100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Voedingsleer handboek H1 en H4 - H10 €2,99
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Voedingsleer handboek H1 en H4 - H10

2 beoordelingen
 203 keer bekeken  16 keer verkocht

Samenvatting van het handboek van voedingsleer. H1, 4, 5, 6, 7, 8, 9 en 10

Voorbeeld 4 van de 56  pagina's

  • Nee
  • H1, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10
  • 25 mei 2018
  • 56
  • 2017/2018
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (8)

2  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: aarondevriendt • 1 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: catherinebeirnaert • 4 jaar geleden

avatar-seller
jo12
VOEDINGSLEER HANDBOEK
1 ALGEMENE BEGRIPPEN

1.1 DEFINITIES EN TOEPASSINGEN
Voedsel Alles wat gegeten en gedronken wordt, geheel van voedingsmiddelen
Voeding Proces van kiezen en nuttigen van voedsel, verwerken, effect op gezondheid
Gezondheid Volkomen fysiek, psychisch en sociaal welbevinden, zelfmanagement van chronische
aandoeningen
Optimale voeding Evenwichtige voeding die alle noodzakelijke voedingsstoffen bevat in juiste hoeveelheid
om ons lichaam optimaal te laten functioneren
Voedingsstof Chemisch definieerbaar bestanddeel van voedingsmiddel, sommige stoffen zijn op
natuurlijke wijzen aanwezig in voedsel & andere toegevoegd tijdens verwerking
grondstof of productie van voedingsmiddel:
• Essentiele voedingstoffen/nutrienten
• Non-nutriënten en bioactieve voedingscomponenten (specifiek gunstif effect
vb. cafeine)
• Xenobiotica en natuurlijk voorkomende toxinen (lichaamsvreemde stoffen)

1.1.1 VOEDINGSSTOFFEN/NUTRIËNTEN
Nutriënten: chemische stoffen die uit voedsel moeten worden opgenomen omdat ze noodzakelijk zijn voor
nutritionele ondersteuning van lichaam (voorziening energie, aanmaak lichaamseigen stoffen voor optimale
groei, onderhoud en herstel lichaam)

Energieleverende nutriënten:

• Koolhydraten (55%), eiwitten (10%), lipiden (35%) = energieleverende stoffen
• Eiwitten, water, mineralen = bouwstoffen
• Water, mineralen, vitamines = beschermende stoffen
• Voedingsvezels

Dosis sola facit venenum: alles is vergif op vlak van de dosis

Essentiele en niet-essentiële voedingsstoffen

Essentieel:

• Nutriënten die we nodig hebben, die ons lichaam niet zelf kunnen aanmaken
• Afwezigheid leidt tot klinisch deficiëntie
• Als nutriënt terig aanwezig is wordt de normale functie hersteld
• 9 aminozuren (histidine, leucine …), 20 mineralen (Na, Cl,…), 20 vitamines (A, C, …), 2 vetzuren (ESS &
ALA)
• Energie is een essentiële behoefte = energieleverende nutriënten zijn zeer belangrijk

Niet essentieel:

• Overige aminozuren en vetzuren, koolhydraten en vezels
• Koolhydraten kan het lichaam zels vrijstellen uit de KH-stock, vet of eiwit in lichaam
• Zelf koolhydraten opnemen is dus niet essentieel




1

,1.1.2 NON-NUTRIENTEN & BIO ACTIEVE VOEDINGSCOMP ONENTEN
Non-nutriënten: chemische stoffen in voedingsmiddelen die niet behoren tot de klassieke essentiële
nutriënten, ze hebben geen nadelige invloed op menselijk lichaam

Hebben weinig directe voedingskundig belang voor mens  wel in een groeiend aantal ( =bioactieve
voedingscomponenten)

1.1.3 XENOBIOTICA EN NATUU RLIJK VOORKOMENDE TO XINES
= stoffen die een potentieel toxisch effect uitoefenen op de mens

Xenobiotica:

• = alle stoffen aanwezig in voedsel die normaal niet in dat voedsel zitten
• Aanwezigheid veroorzaakt door kleur en smaalstoffen, bewaarmiddelen, niet-intentioneel proces
(onvermijdelijk en vermijdelijk)
• Vb. kwik in vis

Natuurlijke toxines:

• Niet alle stoffen die van nature in voedsel terechtkomen zijn gezond
• Sommige stoffen zijn potentieel toxisch
• Vb. solanine in tomaten en aardappelen
• Voedsel kan ook besmet worden met specifieke micro-organismen vb. mycotoxines

1.1.4 VOEDINGSWAARDE VAN VOEDINGSMIDDEL
• Geen enkel voedingsmiddel bevat alle nutriënten die een persoon dagelijks nodig hft
• Voedingsmiddel: belangrijke bron dat veel van een bepaalde voedingsstof bevat of veel gegeten word
• Voedingswaarde: gehalte aan voedingsstoffen en gebruikshoeveelheid
• Concept van nutrientdensiteit: nutrientrijk voedingsmiddel levert bijdragen aan voorziening
micronutriënten en weinig energie aanbrengt
✓ Vb. volkorenprod, groenten, fruit, zuivelprod, peulvruchten, mager vlees, eieren, noten,
zaden
• Je zegt niet gezond of ongezond, maar noodzakelijk en niet-noodzakelijk voedingsmiddel
• Voedingswaarde van 1 voedingsmiddel kan niet los gezien worden van de rest van het
voedingspatroon
• Concept voedingsmatrix: belang van interactie tussen verschillende voedingscomponenten
• info over gehalte aan nutriënten in voedingsmiddelen

Controle door:

• NUBEL (nutrienten belgie): per voedingsmiddel/stof word data generisch weergegeven, variaties als
gevolg van natuurlijke variaties (ras, grondsoort, bewaring…)
• EUROFIR (europese onderzoeksproject)

1.2 BIOBESCHIKBAARHEID

• Nutrienten die worden opgenomen ≠ nutrienten die worden geabsorbeerd
• Goede balans afhankelijk van opname maar ook van biologische beschikbaarheid...
• Deel van de totale hoeveelheid aanwezig in een voedingsmiddel, maaltijd, of dagvoeding dat gebruikt
wordt voor de metabole functies


2

, • Vaak niet efficiënt en wisselende hoeveelheden
• Effectieve opname/gebruik wordt beinvloed door biobeschikbaarheid
• Biobeschikbaarheid word gestuurd door interne (leeftijd, geslacht, …) en externe (voedingsmatrix en
chemische vorm) factoren

Factoren die absorptie beinvloeden:

• Aanbod van chemische vorm (heem-ijzer beter opname dan niet heem-ijzer)
• Lichaamsstatus element
• Fysiologische toestand individu ( zwanger? borstvoeding? in groei?)
• Maaltijd(en) (Samenstelling voedingsmiddel, maaltijd of dagvoeding & Bereiding product (bv.
fermentatie graanproducten))
• Fysiologie ( Darmtransittijd & Gastro-intestinale stoornissen of aandoeningen)
• ANF’s: antinutritionele factoren of antinutriënten vormen onoplosbare of oplosbare componenten
o Componenten met een negatieve invloed (fytinezuur, voedingsvezels, oxaalzuur, polyfenolen,
tanninen, cafeïne, fosfaten, alcohol)
o Componenten met een positieve invloed (lactose, fructose, citroenzuur, ascorbinezuur,
enkele aminozuren)

Metabolisme: efficentie waarmee een voedingscomponent geabsorbeerd en gebruikt kan worden door en in
lichaam

✓ Metabolisme start bij biologische toegankelijheid (vrijlating van nutrient uit voedingsmatrix)
verplaatsing van component tussen cellen  digestie doorheen lumen  aanhechting en absorptie
door mucosa  component word doorheen circulatie getransporteerd

Nutririonele status: hoe groter de nood aan bepaalde nutrienten, hoe efficenter de absorptie ervan 
homeostase

Mineralen:

• Voedingscomponenten (ANF) vormen onoplsosbare en oplosbare componenten
• Componenten met negatieve invloed: alcohol, cafeine
• Met positieve invloed:

Calciumbalans (werken alle voedingsCa botvormend?):

• Verlagen Ca-beschikbaarheid voor absorptie (fosfor, fytaten, oxalaat)
• Bevorderen excretie (zure voeding, proteïnen, fosfor, zout)
• Bevordert opname ( vitamine D)
 Ca-opname of absorptie is doordlaggevend, melk is niet noodzakelijk!




3

, 1.3 VOEDINGSBEHOEFTE



DOSIS-RESPONS RELATIE VAN VOEDINGSSTOF

• Inname nutriënten bepaald door menselijke
behoefte aan voedingsstoffen
• Tekort = deficiëntie & ziekten  dood
• Te veel (grote dosis) = toxisch en ongezond
• Inname voedingsstoffen begrensd door
eventuele tekorten of teveel
• Zone waar geen tekorten of teveel is =
homeostase (window of opportunities)

1.3.1 SOORTEN VOEDINGSAANBEVELINGEN



• De hoeveelheid die een persoon van een
bepaald nutriënt moet consumeren wordt
weergegeven in de voedingsaanbevelingen
• Doel: tekorten voorkomen & biochemisch
normaal functioneren

Europa: Dietary Reference Values (DRV)
Dietary Reference Intakes (DRI)

• Behoefte (individu) ≠ referentiewaarde
(groep mensen)
• Behoefte verdeling & gemiddelde
behoefte
• Gem behoefte vormt basis voor andere
DRV’s




(E) AR = (geschatte) gemiddelde behoefte

• Niveau van dagelijkse inname voldoende om bij normale verdeling de behoefte te dekken van 50% van
de gezonde personen
• Schatting voor bepaling prevalentie van inadequate inname bij groepen & individuen

RDA/PRI/ADH = aanbevolen dagelijkse hoeveelheid

• Niveau van dagelijkse inname voldoende voor dekking van behoeften met individuele variaties in
behoeften en beschikbaarheid

4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper jo12. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 53340 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€2,99  16x  verkocht
  • (2)
In winkelwagen
Toegevoegd