Inhoud
, Deel 1: De contouren van een
mediabeleid
1. MEDIABELEID
1.1. Wat is een mediabeleid?
“Policy-making is a process that concerns the interaction between different actors, the institutional
structures within which they work and the objectives that they pursue”
Mediabeleid bestaat dus uit 4 componenten:
I. Proces: het neemt tijd in + gaat over andere/langere periode
II. Verschillende belangen en actoren: die moeten worden verzoend om een bepaald
probleem op te lossen.
III. Betrokken instellingen bij beleidsmaking: bv regering, vrt, parlement
IV. Objectieven: doelen, ideologische visies
“Het uitwerken van bepaalde processen voor het oplossen van problemen in het belang van het
publiek”
Sluit meer aan bij de visie v Laswell. Klemtoon op absolute objectiviteit, geïnformeerde partijen,
waardevrij handelen in het algemeen belang.
Beleid gemaakt in officiële beleidsorganen, met niet 1 actor die hele proces domineert
Gebaseerd op een aantal leidende principes: transparantie, expertise, etc.
Beleid aangepast als gevolg van veranderingen op tech of eco vlak (bv digitalisering,
regulering SM, regulering slimme wagens, etc)
Beleid is resultaat v pluralistisch proces met inspraak van bepaalde partijen
“Decisions about the media are made in the most transparent and accessible ways with an emphasis on
expert advice, open discussion and public participation” (Freedman)
Klopt eigenlijk niet, te eenzijdig. Mediabeleid is niet objectief + niet mechanistisch.
Bij verzoening van de belangen wegen ene meer door dan andere. Bv BHO
(beheersovereenkomst) VRT: DPG heeft meer impact want kan sterker lobbyen &
makkelijker uitdrukken over het beleid. Kleinere spelers minder impact, terwijl die ook
valabele argumenten hebben
Context speelt ook rol, bv taalkwestie bij ons. In VL ih algemeen focus op lokale content.
Dat komt omdat Vlaamse omroepen voor zo’n kleine markt veel produceren.
Gevolg v ideologische/politieke keuzes: politici willen ook eigen belangen bekrachtigen,
dus leggen daarom bepaalde accenten op het beleid. Bv beheersovereenkomst VRT: VRT
wil in de kaarten wil spelen van Dalle & zo subsidies voor VL content bemachtigen. Er
zouden andere accenten zijn mochten er andere partijen van cultuur en media zijn.
, Constante wisselwerking, niet eenzijdig overgenomen
“policymaking in which a range of views is sought, the evidence is considered carefully and a decision is
reached based only on the merits of the specific situation. Special interests are held at bay while the
public interest remains paramount” (Freedman)
“Policymaking (…) as a battleground in which contrasting political positions fight for material
advantage […] This struggle occurs throughout the policy process […]” (Freedman)
Quote van Freedman is wel correct + meer genuanceerd. ‘Strijd’ hoeft niet cynisch te zijn: hoe meer
belangen, hoe groter spanningsveld. Bv BHO VRT: puzzel v allerlei belangen en lobbying die soms zelfs
recht tov elkaar staan. Denk aan VRT NWS waarop het nieuws centraliseert op 1 platform. VRT wil dat
zo uitgebreid mogelijk (want gefinancierd door belastinggeld, dus burger dienen), maar gaat daardoor
concurrentie aan met betalende spelers. Daarvoor consensus zoeken en vinden.
“Media policy […] is a deeply political phenomenon” (Freedman)
Mediabeleid zit ingebed in een ideologische en politieke context.
Vanaf jaren ’80 tot nu trend vh neoliberalisme (terugdringen verzorgingsstaat, afbouwen v
staatsapparaten…). Daardoor een andere manier v denken over instrumenten ih
mediabeleid, bv publieke omroepen bekijken vanuit perspectief: hoe verstorend voor de
vrije markt? Wat is eco opbrengst? PO tonen hoe relevant ze zijn voor eco en cultuur, net
omdat er shift is in legitimiteit die ze krijgen vanuit de politiek.
Nadenken over vrije markt: zou garantie zijn op pluralisme, dus ook mededingingsbeleid op
poten zetten. Cultuursubsidies om er een waardevolle & rendabele markt v te maken.
Dwz dat een beleidsprobleem ook politiek is. Constante wisselwerking tussen die belangen
Voorbeelden mediabeleid
Een maatregel die ervoor zorgt dat Amerikaanse spelers moeten investeren in Vlaamse
content
Regels rond productplacement
Digital service act (DSA): eu regelgeving die macht van platform laat dalen
CONCLUSIE : Mediabeleid = proces v interactie tssn actoren, institutionele structuren & belangen die ze
dienen.
meer dan…
• instellingen/organen die beleid maken
• instrumenten
• bereikte resultaat.
dynamisch + evoluerend (zowel ad hoc maatregelen als LTevoluties, bv kinderreclame) +
conflictgebonden (altijd op zoek naar consensus, bv BHO) + verschilt naargelang pol context
is niet altijd expliciet/formeel (ook informele krachten ah werk) + non-decisionmaking en
media policy silences hebben ook impact
, WAAROM MEDIABELEID?
MB hangt samen met publiek + publiek belang. Er heerst het geloof id maakbaarheid vd samenleving
(SL), want productie en consumptie heeft impact op burgers. Veelvoorkomende
discussies/tegenstellingen: publiek <> privaat, burger <> markt maar eig is het complexer. Beleid is
een continu spanningsveld tssn publieke en marktprincipes mét overlappende objectieven.
3 grote redenen waarom er mediabeleid is
I. Media zijn belangrijke actoren van soc com & verandering. Hangt samen met publiek belang
Ze spelen een rol id maakbaarheid vd SL, zo kan het publiek zich verbeteren.
Er zijn positieve (trekken debat op gang, informeren de burgers) en negatieve (gewelddadige
videogames zijn schadelijk) externaliteiten. Daarom content en toegang reguleren, anders
processen die meerwaarde teniet doen. (bv: clickbait)
II. Media zijn een belangrijke economische sector
Het volgt marktprincipes + wedijveren voor aandacht vd consument. Zullen zich ook zo
positioneren.
III. Media neigen tot marktfalen
Media = publieke goederen + merit goods + consumptie uitsluiten is moeilijk (non-rivalrous) +
consumptie is onzeker. Media gaan strategieën ontwikkelen (bv. concentratie, copyright
houden, data verzamelen en verkopen etc).
1.2. Mediabeleid en regulering
MEDIABELEID = breder veld van ideeën, processen, belangen die mediastructuren vormen
Mediabeleid = verzamelnaam voor ideeën, processen, belangen die mediastructuren vormen. Het is
een resultaat v dynamiek tussen verschillende machtsverhoudingen, politieke krachten…. Er heersen
dus spanningsvelden tussen:
Bevoegdheidsniveaus: sectorspecifiek (filmbeleid) vs multisectorieel (innovatiebeleid)
Perspectieven: economisch, cultureel, sociaal
Meerdere actoren: multi-level governance
Geografisch spanningsveld: lokaal, regionaal, nationaal, EUR, mondiaal
bijv: wie betrokken bij beleid rond videogames? Minister v Media, Economie & Innovatie,
Onderwijs (want ontwikkelaars werken voor uitgevers v onderwijspakketten, dus die ook
betrekken)
MEDIAREGULERING =de specifieke institutionele mechanismen die bestaan om die doelen te realiseren,
is gevolg van mediabeleid