HOOFDSTUK 7: HET LYMFE- EN IMMUUNSYSTEEM
7.1 HET LYMFESYSTEEM
Bestaat uit de lymfevaten en de lymfeorganen. Is ster geassocieerd met het cardiovasculaire systeem
en heeft 4 algemene functies die helpen bij Homeostase
- Lymfatische haarvaten absorberen een overmaat aan interstitieel vloeistof en sturen het terug
in de bloedstroom (overtollige vloeistof uit weefsels halen en terugbrengen naar het
cardiovasculaire systeem)
- In de dunne darm, absorberen lymfatische haarvaten (lacteals) vetten van het
spijsverteringssysteem (lipoproteïnen) en transporteren ze naar de bloedstroom
- Het lymfesysteem is verantwoordelijk voor de aanmaak, behoud en distributie van lymfocyten
(lymfocyten behoren tot agranulaire leukocyten (WBC): B-cellen en T-cellen à immuniteit)
- Het lymfesysteem help het lichaam beschermen tegen ziekteverwekkers (WBCs staan in voor
verdediging tegen ziekteverwekkers en eventuele infecties)
Lymfatische bloedvaten
- Vormen een 1-wegssysteem van vaten die vloeistof bewegen van de weefsels naar het
cardiovasculair systeem
o Vloeistof in de lymfatische bloedvaten is lymfevocht. De vaten, bestaande uit
haarvaten en kanalen, brengen het lymfevocht naar de cardiovasculaire aders in de
schouders
- Lymfevocht is bestaande uit interstitieel vloeistof. Interstitieel vloeistof is grotendeels water,
maar bestaat ook uit opgeloste stoffen afgeleid van het plasma. Vocht bevat ook cellulaire
producten afgescheiden door cellen
- Lymfevocht is normaal een kleurloze vloeistof, maar na een maaltijd kan het crèmig zijn door
de lipiden die het bevat
- Lymfatische haarvaten vindt men gewoonlijk dichtbij de haarvaten van het cardiovasculaire
systeem
o Ze voegen bij vanuit de lymfevaten die samenvoegen voor ze binnenkomen
in de thoracale kanaal of het rechtse lymfekanaal
- Thoracale kanaal stuurt lymfevocht, verzameld van het
lichaam onder de thorax, linkerarm en de linkerkant van het
hoofd en de nek, terug in de linker subclavische ader
- Constructie van de grote lymfatische bloedvaten is gelijk aan die van de cardiovasculaire aders,
inclusief de aanwezigheid van de kleppen
o Beweging van het lymfe in de lymfatische haarvaten is grotendeels afhankelijk van
de skeletspiercontractie. Lymfe kan niet terugkeren door de eenrichtingskleppen
Lymfatische organen
Onderverdeeld in 2 categorieën. Primaire lymfatische organen includeren rood beenmerg en de
thymus. Secundaire lymfatische organen bevatten lymfeknopen en de milt
Primaire lymfatische organen
- Rood beenmerg:
o Produceert alle types bloedcellen
o Bij een kind hebben de meeste beenderen rood beenmerg, bij een volwassene is
beenmerg enkel gevonden in het sternum (borstbeen), de vertebrae (wervels), de
ribben, delen van het bekkengordel (pelvic girdle) en de bovenste uiteinden van de
humerus (opperarmbeen) en de femur (dijbeen)
o Produceert ook 5 soorten WBCs: neutrofielen, eosinofielen, basofielen, lymfocyten
en monocyten
- Lymfocyten zijn of B-cellen (B-lymfocyten) of T-cellen (T- lymfocyten)
- B-cellen volgroeien in het beenmerg, maar T-cellen volgroeien in de
thymus
, - B-cellen die reageren met cellen van het lichaam, worden vernietigd
in het beenmerg en gaan de circulatie niet in. Dit verzekert dat de B-
cellen de normale cellen van het lichaam schaden
- Thymus: gelokaliseerd in de borstholte tussen de trachea (luchtpijp) en het sternum
(borstbeen), boven het hart
o Thymus begint de verkleinen voor de puberteit en is opmerkelijk kleiner bij een
volwassene dan bij een kind
, o 2 Functies:
- Produceren van hormonen, zoals thymosine, om het volgroeien van
T-lymfocyten te helpen
- Gedraagt zicht als de plaats voor maturatie van T-lymfocyten, die
migreren van het beenmerg door de bloedstroom naar de thymus
- Slechts 5% verlaat de thymus echt
o T-lymfocyten hebben een kritische test doorstaan
- Indien mogelijkheid om te
reageren met eigen cellen: vernietigd in de thymus
- Indien mogelijkheid om ziekteverwekker aan te vallen: verlaten van
thymus
o Kritisch voor immuniteit, omdat met volgroeide, goed werkende T-cellen de respons
van het lichaam naar specifieke ziekteverwekkers aangetast is/ in gedrang komt
Secundaire lymfatische organen
- Lymfatische knobbeltjes
o Clusters lymfatisch weefsel aanwezig in veel
organen, zoals de appendix
o Helpen bij beschermen tegen ziekteverwekkers
o Slijmvlies van sommige organen, zoals
maagdarmkanaal en ademhalingssysteem, bevatten
ook lymfatisch weefsel
- Milt
o Filtert bloed
o Grootste lymfatisch orgaan en ligt linksboven in de
buikholte achter de maag
o Bindweefsel deelt de milt in regio’s, gekend als wit en rood pulp.
- Rood pulp: omgeeft veneuze sinussen (holtes) en is betrokken in
filteren van het bloed
o Bloed dat in de milt komt passeert doorheen de sinussen voor ze buitengaan.
o Macrofagen nemen pathogenen en brokstukken op, zoals versleten RBCs
o Buitenste capsule is relatief dun en een infectie of een klap kan de milt doen
barsten
o Functies vervangen door andere organen, maar persoon zonder spleen is vaak
gevoeliger voor infecties en zal misschien antibioticatherapie moeten krijgen voor een
onbepaalde tijd
- Lymfeknopen
o Komen voor langs de lymfatische bloedvaten
o Filteren lymfevocht
o Bindweefsel vormt een capsule en verdeelt een lymfeknoop in compartimenten
- Elk compartiment bevat een sinus die groter wordt naar het centrum
van de knoop
o Terwijl het lymfevocht gaat doorheen de sinussen, is het blootgesteld aan
macrofagen, die pathogenen en brokstukken opnemen.
o Lymfocyten zijn ook aanwezig in sinussen en bevechten infecties en vallen
kankercellen aan
o Lymfeknopen genoemd naar hun locatie (bv inguinale knopen zitten in de lies
(groin) en axillaire knopen zitten in de oksels (armpits))