middeleeuwen: ‘kind zijn’ bestond niet, hoge kindersterfte
- 17de eeuw: ‘ontdekking van het kind’
- Verlichting: belang van opvoeding en onderwijs, onschuldig kindbeeld
- Industriële revolutie: ‘kind in gevaar’ (door kinderarbeid)
- Moderne tijden: psychologisch frêle kind, minder kindersterfte
- Nu: autonome blije kind, het gecontroleerde kind, het kind als project
MAAR Paradox: AUTONOOM gaat niet altijd samen met BLIJ!!
VAN BURGEROFFENSIEF … NAAR NIEUWE MAATSCHAPPELIJKE EVOLUTIES
Eind 19de eeuw – 20ste eeuw: industrialisering: samenleving moet ‘gered’ worden, ‘kind in
gevaar’, kinderbescherming, leerplicht, focus op hygiëne, sociale controle
Jaren ‘60 – ’70 – ’80: vrouwenemancipatie, begin van immigratie en diversiteit, belang
opvoeden
Jaren ‘90 tot nu: technologische innovatie (computer, internet, sociale media), toenemende
diversiteit, asiel en migratie, financiële crisissen, klimaatverandering, opvoedingsonzekerheid
Nu – 21ste eeuw: vrouwenrechten, meer diverse gezinsvormen, minder kinderen maar
bewust gepland, kinderrechten, kind is autonoom subject, opvoedingsondersteuning
1.5. KINDERRECHTEN
- Kinderen zijn geen mini-volwassenen
- Kinderrechtenverdrag (1989): verdrag is een bindende norm en wereldwijd geldend
(kinderen zijn ook mensen, we moeten ze van het begin erkennen)
- Alle rechten zijn even belangrijk, afhankelijk van elkaar voor een goede toepassing. Sommige
rechten botsen op elkaar bv. kwetsbare groepen
, INDELING KINDERRECHTEN
- Recht op inspraak, meningsuiting, participatie
3 groepen rechten:
1) Provisierechten: instanties die kinderen helpen (diensten)
2) Protectierechten: wet, bescherming (bv. tegen geweld)
3) Participatierechten (uitdaging): kinderen aan het woord!
Voorbeeld: kindermishandeling
KINDERRECHTEN EN OPVOEDING
- Verschil tussen rechten en wensen? Kinderrechten is NIET ‘kinderen baas’
- Rechten hebben is nog NIET ‘ze zelf kunnen uitoefenen’= handelingsbekwaamheid: ‘nog niet’
en ‘al wel’ – paradox
- Opvoeden is een gedeelde verantwoordelijkheid tussen ouders en overheid: ouders hebben
recht om in hun taak ondersteund te worden. De overheid ondersteund de ouders bv.
kindergeld, kinderopvang, medisch onderzoek op school
- Misvatting dat kinderrechten ‘anti-ouder’ rechten zijn
1.6. DIVERSE KINDBEELDEN NU
- Huidig kindbeeld: ‘autonome, blije kind’
6 soorten kindbeelden:
1) HET VOORSPELBARE KIND
- De verschillenden fases in een kinderleven kennen
- Wat is dan ‘normaal’ en wie bepaalt dat? (label, diagnoses)
- Voorbeelden: taaltest als later succes, gehoortest bij baby’s, eisen dat een peuter zindelijk is
- Leven is niet zo voorspelbaar, ontwikkeling loopt niet in afgelijnde stapjes en kansen zijn niet
gelijk
2) HET KIND ALS BURGER
- Kinderen worden nu wel deel van de samenleving
- Kind is niet enkel deel van een gezin, maar ook van de hele samenleving
- Bescherming aanvullen met participatie, plek geven aan kinderen in
samenleving
- Voorbeelden: leerlingenraad, activisme, geen stemrecht
- Geen erkenning van bv. klimaatactivisten, bescherming tegen seksueel misbruik vs zelf niet
ten volle seksueel actief mogen zijn
3) HET WITTE KIND
- Superdiversiteit: geen meerderheid-minderheid meer (iedereen is anders op
zijn eigen manier). Verschillen zijn er altijd geweest: kleur, religie, gender,
opleiding
- Mensen zijn meer dan hun achtergrond, religie, afkomst: verbindende factor